BBA 2023 / Sustainability: AG Campus (evr-architecten)

Van bij de start was het project een breed duurzaam project. Evr-architecten koos er namelijk voor om het kantorenpatrimonium uit de jaren ’80 en ’90 te renoveren en upgraden tot een gezonde, kwalitatieve en integraal duurzame werk- en leeromgeving. De centrale ligging in de stad Brussel zorgt ervoor dat de campus voor iedereen toegankelijk is, ook al kom je te voet, met de fiets of het openbaar vervoer.

evr-architecten schoof het bestaande complex op, waardoor er twee ruime patio’s ontstaan die de volledige gelijkvloerse verdieping openwerken en er zichten op groene buitenruimtes ontstaan. Doorheen de renovatie koos het architectenbureau voor zo duurzaam mogelijke materialen en werd er gefocust op het behoud en hergebruik van materialen uit het bestaande gebouw, zoals de wandbekleding met oude deuren uit perenhout.

Als aanvulling werkte de aannemer met recuperatiemateriaal uit andere Brusselse kantoorgebouwen en nieuwe materialen met een lage impact. Het werken met duurzame en specifieke circulaire materialen zorgt ervoor dat het ontwerpproces verandert. Er ontstond een bibliotheek van materialen waaruit de architect selecteerde wat gebruikt kon worden. Het ontwerp werd hierdoor beïnvloed maar niet door bepaald.

Groen en biodiversiteit

De architect richtte de twee nieuwe patio’s in als kwalitatieve groene ruimtes. Het dak van de nieuwe aanbouw kreeg een groendak als afwerking bestaande uit een mix van sedums, grassen en kruiden. Ook de versteende tuin werd opengewerkt, waardoor er nu veel meer groen en biodiversiteit op de campus is terug te vinden. Hiervoor werkte het bureau samen met landschapsarchitect Denis Dujardin, die een lokale ecologie bedacht voor het project.

Voorbeeldgebouw

De AG Campus kreeg van Be Exemplary de stempel als voorbeeldgebouw door zijn duurzame benadering op het gebied van milieu en mens, zowel in de materiaalkeuze als voor het water- en energiebeheer. In de parking van het complex opteerde de architect voor de installatie van een grote bouwkundige regenwaterput. Deze put capteert het water van de bestaande en nieuwe daken en verdeelt het over de verschillende verdiepingen.

Een erg belangrijke strategie binnen het project was het gebruik van verschillende lagen: de draagconstructie, de gevel, de technieken en het meubilair. Ze werden los van elkaar ontworpen, zodat de aanpassingen van deze elementen, die mogelijk een verschillende levensduur hebben, kunnen aangepast worden in de toekomst. De draagstructuur zal er het langst staan, waardoor deze uiteraard het meest flexibel moest zijn. Hierdoor koos de architect voor een verandaconstructie met grote overspanning in plaats van vaste wanden.

De volgende laag werd gevormd door de gevel en het dak. Deze zijn zo geconstrueerd dat ze demontabel zijn. Een houtskelet vormde de beide schildelen zodat ze een lage impact hebben op het milieu en demonteerbaar blijven. Mechanische verbindingen gemaakt uit minerale wol zorgen voor gemakkelijke toekomstige renovaties en garandeert de scheiding van gebruikte bouwmaterialen.

Embodied CO2

In eerste instantie keek evr-architecten naar embodied CO2 van materialen. De keuze voor renovatie, de ‘ruwbouw is afbouw’-esthetiek en het rechtstreekse hergebruik zorgen ervoor dat het gebruik van nieuwe materialen tot een minimum beperkt blijft. De CO2-productie van de refurbished materialen uit de andere kantoorgebouwen ligt lager dan van nieuwe materialen. Indien er toch nieuwe materialen gebruikt werden, koos de architect voor hout aangezien deze bijna CO2-neutraal zijn.