In een nieuwe editie van de webinarreeks Architects in Ctrl, in november in Gent, liet KUBUS, exclusief verdeler van Archicad in Vlaanderen en Nederland, 3ES en studiov2 aan het woord. Zij vertelden hoe BIM kan helpen het rendement bij renovaties en restauraties te verhogen. Kwamen aan bod: 3D-scannen, fotogrammetrie en orthofoto’s, het omzetten van een 3D-scan naar een 3D-model in Archicad en de vraag hoe je het beste met dat 3D-model omgaat. “Het maximaliseren van je rendement in BIM bij verbouwprojecten houdt eigenlijk in dat je je beperkt tot wat noodzakelijk is en die zaken op voorhand definieert, project per project”, vertelden Pieter en Ruben Vandewalle, zaakvoerders van studiov2 onder meer.
“3D-laserscanning is veel efficiënter dan het traditioneel opmeten met pen en papier”, zette Marc Heylen zaakvoerder en projectleider bij 3ES, specialist op het vlak van innovatieve 3D-laserscanning en 3D-modelleren, meteen de toon. “Het is niet alleen accurater, waardoor de foutenlast, die niet factureerbaar is, kleiner is, maar het gaat ook veel sneller. Bovendien moet je maar één keer ter plaatse gaan, biedt het meer veiligheid aangezien alles contactloos gebeurt, kunnen de meest complexe vormen eenvoudig worden opgemeten en is het door dat alles goedkoper”, vatte hij samen.
Ook fotogrammetrie, met als product geometrisch correcte luchtfoto’s of zogenaamde orthofoto’s, is volgens Heylen een krachtige manier om een bestaande gebouw of een bestaande site in kaart te brengen. Al wilde hij daar wel nog iets belangrijks over kwijt. “Daar bestaan vandaag ook apps op de smartphone voor en die geven wel een mooi en realistisch resultaat, maar orthofoto’s gemaakt met zo’n app zijn volgens ons niet geschikt om mee aan de slag te gaan omdat de maatvoering op die foto’s erg onnauwkeurig is. Onze testen toonden een afwijking van 10 tot 20% aan.”
Zowel 3D-scanning als fotogrammetrie levert uiteindelijk een puntenwolk op. Heylen: “Die kan dienen als basis voor je as-builtplan of 3D-model, maar is eigenlijk ook al een model op zich. Het is daarbij belangrijk dat je enkel modelleert wat nodig is en dat je vereenvoudigt waar je kan. Je kan muren bijvoorbeeld zo schots en scheef tekenen als ze zijn, maar vaak is dat niet nodig en volstaat het een opmerking te plaatsen bij die muur, bijvoorbeeld: ‘Deze muur gaat 10% uit zijn lood.’ Daar kan de stabiliteitsingenieur ook gewoon mee aan de slag.”
Juiste vragen stellen bij de start van het project
Na Heylen vertelden Pieter en Ruben Vandewalle – geen broers – hoe BIM je helpt maximaal rendement te halen bij renovaties en restauraties. De architecten hebben als zaakvoerders van het dienstverlenende bedrijf studio v2 van het delen van expertise rond BIM hun corebusiness gemaakt. “Dat gaat van de implementatie van BIM-software, die wij overigens niet zelf maken, tot het helpen bouwen van templates en modellen bij de klant”, legden ze uit. “Constante factor daarbij is dat wij altijd focussen op de totale workflow en niet op één tool, één projectpartner of één fase in het project.”
Om het rendement van een verbouwing te verhogen via BIM, is het volgens studiov2 allereerst belangrijk om aan het begin van het project de juiste vragen te stellen. “Zoals: wat verwacht de bouwheer, wat hebben we daarvoor nodig, wat is de complexiteit van het project, wie draait aan de knoppen, hebben we de juiste profielen in huis en welke modelvorm of afgeleide daarvan, zogenaamde deliverables, moet je met welke schaal en welke detailgraad afleveren?”
Voor studio v2 moet elk verbouwproject daarna naar eigen zeggen beginnen met een 3D-scan. Pieter en Ruben Vandewalle wilden het in tegenstelling tot Marc Heylen geen goedkopere oplossing noemen dan een manuele opmeting, maar wel een waar je uiteindelijk veel meer aan hebt. Dat toonden ze met enkele praktijkvoorbeelden in Archicad, telkens met tips over hoe je het rendement van het programma en dus van de verbouwing kan vergroten.
Nulpunt bepalen belangrijk
Studiov2 zal naar eigen zeggen altijd adviseren om de puntenwolk als (startpunt van je) model te gebruiken eerder dan op basis daarvan een nieuw model te gaan maken. “Je kan de puntenwolk op basis van de 3D-scan heel gemakkelijk inladen in Archicad. Het is daarbij wel belangrijk om de landmeter, de maker van de 3D-scan, te laten weten wat het nulpunt moet zijn in je puntenwolk, zodat je weet waar de wolk ‘valt’ als ze in Archicad wordt ingelaten en je ze zo gemakkelijk terugvindt. Het is eveneens van belang dat alle andere projectpartners datzelfde nulpunt hanteren, zodat wanneer ze hun modellen naar elkaar uitsturen, die altijd makkelijk terug te vinden zijn in de gebruikte BIM-software. Wanneer iedereen op een ander nulpunt aan het werken is, zullen het model van de technieken, het stabiliteitsmodel en het architectuurmodel immers nooit samenvallen. Zo’n juist nulpunt hanteren is ten slotte ook belangrijk bij het opsplitsen van je model, wat in Archicad soms moet omwille van uploadbeperkingen. Als je geen nulpunt hebt bepaald, zullen al die aparte stukken niet mooi meer aan elkaar koppelen. In Archicad kan je een nulpunt makkelijk bepalen met Survey Point.”
Orthofoto’s: vat aan info dankzij Archicad
“Een orthofoto, die je op basis van de puntenwolk uit je 3D-scan kan maken in de Archicad-plug-in Pointcab, gebruiken wij in Archicad dan weer vaak als zogenaamde onderlegger, die we dan verrijken met informatie via de Archicad Morph-tool en de interactieve Schedules. Het gaat om info die je niet kan tekenen, wat in Archicad properties genoemd wordt. Denk aan gegevens rond erfgoedbeleid of de status van een element – te slopen, te behouden of te vervangen. Die status kan je gemakkelijk aanduiden met de speciale renovatietool in Archidad, op basis waarvan je ook sloopplannen kan afleiden waarop duidelijk te lezen staat wat gesloopt, behouden en vernieuwd moet worden.”
“De foto kan daarna dienen als basis voor een 2D-tekening waarop je snel dingen kan meten. Een groot voordeel van orthofoto’s is immers dat de afmetingen en verhoudingen, uiteraard geschaald, altijd kloppen. Soms maken we op basis van de orthofoto’s ook doorsnedes. Met het oog daarop kan je de landmeter vragen om de detailgraad van de 3D-scan en dus de puntenwolk op een bepaalde plaats te verhogen. Orthofoto’s worden, ook al zijn ze in 2D, dankzij Archicad dus echt een vat aan info.”
“Elk BIM-project afzonderlijk bekijken”
De zaakvoerders van studiov2 lichtten ook nog de 3D Cutaway en Marquee van Archicad toe, opties om in 2D of 3D door details van de puntenwolk te struinen, en de Quick Layers-toolbar, een optie om bepaalde lagen van je BIM-model afzonderlijk te bekijken.
Ook de heren Vandewalle vinden dat ontwerpers zich bij het modelleren van een renovatieproject altijd moeten beperken tot wat noodzakelijk is. “Je moet goed op voorhand nadenken was je BIM-gewijs gaat doen en jezelf niet verliezen in leuke features. Wil je een volledige meetstaat uit je model halen of enkel die van de nieuwe delen? Zijn de deliverables puur in 2D of zijn er ook partners die BIM’en en is er een IFC-bestand nodig? Je gaat vooral efficiënter werken wanneer je het BIM-verhaal van elk project afzonderlijk gaat bekijken. Archicad biedt in onze ervaring de nodige flexibiliteit om dat te doen. Eenzelfde aanpak toepassen op elk project is echt niet slim”, besloten de heren Vandewalle.
Michiel Neven, BIM Consultant bij KUBUS, besloot het webinar: “De software is van nature heel grafisch, met veel symbolen en tekeningen die louter visueel al duidelijk maken wat waarvoor dient.”
Het volledige verhaal van 3ES en studiov2 in Architects in Ctrl beluisteren? Dat kan via deze link.