Het moet niet altijd met architectuur te maken hebben, vindt Filip Canfyn. Daarom stelt hij in zijn tweewelijkse column Steen&Been de eerste Cru-winkel in vraag, de nieuwe retailformule van megakruidenier Colruyt. "Want schorseneren zorgen voor stinkende scheten, ook als je ze zelf schilt."
"Onder het motto “onze relatie met voeding herstellen” wordt deze maand het resultaat van wellicht vermoeiend denkwerk van een zich briljant te voelen marketeer en een zich nuttig te voelen erfenistelg aan de consumptiewereld voorgesteld. Deze als revolutionair verkochte innovatie, waarop iedereen zit te wachten, levert alleszins onderstaand glad proza op.
“Klanten kunnen weer zien wat verpakt en bereid wordt. Je zult een echte bakker aan het werk zien, die artisanaal brood bakt. Geen twintig soorten maar twee of drie. Wij willen hier immers geen keuzestress. Ons assortiment zal beperkt zijn maar wel variëren naargelang het seizoen. Koffie wordt ter plaatse gebrand. De hammen kunnen drogen in de kelders. Ons bier laten we zelf brouwen. Wij willen mensen opnieuw laten kennismaken met authentieke, gedesindustrialiseerde producten. Om hen te laten zien dat mayonaise niet alleen uit een pot komt maar dat je die ook zelf kunt maken. Om in de drukke wereld waarin we leven een moment van rust te vinden, te kunnen genieten en mensen te verwennen. Zo zal je bij ons schorseneren vinden die je nog zelf moet kuisen en schillen, of die al bereid zijn.” Enzovoort, enzovoort.
Als iets een concept wordt of slechts concept is wordt het gevaarlijk en ook wel eens ridicuul.
Dit gladde proza gaat immers over de opening van de eerste Cru-winkel, de nagelnieuwe retailformule van megakruidenier Colruyt, in Overijse, de hoofdstad van de bescheiden inkomens. Een commerciële pief en een ijverige kleinzoon proberen opnieuw uit te vinden wat ze met hun collega-supermarkten en –prijsbrekers al lang kapot gemaakt hebben: de buurtwinkel, het marktkraam, de vakman op het dorpsplein, de superette, de lokale leverancier. Daar vond je, naast een luisterend oor, amateurpsychologie en de orale versie van de zogenaamde boekskes, kaas en charcuterie, die vers van het blok gesneden werd, en dat allemaal op loopafstand. In de koeltoog was alles te krijgen binnen een op het kliënteel afgestemde selectie. Bij elke voornaam hoorde een klant en een koning, en omgekeerd. Hier lag geen grote gelijke deler, niet veel voor iedereen maar meer dan genoeg voor de juiste mensen.
Herlees ondertussen met deze kennis bovenstaand glad proza en tel eens hoeveel open deuren ingestampt worden. Je mag er vijf naast zitten.
Na de vernietiging van wat was moet het hypoCru-concept de mentale meubelen redden en het afzetgebied nog wat duurzaam uitrekken voor de familie Colruyt. De aandeelhouders van hypoCru zijn de vaders van woorden als artisanaal en authentiek, omdat die nù hard nodig zijn maar vroeger per definitie aanwezig. De aandeelhouders van hypoCru zijn de ontdekkers van de kwali-tijd, omdat dan nog meer gevraagd kan worden voor een theatraal afgesneden plak emmental. De aandeelhouders van hypoCru zijn schaamteloze leugenaars: traditie is niet conceptueel maar normaal.
Mijn huisdokter heeft me gezegd dat ik wat minder boos moet worden en wat meer gezond moet eten. De aandeelhouders van hypoCru hebben me dus twee keer liggen. En schorseneren zorgen voor stinkende scheten, ook als je ze zelf schilt. We zullen er nog van horen, vanuit Overijse.
En wat heeft dit met architectuur te maken? Niks. Alleen als iets een concept wordt of slechts concept is wordt het gevaarlijk en ook wel eens ridicuul."