ACHTERGROND. AZ Zeno in Knokke-Heist: filmlocatie van VRT1-fictiereeks De club

In de nieuwe Architectura-rubriek ‘Achtergrond’ kijken we naar (inter)nationale fictie met een architecturale bril. Voor één keer schuiven we hoofd- en nevenpersonages aan de kant en staan we stil bij de bijzondere locaties en gebouwen waar de verhaallijnen zich ontwikkelen. Vandaag zappen we naar AZ Zeno in Knokke-Heist, tweede thuis van drie koppels in de VRT1-fictiereeks De club, die er vrienden worden in de wachtzaal van de dienst fertiliteit.

AZ Zeno werd ontworpen door de tijdelijke vereniging AAProg - Boeckx architects – B2Ai en won onder meer een award op het prestigieuze World Architecture Festival in 2018. Het gebouw is geïnspireerd op het surrealistisch werk van René Magritte, zweeft als het ware boven het landschap en wordt tot in de ondergrondse ruimtes toe door licht en natuur gedomineerd. De link tussen binnen en buiten, tussen zorgfaciliteiten en publieke ruimtes is vrijwel naadloos.

Het ziekenhuis wordt dan ook geprezen als een treffend voorbeeld van 'levende architectuur': duurzaam ontwerpen en bouwen met bijzonder oog voor integratie in het landschap, ecologische energie en gebruikte materialen. Kwaliteiten die ook de regisseur van De club, Toon Slembrouck, en director of photography Tom Bonroy niet waren ontgaan. Maar hoe waren ze het gebouw op het spoor gekomen? En waren er nog andere ziekenhuizen in de running?

Toon Slembrouck: “Bij het prille begin van de realisatie van een fictiereeks wordt steeds een selectie gemaakt op basis van foto’s. Pas daarna ga je op locatiebezoek. Bij het zien van de foto’s van AZ Zeno was ik meteen omvergeblazen door zoveel schoonheid. Maar bij fictie moet je natuurlijk ook kijken naar de haalbaarheid, medewerkingsbereidheid, bereikbaarheid van de plek… Daarom bezochten we naast AZ Zeno ook AZ Alma in Eeklo en AZ Maria Middelares in Gent. Ook daar was het enthousiasme groot om samen te werken en sprak de architectuur mij aan. Maar het was duidelijk dat mijn hart al was verkocht aan AZ Zeno.”

Wat sprak je zo aan in de architectuur van het gebouw?

Slembrouck: “IVF is een zwaar thema dat ik wou counteren met licht en hoop. De integratie van het gebouw in de natuur paste wondermooi bij het thema. De vorm, de inval van het licht… De zuilen waarop het gebouw rust, staan zo dicht bij natuur dat het plaatje helemaal klopt. De opnameperiode in de lente is zeer bewust gekozen. De natuur vormt op dat moment één geheel met het gebouw en dat correspondeert met de verhaallijn over het begin van een verhoopt nieuw leven. Het gebouw voelt ook niet aan als een stereotiep ziekenhuis. Het zou evengoed een andere maatschappelijke functie kunnen hebben. Ceci n'est pas une clinique. (lacht) Ik kwam pas later te weten dat het ontwerp geïnspireerd is door het surrealistisch werk van René Magritte. Dikke pluim voor de architecten.”

Kostte het moeite om collega’s van je locatiekeuze te overtuigen?

Slembrouck: “Toen onze DOP (director of photography)  Tom Bonroy het gebouw voor het eerst bezocht, kreeg hij een fonkel in de ogen en wist ik meteen dat het goed zat.”

Tom Bonroy: “We wilden graag te veel kleur vermijden. Fertiliteit deed ons spontaan denken aan lichte witte toetsen zonder te hard over te komen. Dit trekt zich ook door in het gebouw. Lichte houtsoorten contrasteren enkel met de subtiele witten hoofdkleuren. Alleen de buitenbeglazing heeft een speelse toets van kleuren, wat het geheel van het gebouw dan ook fris en ‘jeugdig’ laat overkomen.”

Op welk vlak past de architectuur van AZ Zeno nog meer bij het verhaal dat jullie voor ogen hadden?

Bonroy: “De opmerkelijkste in beeld gebruikte architecturale elementen zijn de grote buitenzuilen die voor ons refereren naar het menselijk DNA. Een fijne knipoog in beeld op de achtergrond. De ruime draaitrap in enerzijds glas/spiegelbekleding en anderzijds hardhout stellen voor ons de twijfel, verwarring en frustratie voor bij de hoofdpersonages. De hoge, ronde en ruime wachtruimte en dito dokterskabinet in glas gaven ons de mogelijkheid om de natuur mee in de ruimte te trekken, zonder dat het geforceerd overkwam. En de buitenafwerking van zijkanten en gevels die niet standaard recht op recht waren afgewerkt maar golfend, gaven het buitenaanzicht dan weer een production value van internationaal niveau.”

Een fictiereeks opnemen in een ziekenhuis lijkt me niet evident. Hoe verliepen de opnames daar?

Slembrouck: “De structuur van het gebouw, maar zeker ook de medewerking en de organisatie van het ziekenhuis waren voor ons perfect. Zo is de inkomhal bijvoorbeeld geen echte wachtruimte, maar worden patiënten en bezoekers meteen doorverwezen naar specifieke wachtzalen dieper in het gebouw. Daardoor is de inkom altijd rustig: een zegen voor een filmploeg van ongeveer 35 personen. De wachtzaal en het kabinet van de fertiliteitsarts hebben we dan weer zelf gecreëerd in een vergaderzaal en receptieruimte met uitzicht op de wondermooie vormen en zuilen van het gebouw.”

Om af te sluiten: hoe belangrijk is architectuur voor jou als fictieregisseur?

Slembrouck: “Zéér belangrijk, maar altijd in functie van het verhaal. Een gebouw is als het ware een extra personage. Zelfs in zijn lelijkheid - hoe relatief dat ook moge zijn - kan een gebouw onverwachts een ziel krijgen. Ook los van mijn werk als regisseur word ik gelukkig van het aanschouwen van schoonheid, zowel in architectuur als beeldende kunst, design, mode, kleur, smaak, vorm… Ik plan mijn vakanties vaak in vanuit mogelijke bezoeken aan steden, musea en architectuur. Een van mijn favoriete plekken is Château La Coste in Aix-en-Provence, een fantastisch domein waar kunst en architectuur met elkaar in dialoog gaan.”

Deel dit artikel:
Met medewerking van
Onze partners