Vorig jaar won Davy Stroobants de Duurzame Woning 2010-award met z’n zelf ontworpen woning. Via de toepassing van heel wat verschillende duurzaamheidsprincipes en de integratie van allerlei energie-efficiënte technieken bereikte Stroobants een E-waarde van 27. Het betonkernactiveringssysteem, dat de architect en z’n vader helemaal zelf plaatsten, was bij aanvang van het project (2007-2008) een van de eersten in z’n soort.
Vorig jaar won
Davy Stroobants de Duurzame Woning 2010-award met z’n
zelf ontworpen woning. Via de toepassing van heel wat verschillende duurzaamheidsprincipes en de integratie van allerlei energie-efficiënte technieken bereikte Stroobants een E-waarde van 27. Het
betonkernactiveringssysteem, dat de architect en z’n vader helemaal zelf plaatsten, was bij aanvang van het project (2007-2008) een van de eersten in z’n soort.
Davy Stroobants greep de bouw van z’n eigen woning aan om de experimenteren met nieuwe materialen en toepassingen. Toen Stroobants het ontwerp voor z’n duurzame woning maakte, werd betonkernactivering nog maar nauwelijks toegepast in de utiliteitsbouw, laat staan in nieuwe woningen. De productie van prefab-vloerelementen voor betonkernactivering kwam in België en Nederland geleidelijk op gang. Toch wist Stroobants al het een en het ander over dit revolutionaire verwarmings- en koelingsprincipe: “Ik wist dat de buizen in de betonstructuur geplaatst werden en dat het de bedoeling was om de thermische massa van je gebouw functioneel te gaan gebruiken. ‘En als het werkt voor kantoren, werkt het ook voor woningen’ redeneerde ik. Intussen woon ik twee jaar in m’n zelf ontworpen woning, en het concept blijkt goed te functioneren in combinatie met het vloerverwarmingssysteem. Het is aangesloten op een warmtepomp met CO2-sondes. Om het huis te verwarmen moet de temperatuur van het water ongeveer 25 graden bedragen.”
Het specifieke ontwerp maakte dat het onmogelijk was om te werken met prefab-vloerelementen waar leidingen voor betonkernactivering in verwerkt zijn. Stroobants opteerde voor breedvloerplaten waarop hij zelf de leidingen kon plaatsen. De wapening en de verdere storting van het beton werd overgelaten aan een ruwbouwaannemer. “Deze doe-het-zelf-methode werkt best aardig, maar je moet later wel opletten waar je gaten boort in je vloeren. Als je weet dat er op een bepaalde plaats bijvoorbeeld al een dampkap komt, zorg je er best al voor een stuk isolatie en leg je de leidingen iets verder rondom de toekomstige sparing. De leidingen voor betonkernactivering werden geplaatst in de verdiepingsvloer en het dak. De open leefruimte op het gelijkvloers wordt met andere woorden vanuit het plafond verwarmd. De leidingen in het dak worden vooralsnog niet gebruikt. ”
De doorsnede van de verdiepingsvloer.