BBA 2022 Groepswoningbouw: nominatie voor De Korenbloem (Studio Jan Vermeulen i.s.m. Tom Thys Architecten)

Studio Jan Vermeulen i.s.m. Tom Thys Architecten heeft recent deze innovatieve zorgcampus opgeleverd voor VZW De Korenbloem in Kortrijk. Het gebouw biedt nieuwe woonmodellen voor jongeren met vroeg beginnende dementie en ouderen met een beroerte-gerelateerde handicap en somatische symptoomstoornis. Het project herbestemt een historische villa en breidt deze uit met een nieuwbouw die een link creëert tussen de bestaande buurt en een centraal gelegen park, midden in een stadsblok aan de rand van Kortrijk. Ook VK Architects & Engineers (EPB, stabiliteit, technieken), Buro Groen (landschapsontwerp) en Katrol Architecten (werfcontrole) zijn betrokken partners in het project, dat is genomineerd voor de Belgian Building Awards in de categorie Groepswoningbouw. 

De Vlaams Bouwmeester en de Vlaamse minister van Welzijn lanceerden in 2012 een oproep voor zorgaanbieders met het oog op de nieuwbouw van innovatieve zorginfrastructuur. Vijf interdisciplinaire ontwerpteams werden via een wedstrijd geselecteerd om de zorgmodellen van de toekomst te ontwerpen, die in 2014 werden geïmplementeerd. Het team van Studio Jan Vermeulen, Tom Thys Architecten en Sergison Bates Architecten werd aangesteld voor het project VZW De

Zorgcampus De Korenbloem is één van de pilootprojecten die experimenteert met nieuwe modellen van collectief wonen voor zorgbehoevende bewoners, strategieën ontwikkelt om hen te ondersteunen in zelfstandig te wonen, en actief zoekt naar manieren om deze nieuwe collectieven te integreren in bestaande wijken.

Het masterplan, dat het team heeft ontwikkeld, organiseert negentig nieuwe wooneenheden en aanvullende welzijns- en buurtdiensten binnen twee ensembles van zowel nieuwe en bestaande gebouwen in een centraal gelegen landschapstuin. De faciliteiten zijn gericht op de specifieke noden van jong-dementerenden, alsook mensen met beroerte-gerelateerde en somatische zorgbehoeftes. Dagopvang wordt aangeboden in de twee bestaande historische villa’s, die gekoppeld zijn aan de nieuwe woongebouwen aan de straat en in het landschapspark. Studio Jan Vermeulen ontwikkelde, in samenwerking met Tom Thys Architecten, het ensemble van gebouwen rond Villa Landhuis in het park, terwijl Sergison Bates Architects vorm gaf aan het project rond Villa Portiek aan de nabijgelegen dorpskerk.

 

Kleinschalig wonen

De ambitie van De Korenbloem om een zorgnetwerk te creëren dat de relatie met de buurt versterkt fungeerde als basis voor het masterplan dat werd ontwikkeld om de bestaande onsamenhangende gebouwen om te vormen tot clusters met een eigen identiteit. Een essentiële methode om de voortgang van dementie te draaglijk te maken, is om de relatie met objecten, routines en de omgeving te versterken, een proces dat kan worden bewerkstelligd door de leefomgeving te reduceren tot ‘kleinere werelden’. Daarom combineert het project de kleinschaligheid en intimiteit van het wonen met de efficiëntie die essentieel is voor de dagelijkse werking van zorginfrastructuur. Op deze manier vertaalt het een ensemble van gebouwen zich als een netwerk van kleinschalige woonruimtes, waardoor de bewoners zich vrij kunnen bewegen binnen een beschermde en gemonitorde omgeving.

 

Villa Landhuis

Op een verhoogde bedding in het park neemt Villa Landhuis, in 1860 ontworpen door Bruneel de Montpelier in neoklassieke empirestijl, een centrale positie in het masterplan voor De Korenbloem. De villa is gedurende haar geschiedenis meerdere keren verbouwd, uitgebreid, aangepast en gestript. In de met littekens bedekte villa herontdekte het ontwerpteam royale kamers die ooit het decor vormden van een aristocratisch gezinsleven. In lijn met het Palladiaanse denken werden de relaties tussen de kamers langs de twee hoofdassen van de villa versterkt, en geopend naar het omringende landschap en de tuin. De hoofdcirculatie werd gereorganiseerd en er werden kleine infrastructurele elementen toegevoegd om de villa aan te passen aan de behoeften van een dagcentrum. De organisatie van onderling verbonden kamers, waarbij elke ruimte wordt gekenmerkt door zijn verschillende afmetingen en sfeer, vormt als het ware een constellatie van ‘kleine werelden’ die een compacte maar genereuze woonomgeving biedt voor haar kwetsbare bewoners.

 

Nieuw gebouw

Het nieuwe gebouw van drie verdiepingen bestaat uit vier getrapte volumes, vergelijkbaar in schaal met de villa, die bemiddelen tussen de straat en de landschapstuin. Het project begeleidt een nieuwe route tussen de straat en het park, en opent zo het hart van de zorgcampus naar de buurt. Door de getrapte vorm ontstaan er kleinere sociale ruimtes met verschillende karakters rondom de contouren van het gebouw. De nabijheid van het nieuwe gebouw tot de bestaande villa, met zijn klassieke verticale geleding, inspireerde het ontwerp van de nieuwe gevel die elementen ontleent van klassieke 'tuinstructuren' zoals balkons, pergola's, luifels en tuinkamers om zo een mediërende schaal te creëren tussen de privacy van het woongebouw en de stedelijk context. Betonnen lijnelementen variëren in diepte rondom het gebouw en creëren luifels en terrassen die beschutting bieden voor de bewoners. Ranke betonnen kolommen, die door hun gezuurde oppervlakte het witte aggregaat en zwart zand in een terrazzo-effect onthullen, creëren een ritmische gevel langs de nieuwe route naar de tuin. In de loop van de tijd zullen klimplanten hun weg vinden langs de balkonstructuur om een ​​weelderig groen kader te creëren. Refererend naar de gearticuleerde stucwerk-details die de gevels van de villa sieren zijn de ramen in het nieuwe gebouw subtiel omlijst. De muren zijn afgewerkt met stucwerk met een fijn verticaal motief wat een zinderende diepte geeft aan de gevel.

 

Folly

De continuïteit tussen de architectuur van de historische villa en het nieuwe gebouw is het duidelijkst aan de parkzijde waar nieuw en oud, als in een tweeluik, naast elkaar staan. Een nieuwe tuinkamer van twee verdiepingen zorgt voor een directe verbinding tussen de woningen in de nieuwbouw en de collectieve ruimtes in de villa. Gebaseerd op het concept van de historische ‘folie’ leest dit gebouwtje als een caleidoscopische structuur. Het maakt een plek waar de minder-mobiele bewoners vanuit de comfortabele en veilige omgeving van het huis rechtstreeks kunnen genieten van de tuin.

 

Organisatie

Het project brengt verschillende woontypologieën en zorgvoorzieningen samen: twee dagcentra op maat van verschillende zorgbehoeftes, vier aanleunflats voor de meer zelfstandige bewoners, vier kleinschalige leefgroepen voor telkens acht bewoners en een centrum voor kort verblijf voor zes bewoners. In elke leefgroep verkennen de ontwerpers ruimtelijke configuraties die bewoners in staat stellen samen te leven volgens hun eigen wensen en behoeften. Een verscheidenheid aan ruimtes met verschillende sfeer en intimiteit, die de bewoners kunnen beleven als hun eigen ‘kleine wereld’, is georganiseerd langs een centrale circulatie. Langs de westgevel van het gebouw bevinden zich op elke verdieping een enfilade van gemeenschappelijke woonruimtes die toegang bieden tot genereuze terrassen. Individuele kamers zijn gescheiden van de gemeenschappelijke ruimtes door een lagere tussenruimte om privacy te bieden aan de bewoners van de leefgroep. Schuifdeuren bepalen de relatie tussen de slaapkamer en de badkamer, zodat de toegang kan worden aangepast aan het vereiste zorgniveau.

 

Bovenal een woonproject

"De coronacrisis heeft op een pijnlijke manier duidelijk gemaakt dat de ruimtelijke kwaliteit van vele woonzorgvoorzieningen niet afdoende was om mensen in isolement een kwalitatief kader te bieden waarin men zowel fysiek als mentaal gezond kan leven. Dit komt omdat de woonkwaliteit van deze gebouwen in het verleden ondergeschikt was aan de organisatie van efficiënte zorg. Toch zijn deze voorzieningen plekken waar mensen in eerste instantie ‘wonen’. Wij willen het maatschappijbeeld verschuiven en de voorzieningen voor deze kwetsbare groepen eerst en vooral als een ‘woon’-project zien; een woonproject waarin de woonbehoeftes van de bewoner centraal staan en waarin het contact met de maatschappij behouden blijft", besluiten de ontwerpers.

Bron: Studio Jan Vermeulen
Deel dit artikel:
Onze partners