"Architecten die te hoge winstmarges realiseren dankzij hun monopolie: da’s een broodje aap-verhaal"

NAV bestrijdt ten stelligste de foutieve informatie die 19 april in de media verscheen m.b.t. de verdiensten van de architect.  In De Tijd, Het laatste Nieuws en Trends staat dat notarissen, boekhouders en advocaten maar ook architecten profiteren van hun beschermde monopolies om hoge winstmarges te realiseren. "Het tegendeel is waar. Lees hieronder de volledige reactie van NAV.

De artikels komen er na een studie van het Prijzenobservatorium van de federale overheidsdienst Economie. Die scheert architecten over dezelfde kam als notarissen. De conclusies zijn dat het monopolie architecten zou toelaten om hoge winstmarges te realiseren en dat er te weinig concurrentie in de sector is. De realiteit is echter helemaal anders en we zijn als sectorfederatie dan ook verbouwereerd deze foutieve conclusies te lezen.

 

Monopolie als vrijbrief voor steeds groeiende verantwoordelijkheden…

Architecten te veel beschermd? Integendeel: het monopolie is een vrijbrief om steeds maar nieuwe verantwoordelijkheden op de schouders van architecten te laden. Neem nu de nieuwe controleplicht op de verzekering van de aannemer vanaf 1 juli 2018: de architect wordt een soort politieman op de werf. Hij mag de werken niet laten beginnen vooraleer de aannemer een verzekeringsattest heeft overhandigd aan de bouwheer én de architect. Een slimme zet van de wetgever om zelf geen middelen vrij te moeten maken om deze wettelijke verplichting te controleren. De architect ontvangt geen bijkomend ereloon voor alle correspondentie, controlevergaderingen … die hiervoor zullen moeten gebeuren. Gaan verzekeraars binnenkort ook de weg op om te controleren of iedereen met een autoverzekering rondrijdt?

 

Controleplicht op de verzekering van de aannemer is maar het topje van de ijsberg

Deze toekomstige controleplicht is echter maar één voorbeeld. Ventilatieverslaggeving, archeologienota, EPB, veiligheidscoördinatie… De lijst verantwoordelijkheden groeit elk jaar aan. Een van de oorzaken van de slechte verloning is dat de taken en verantwoordelijkheden binnen het niet monopolie niet vastliggen.

Een ander aspect is dat, ondanks het monopolie, de prijsconcurrentie in de architectensector volledig vrij spel heeft. Er zijn immers geen barema’s of vaste prijzen zoals bijvoorbeeld bij de notarissen.
 

Conclusies uit de studie liggen ver van de realiteit

Overigens is er voldoende onderzoeksmateriaal dat duidelijk weerlegt dat architecten monstermarges genereren. Het is spartelen om boven water te blijven:

  • Uit een studie van Johan Rutgeerts (KU Leuven) blijkt dat het gemiddelde bruto uurloon van een architect 36 euro voor renovatie bedraagt en 47 euro voor nieuwbouw. En dat terwijl een leefbaar uurloon tussen 65 en 95 euro schommelt, afhankelijk van de aard van de opdracht en van het bureau.
  • Uit een recente studie van CuDOS (UGent) i.o.v. minister Gatz bij 1.840 architecten blijkt dat architecten gemiddeld zo’n 50 uur per week en gemiddeld 29.807 euro netto per jaar verdienen. Architecten geven in de studie ook aan dat deze verloning niet in verhouding staat tot de vereiste competenties, verantwoordelijkheden en de werkuren die ze presteren. Veel werkuren blijven onbetaald: administratie, leveren van advies, omgaan met de veranderende regelgeving, permanente vorming… Slechts 27% van de architecten is tevreden over de vergoeding.
  • Wat de concurrentie in de sector betreft, blijkt uit de ‘ACE Sector Study 2014’ dat deze in Vlaanderen heviger is dan elders in Europa. Zo ligt de tevredenheid op economisch vlak het hoogste in Zwitserland, Zweden en Finland. Die landen hebben relatief gezien veel minder architecten per 1.000 inwoners (resp. 0,9; 0,6 en 0,6) dan België (1,3). Het verschil in grootte van de inkomsten (euro/architect; aangepast volgens koopkracht) is frappant: Zwitserland 54.608, Zweden 35.890 en Finland 40.486 tegenover 30.191 voor België.
  • Het marktaandeel van professionele opdrachtgevers stijgt almaar en doordat er veel architecten zijn moeten de opdrachten verdeeld worden onder meer architectenkantoren, waardoor de onderlinge (prijs)concurrentie te snijden is.
  • Architecten(kantoren) zijn bovendien verhoudingsgewijs kleine spelers ten opzichte van anderen in de bouwsector (aannemers, ontwikkelaars). Dat versnipperde architecturale landschap verhindert dat architecten expertise in bepaalde opdrachten kunnen opbouwen en zich differentiëren, wat hun concurrentiepositie opnieuw verzwakt.


Hoewel de problemen in de architectensector goed en wel gekend zijn, verschillen de meningen over de oplossingen hiervoor. NAV is van mening dat barema’s, hoewel ze aantrekkelijk lijken, niet zaligmakend zijn. Vooreerst blijkt uit juridische precedenten dat de slaagkans dat Europa dit toelaat zeer gering is. Vaste tarieven bij notarissen daarentegen worden helemaal niet in vraag gesteld. Maar uit een analyse van de architectensector in liberalere markten zoals Zwitserland blijkt ook dat de economische toestand daar voor architecten beter is dan in streng gereguleerde markten.

 

Monopolie blijft nodig, maar verdient een actualisatie

Ten eerste wordt het monopolie vandaag de dag al uitgehold door sleutel-op-de-deurfirma’s en aannemers die bij de uitvoering grotere marges kunnen genereren. Architecten mogen als gevolg van hun monopolie echter geen verdiensten hebben op uitvoeringen. NAV pleit dan ook voor een aanpassing zodat architecten meer commerciële vrijheid en slagkracht krijgen en hun economische rentabiliteit kunnen verbeteren.

Daarnaast krijgen architecten vaak alle verantwoordelijkheid toebedeeld wanneer de overheid nieuwe regels, wetten en verplichtingen maakt. Een geactualiseerd monopolie zou al die taken en verantwoordelijkheden voor de architecten moeten specifiëren en aanpassen aan de huidige bouwrealiteit. In die zin is er nood aan een aangepaste architectenwet die de dubbelzinnige houding  van de overheid t.o.v. de architect wegwerkt. Architecten krijgen van de overheid immers een taak van openbare orde, maar moeten opereren binnen een markt waar de concurrentie vrij spel heeft en de tarieven de wet van vraag en aanbod volgen.

 

De architect uit de wet van 1939 is een heel andere dan vandaag

Het moge duidelijk zijn dat het beroep van architect helemaal niet te vergelijken is met dat van een notaris. Beide beroepen krijgen van de wetgever een taak toebedeeld die het algemeen belang dient. Maar het beroep van notaris heeft een verregaande modernisering doorgemaakt toen de overheid in 2000 schoon schip maakte met de Ventôsewet, die nog uit de Napoleontische tijd dateerde. De overheid schiep toen een gloednieuw kader waar zowel de notarissen als hun cliënten nu de vruchten van plukken. Eenzelfde update is nu nodig voor de wet uit 1939, die het monopolie van architecten regelt.

Ten slotte moet ook de overheid het goede voorbeeld geven. Aanbestedingen komen in alle sectoren voor, maar uit een onderzoek in 2015 van adviesbureau Ecorys i.o.v. blijkt dat architectenkantoren per aanbesteding gemiddeld 23.000 euro moeten investeren. De slaagkans is nochtans gering: 73 % van die deelnames levert geen enkele opdracht op, en 8% van de procedures wordt stopgezet. Zolang de overheid aan de lastenzijde het beroep van architect blijft verzwaren zonder dat er navenante compensaties komen, maakt ze zich medeplichtig aan de uitverkoop van onze sector. Of kent u een notaris die in een wedstrijd al een akte opmaakt alvorens hij de opdracht heeft gekregen? Of drie aannemers die een fundering gieten vooraleer de opdracht wordt gegund? Een boekhouder die uw boekhouding gratis opmaakt als proeve van kunnen?

Bron: NAV
Deel dit artikel:
Onze partners