Wie het oeuvre van het Gentse architectenduo Alexander Dierendonck en Isabelle Blancke wilt ontdekken, moet dezer dagen in BOZAR zijn. Daar is zopas de tentoonstelling ‘Praxis’ van het bureau geopend, een initiatief van BOZAR en A+ Architecture in Belgium. Tien jaar geleden maakte Dierendonckblancke nog deel uit van de NICHE-reeks in BOZAR gewijd aan jonge Belgische architecten. Vandaag krijgt het kantoor, als gevestigde waarde in de Vlaamse architectuur, een eigen tentoonstelling. architectura.be kreeg een persoonlijke rondleiding.
BOZAR en A+ Architecture in Belgium zijn met deze nieuwe reeks monografische tentoonstellingen niet aan hun proefstuk toe. Onder meer Robbrecht en Daem, 51N4E en bOb Van Reeth passeerden de voorbije jaren de revue. De expo rond Dierendonckblancke architecten vormt een nieuw startpunt. “Met een nieuwe reeks monografische architectuurexpo’s spelen we in op de groeiende internationale belangstelling voor de Belgische architectuur”, vertelt Iwan Strauven, hoofd van de architectuurafdeling van BOZAR.
'Architectuur draait vandaag al te vaak rond snapshots, momentopnames van het afgewerkte architecturale object. Voor ons is vooral het proces belangrijk, en dat willen we tonen.'
DIerendonckblancke architecten is opgericht in 2009. Alexander Dierendonck en Isabelle Blancke deden voordien ruime ervaring op bij bureaus in eigen land en in Frankrijk zoals Christian de Portzamparc, Dominique Perrault en Stéphane Beel. “De tentoonstelling overspant de volledige carrière van onze praktijk, van 2009 tot nu”, vertelt Alexander Dierendonck. “We tonen vijftien projecten, gerealiseerd of in realisatie, en vijf wedstrijdontwerpen, waarvan we er een gewonnen hebben.” De selectie toont een diversiteit van gebouwen, kenmerkend voor Dierendonckblancke, van privéwoningen over scholen en cultuurcentra tot het VRT-gebouw, een ontwerpwedstrijd die Dierendonckblancke in 2016 won samen met Robbrecht en Daem.
Creatieve proces in beeld
“Bescheiden met een goede présence”, zo beschrijft Alexander Dierendonck de gebouwen van zijn bureau wel eens. De manier waarop de projecten worden tentoongesteld, is precies dat. Geen uitvergrote architectuurfoto’s, wel vele maquettes, dé werktool bij uitstek voor Dierendonckblancke, stuk voor stuk in eigen huis gemaakt. Plannen, schema’s en foto’s in ‘bescheiden’ A4-formaat sieren de wanden. “We leggen bewust de nadruk op het maakproces van onze projecten”, zegt Alexander. “De expo draagt niet toevallig de titel ‘Praxis’. Op tafels middenin de ruimte tonen we het onderzoekstraject met plannen en de eerste maquettes. De afgewerkte maquettes staan erlangs. In een doorlopende lijn langs de wanden belichten we de 20 projecten. We tonen zowel foto’s van de afgewerkte gebouwen als ludieke momenten met de bouwheer tijdens het bouwproces. Architectuur draait vandaag al te vaak rond snapshots, momentopnames van het afgewerkte architecturale object. Voor ons is vooral het proces belangrijk, en dat willen we tonen.”
Op vraag van de architecten maakte Filip Dujardin films over vier projecten van het bureau, die in de ruimtes geprojecteerd worden. “Een gebouw mag nooit af zijn. Het gaat erom wat de gebruikers ermee doen”, zegt Isabelle Blancke. “Zien hoe gebruikers zich onze gebouwen toe-eigenen, geeft ons het meeste voldoening. Dat brengen we tot uiting in de films, die gedraaid zijn in de lagere school in Riemst, de privéwoning Twaalfkameren, OC Kasterlee en het Gielsbos, een zorginstelling voor personen met een zware handicap.” Met deze laatste twee projecten haalde Dierendonckblancke pas nog een nominatie binnen voor de Mies van der Rohe Awards 2019.
Het culminatiepunt op het einde van de tentoonstelling is de ruimte waarin de maquettes van het nieuwe VRT-gebouw getoond worden, van wedstrijdfase tot aanbestedingsfase. “Bewust in een mooi contrast met Twaalfkameren en Nekkersput, twee projecten veel kleinschaliger zijn”, zegt Isabelle Blancke. “Ook al zijn onze projecten in schaal doorheen de jaren toegenomen, die diversiteit willen we absoluut behouden.”
'Plezier van het ontwerpen staat centraal'
Een solotentoonstelling in BOZAR, de realisatie van het VRT-gebouw, nominaties voor prestigieuze prijzen. Het lijkt Dierendonckblancke architecten voor de wind te gaan. “Toch zit er geen strategie achter”, zegt Alexander Dierendonck. “Alles is organisch gegroeid. Voor ons staat het plezier van het ontwerpen nog altijd centraal. 95 % van ons werk bestaat vandaag uit publieke gebouwen. Dat betekent dat we heel veel wedstrijden doen. Als we een project interessant vinden, kandideren we. Wel hebben we het geluk deel uit te maken van een generatie architecten die veel kansen heeft gekregen. De lancering van de Open Oproepen heeft daarin een grote rol gespeeld. Naar ons gevoel wordt de markt vandaag steeds geslotener. Kleinere bureaus zien zich genoodzaakt om zich met grote namen te associëren om zelfs maar in aanmerking te komen. Dat is jammer. Onze samenwerkingen, zoals met Robbrecht en Daem voor het VRT-gebouw en met L.U.S.T. architecten voor Nekkersput, zijn eerder vaste constructies. We zijn zo goed op elkaar ingespeeld dat we bijna functioneren als een apart bureau met één ontwerpteam.”
De tentoonstelling ‘Dierendonckblancke: Praxis’ is tot 23 juni te bezoeken in BOZAR. Naar aanleiding van de expo is ook een boek gepubliceerd, waarin vijftien projecten zijn opgenomen.