In de jaren 60 werd het park tussen de Koetsweg en de Heideberg verkaveld in een woonwijk. De royale villa, die architect Georges E. Vranckx ontwierp voor een dokter en zijn gezin, is overdreven groot. Twee jonge gezinnen besloten om het pand te verbouwen tot een kleinschalige cohousing waarbij inkomhal, kelder en parktuin gedeeld worden.
Door de ongebruikelijke typologie van twee identieke paviljoenen, verbonden door een glazen hal, leent het gebouw zich voor een eenvoudige opdeling. Het opzet van Fijn atelier en anne-valérie de mûelenare was om twee woningen te creëren die passen binnen het totaalontwerp. Ze ademen dezelfde sfeer uit en zijn op elkaar ingespeeld, elk met hun eigen accenten en oriëntatie.
Voldoende buffering
De compacte slaapkamers treden op als buffer tussen de straat en de leefruimtes. De natte ruimtes en berging concentreren zich rond de binnentuin, zodat er voldoende buffer is tussen de woningen. De leefruimtes openen zich maximaal naar het groen. Om het ruimtegevoel van het open plan te behouden, kreeg de ruimte verschillende volumes. Als een reeks losse objecten die het plafond net niet raken. Hierdoor kan je af en toe dwars door de woning kijken.
Herinterpretatie
Het project ‘Onder één dak’ is een herinterpretatie van de dokterswoning waarbij het behoud van het oorspronkelijke karakter en het respect voor de bestaande architectuur centraal staan. Toch was het een energetische ingrijpende renovatie. Enkel het staalskelet, de houten dakbalken en de draagvloeren bleven na de afbraak overeind als een leeg canvas. Hierna startte de ontwerpers met het aanpassen van de woning aan de hedendaagse normen.
Om het karakter van de woning te behouden was de materiaalkeuze essentieel. De staalstructuur werd blootgelegd in het interieur en de losse volumes in de ruimte kregen elk een eigen uitgesproken identiteit: roze gevelmetselwerk, hoogglans lak of gerecupereerde gedefinieerde akoestische panelen. Voor de overige materialen kozen de ontwerpers voor sobere materialen zoals polybeton, aluminium buitenschrijnwerk en de originele houten draagbalken.