Op zondag 29 vindt op initiatief van NAV en Ik ga Bouwen & Renoveren de 18e editie van de Vlaamse Renovatiedag plaats. In 2016 zijn er 97 Vlaamse en Brusselse deelnemende projecten, waaronder voor het eerst ook 2 kapellen en kerken. In aanloop naar het evenement peilde NAV bij architecten en particulieren naar evoluties binnen de renovatiemarkt. NAV stelde de resultaten voor tijdens een persmoment in de reconversie van de droogloods Peeters-Van Mechelen van lezze architecten, één van de deelnemende gerenoveerde gebouwen.
Vlaamse Renovatiedag editie 2016
In 2016 zijn er 97 deelnemende projecten, waaronder voor het eerst ook 2 kapellen en kerken. De editie van dit jaar wordt getypeerd door de grote aanwezigheid van verouderde rijwoningen, een grote spreiding van de projecten, een kleine aanwezigheid van Leuvense woningen en een prominente aanwezigheid van Limburgse gebouwen, wat de voorbije jaren niet altijd het geval was. De editie van 2015 was goed voor 8.000 bezoekers, die in totaal 30.000 bezoeken pleegden. NAV mikt dit jaar op een gelijkaardige opkomst.
In tegenstelling tot andere soortgelijke evenementen biedt de Vlaamse Renovatiedag zijn bezoekers de kans om contact te leggen met ontwerpers en ervaringen te delen met bewoners van de gerenoveerde huizen, die ter plaatse aanwezig zijn. Nieuw is dat de bezoeken op afspraak vanaf dit jaar kunnen worden vastgelegd door middel van een reserveringstool. Dit is vooral handig voor laatbeslissers en voor het inplannen van nachtelijke bezoeken. NAV organiseert een paar weken na het evenement tevens enkele gratis infosessies onder de naam Renoveren is Informeren.
Peiling naar evoluties in de renovatiemarkt
NAV bevroeg in twee verschillende enquêtes 519 particulieren en 237 architecten. Daaruit blijkt dat de trends van de voorbije jaren zich nog duidelijker manifesteren. De renovaties duren over het algemeen langer en zijn complexer en veeleisender. De voornaamste vaststelling is dat het aandeel van renovaties binnen de bouwbedrijvigheid blijft groeien. Dit komt omdat Vlaanderen over een erg omvangrijk maar verouderd woningpark beschikt dat niet meer beantwoordt aan de hedendaagse kwaliteits- en energienormen.
Om de renovatiekosten te spreiden, faseren bouwheren meer dan vroeger (46%). Wie de werken faseert, hoopt de werken in ongeveer 5 jaar tijd af te ronden. Gemiddeld draait het echter op 8 jaar uit. Om dezelfde reden blijven ze ook vaker in hun woning wonen tijdens de werken (56%) en willen ze tijdens de renovatie zelf de handen uit de mouwen steken (81%). Een betere begeleiding en screening voor de aankoop van de te renoveren woning en tijdens het renovatietraject is wel nodig. Slechts 31% van de bouwheren bezoekt op dit moment het te renoveren pand op voorhand met een bouwprofessional. Dit is niet alleen nodig om op lange termijn de klimaatnormen op Vlaams niveau te halen, maar ook om de bouwheren het comfort te geven dat ze voor het verbouwproject nodig hebben.
Moeilijkheden en ergernissen
Een renovatie van een bestaand volume kost gemiddeld 1065 euro per m². Bij uitbreiding van het woonvolume is dit gemiddeld 1449 euro per m². De grootste moeilijkheid die wordt ervaren op vlak van energiezuinigheid is het vermijden van koudebruggen. De grootste ergernissen van architecten tijdens een renovatie zijn dat bouwheren niet realistisch zijn over het budget, dat fasering een goede opvolging onmogelijk maakt en wanneer een woning bouwfysisch niet in aanmerking komt voor een renovatie. Opvallend is dat in de leeftijdsgroep van de 50 tot 60 jarigen zo'n 10% aan een nieuwbouw begint, maar amper renoveert.
Het renovatiepact schrijft als doelstellingen voor om alle gerenoveerde woningen tegen 2050 aan de E60 en de EPC100 normen moeten voldoen. Ongeveer 60% van de architecten schat deze doelstelling als onhaalbaar in. Maar liefst 90% van de architecten laat weten dat de meeste bouwheren het verschil tussen de EPC-norm en het e-peil niet kennen. Uit de enquête blijkt ook dat 60% van de bouwheren conform de EPB eisen wil renoveren, 20% blijkt hier totaal geen interesse in te vertonen.
Geïntegreerde aanpak van gefaseerd verbouwen
Een doorsnee renovatieproject is vandaag heel wat ambitieuzer dan pakweg tien jaar geleden. De technische mogelijkheden zijn enorm verruimd. Ook de wettelijke eisen nemen verder toe. Zo zijn er sinds begin vorig jaar strengere energie-eisen van toepassing. NAV vindt het belangrijk dat bouwheren ook in de toekomst een verbouwing op hun eigen ritme kunnen doen, op voorwaarde dat er aan het begin van het traject een masterplan wordt opgesteld.
In zo'n masterplan moet het einddoel vooropgezet worden en moet de timing goed doordacht zijn. Tevens moeten de verschillende fases technisch op elkaar afgestemd worden om bijvoorbeeld lock-in effecten te vermijden. Dat zorgt ervoor dat de verbouwing in veel meer uitmondt dan de optelsom van een aantal onsamenhangende ingrepen. Een renovatie moet gebeuren op een zo energetische, kwalititatieve en kosten-efficiënte manier mogelijk.
Ontzorging via woningpas
NAV ziet in de te ontwikkelen woningpas een handig instrument voor de toekomst. Het is een soort woningpaspoort dat meegaat van eigenaar naar eigenaar, en is vergelijkbaar met een car-pass of een globaal medisch dossier. De woningpas moet in de toekomst allerlei gegevens en attesten bundelen in een digitale kluis, samen met een concreet renovatieadvies met een stappenplan voor een energiezuinige renovatie.
NAV stipt aan dat dat renovatieadvies ook kan inhouden dat bepaalde woningen niet meer geschikt zijn voor renovatie en beter gesloopt en heropgebouwd worden. NAV dringt er op aan dat de overheid dit principe stimuleert door een verlaag BTW-tarief van 6% te voorzien bij sloop en heropbouw, zoals momenteel in 32 stadsgebieden al het geval is.
Verder vindt NAV dat het renovatiepact geen verplichtingen, maar eerder motiveringen en richtlijnen moet inhouden. 120.000 mensen zijn momenteel noodkopers, die geen budget hebben voor een onmiddelijke renovatie. Zij zouden bij verplichting uit de boot vallen. NAV is er daarom voorstander van dat de overheid het EPC-attest upgradet naar een EPC+-attest, dat zegt welke ingrepen minimaal nodig zijn. Een andere mogelijkheid is dat er verplicht na drie jaar renovatieadvies wordt gevraagd en dat er na maximaal tien jaar wordt verbouwd.