BEELD/VERHAAL. Wunderkammer, Deurle - Mo Vandenberghe & Hans Op de Beeck (Gie Bresseleers)
De Dag van de Duisternis of de Nacht van de Duisternis of De Nacht van de Nacht legt op 11 oktober de nadruk op het beleven van de nacht en de impact van lichtvervuiling op mens en natuur. In de achtertuin van Museum Dhondt-Dhaenens, Deurle blijft het in Wunderkammer reeds sinds 2018 donker, echt donker.
Aanvankelijk huisvest Wunderkammer de private bibliotheek van Jan Hoet. Als die in 2021 wordt overgedragen aan de Kunstenbibliotheek in Gent, richt Hans Op de Beeck er zijn derde “location” in: een grootschalige, intrigerende scène.
DE MONOLIET
Kunstenaar Hans op de Beeck en architect Mo Vandenberghe (Studio MOTO) verbouwen woning Meander, aanvankelijk een cottagevilla uit 1930 en daarna een baanrestaurant, tot een kunstwerk. Het gebouw wordt volledig gestript. Het dak en de trap worden vervangen. Ramen en deuren worden dichtgemetst. De buitengevel wordt volledig afgewerkt met banden zwarte roofing.
Wunderkammer staat er als een zwarte monoliet: monumentaal, tijdloos, abstract, introvert. We vinden de zwarte voordeur tussen de twee zwarte zuiltjes. Wunderkammer trekt ons binnen.
HET INTERIEUR
Met het binnengaan valt het daglicht uit. Het is er stil. De tijd valt weg. Alles is grijszwart. Alles is versteend. Het is intiem, mysterieus, obscuur.
Ingekapseld in de duisternis voelen we ons klein, bescheiden. Beducht verkennen we de ruimte. In spaarzaam kunstlicht ontdekken we de bibliotheek met de plafondhoge boekenkasten, de mensgrote sculpturen, de statisch brede trap,… Op de eerste verdieping kadert één groot erkerraam het Leielandschap: de rivier in een dichtgegroeid landschap: een tableau vivant van de Latemse School.
Wunderkammer wordt sporadisch gebruikt als artiestenresidentie. In dit zwartgrijs interieur zit op de eerste verdieping de mini-keuken en mini-badkamer verstopt in twee kleine, hoge kokers: helder wit dankzij witopale koepels.
KUNST
Hans Op de Beeck creëert hier een grootschalige scène. Het werk refereert naar het curiositeitenkabinet: het concept uit de vijftiende eeuw, de voorloper van de openbare musea, de prestigekamer met boeken en werken uit kunst, cultuur en wetenschap. Het interieur is een totaalbeleving: een meditatieve ruimte. Alles in monochroom grijszwart. Alsof onder een dikke laag stof. Het is een wereld op zich. Een mysterieus stilleven. Geheimzinnig. We erkennen de sfeer van de recente tentoonstelling Nachtreis in het KMSKA waar Hans Op de Beeck kleinere scènes presenteert. Bevreemdend. Dromerig.
DOEL
Wunderkammer bevraagt ons. Wat is echt en wat is namaak? Wat willen we zien? Wat willen we geloven? Hoe dring je door achter de fake? Hoe dring je door achter de schijn? De schone schijn?
Hoe relatief is de werkelijkheid? En is het wel de werkelijkheid? Hoe interpreteren we die? Hoe gaan we daarmee om?
Dit geldt niet enkel voor de hier gepresenteerde kunst in deze duisternis, in alle rust en stilte. Het geldt ook voor de gepresenteerde architectuur in ons dagelijks leven, in alle chaos en lawaai.
Gie Bresseleers is architect en fotograaf. In zijn columnreeks BEELD/VERHAAL verweeft hij fotografie en persoonlijke verhalen tot een unieke kijk op bijzondere projecten wereldwijd.
 
			 
                             
                             
                             
                             
                             
										