in Gent. De deputatie van Oost-Vlaanderen kende ook twee bijzondere vermeldingen toe, respectievelijk aan
voor de restauratie en herstructurering van een omvormingsstation tot restaurant Volta in Gent.
Foto: Amaury HenderickSinds 1992 schrijft het provinciebestuur van Oost-Vlaanderen een tweejaarlijkse prijs voor architectuur uit. In 2011 al voor de tiende keer. De Architectuurprijs heeft niet de pretentie de beste architectuur te willen bekronen, maar heeft de bedoeling architectuur te tonen die creatief en kwaliteitsvol is. Voor deze tiende editie kwamen in Oost-Vlaanderen gerealiseerde projecten in aanmerking met als hoofdbestemming een niet-residentiële functie.
De vijf stemgerechtigde juryleden (Martine De Maeseneer, Sylvie Bruyninckx, Reginald Schellen, Hendrik Vermoortel en architect Dirk Mattheeuws als vertegenwoordiger van de Oost-Vlaamse provinciale Raad van de Orde van Architecten) beoordeelden de inzendingen op basis van volgende criteria : de architecturale betekenis, de functionaliteit en beleving van het project, het duurzaam karakter en tenslotte de context van het project.
Vierendertig projecten werden ingezonden. In de eerste selectieronde werden op basis van de ingestuurde digitale presentaties acht projecten genomineerd. Deze projecten werden door de jury ter plaatse bezocht.
De Oost-Vlaamse deputatie sluit zich aan bij het voorstel van de jury om Crepain Binst Architecture te bekronen als laureaat met het schoolgebouw van de Arteveldehogeschool aan de Voetweg-Kantienberg in Gent. De laureaat ontvangt een bedrag van 5 000 euro. Eveneens op unaniem voorstel van de deskundige jury kende de deputatie twee bijzondere vermeldingen toe aan:
Vens Vanbelle Atelier voor het notariaatgebouw in Horebeke en aan Architecten Patrick Lefebure en Wim De Beus voor de restauratie en herstructurering van een omvormingsstation tot restaurant (Volta) in Gent. Zij ontvangen elk 1 250 euro.
Het winnend projectHet gebouw, gelegen langs de Muynckschelde en een toekomstige wandel- en fietsweg, bestaat uit een torenvolume en een laagbouw rond een centrale patio. De beglaasde toren is een nieuwe baken in de Gentse skyline, die de aanwezigheid van de campus in de stad prominent benadrukt. Vanuit die toren heeft men een prachtig uitzicht op de Sint-Pietersabdijkerk en is er tevens een visuele relatie tot de boekentoren van de Universiteit Gent.
De natuurlijke helling van het terrein is doorgetrokken in het laagbouwvolume, dat buiten bekleed is met gelijmde paars-rode baksteen. De patio heeft trapsgewijze gradins die de helling volgen. Het laagste niveau bevat ruimten die het meest en het langst toegankelijk moeten zijn (cafetaria, mediatheek).
De jury is van mening dat de omvang van het project in een historische stad een flinke uitdaging vormde voor de architecten. De toren betekent door haar grote ruimtelijke en visuele impact een toegevoegde waarde voor de stad Gent. De ontwerpers hebben het gebouw perfect en zinvol weten te integreren in de helling van het terrein. De interne circulatie is logisch en op elke verdieping onmiddellijk herkenbaar voor de gebruikers. Deze aangename schoolomgeving kan het belang van kwaliteitsarchitectuur voor de studenten en alle gebruikers van dit gebouw duidelijk maken.