Belgisch paviljoen maakt indruk op wereldtentoonstelling in Dubai

In 2020 gooide de coronacrisis nog roet in het eten, maar op 1 oktober 2021 opende ‘Expo 2020 Dubai’ dan toch eindelijk de deuren. Tot 31 maart wedijveren circa 190 paviljoenen met elkaar op het vlak van creativiteit en originaliteit. Ook ons land laat zich niet onbetuigd, want het Belgisch paviljoen springt meteen in het oog dankzij de bijzondere boogstructuur met verticale tuinen. Vandaar de toepasselijke naam ‘The Green Arch’. Aangezien ‘design for dissasembly’ een van de voornaamste ontwerpprincipes was voor assar architects en Vincent Callebaut Architectures, kan het imposante volume na de wereldtentoonstelling integraal gedemonteerd en elders opnieuw opgebouwd worden.

Conform de algemene slogan van Expo 2020 – “Connecting minds, Creating the future” – bundelden assar architects en Vincent Callebaut Architectures hun krachten om heel de wereld te tonen dat ze in staat zijn om ecologische, inclusieve en harmonieuze steden te realiseren, in nauwe samenwerking met de burgers die er zullen wonen, werken en verpozen. Het Belgische paviljoen verenigt vegetatie en een futuristisch design in massief hout – een heuse ode aan de regeneratieve circulaire economie – met materialen van biologische en geologische oorsprong, bioklimatisatie, hernieuwbare energie en natuur- en biodiversiteitsbehoud.

 

Paraboloïde én mashrabiya

"De Green Arch is opgevat als een imposant dubbelgebogen gewelf tussen twee pijlers, een paraboloïde in Cross Laminated Timber (CLT) met meer dan 5,5 kilometer lamellen in sparrenhout die een reusachtige mashrabiya vormen. Deze laatste omhult het gebouw en biedt beschutting tegen de brandende zon. Het architecturale concept van het Belgisch paviljoen is erop gericht om een schaduwrijke en natuurlijk geventileerde agora te creëren (georiënteerd naar de overheersende windrichtingen) die bezoekers de nodige verkoeling biedt. Dit overdekte plein legt als het ware de link tussen de belangrijkste wijken van de Expo", leggen de architecten uit.

Het paviljoen biedt onderdak aan twee winkels met typisch Belgische souvenirs en chocolade, een business center, een gastronomische brasserie en een dakterras met een prachtig uitzicht over de mobiliteitszone van de Expo (waar het Belgisch paviljoen gevestigd is). Er is uiteraard ook een tentoonstellingsparcours over de Belgische visie op mobiliteit uitgetekend, met de ‘Gyronef’ als kers op de taart. Deze levensgrote replica van de karakteristieke helikopter uit de Suske en Wiske-stripverhalen staat te blinken op het dakterras en is volledig vervaardigd uit gerecycleerd schroot, inclusief een bekleding die gemaakt is van de oorspronkelijke aluminium platen van het Atomium, het Belgische paviljoen van de wereldtentoonstelling in Brussel in 1958.

 

Biofiele architectuur

‘The Green Arch’ staat symbool voor de dynamiek en de veelzijdige eigenheid van het federale België en zijn Gewesten. Het gebouw is integraal gewijd aan hernieuwbare energie en wordt overdekt door een grote fotovoltaïsche en thermische luifel die groene stroom en warm water produceert. Het heeft ook de ‘biofiele’ architectuur die Vincent Callebaut nauw aan het hart ligt, met balkons en dakterrassen die grotendeels beplant zijn. De ‘ademende’ gevels, die bewaterd worden door middel van druppelirrigatie, koelen op natuurlijke wijze de grote buitenterrassen (via evapotranspiratie), waar het ondanks de warme temperaturen goed toeven is.

"‘The Green Arch’ geeft op een perfecte manier gestalte aan het begrip ‘belgitude’. Lees: het typisch Belgische vermogen om in het hart van Europa de uiterst creatieve Latijns-romantische geest te verenigen met de pragmatische Germaanse en Angelsaksische vindingrijkheid", benadrukken Vincent Callebaut en assar architects.

 

"‘The Green Arch’ geeft op een perfecte manier gestalte aan het begrip ‘belgitude’ "

 

Omkeerbare en circulaire constructie

Er zijn momenteel besprekingen aan de gang om het paviljoen na de Expo te demonteren, zodat het ter plaatse of in Europa een tweede leven kan krijgen. Jean-Philippe Patesson, technisch directeur bij BESIX Middle East: "We hebben vooraf rekening gehouden met deze mogelijkheid door te kiezen voor een staalstructuur die gemakkelijk te ontmantelen is. Ook de geprefabriceerde betonvloeren zijn in functie daarvan ontworpen, inclusief hijshaken die in de vloerplaten geïntegreerd zijn."

Het staal en beton zijn ter plaatse geproduceerd, terwijl het hout afkomstig is uit Europa. Het merendeel van de afwerkingen komt uit België of draagt een Belgische stempel. Conform de duurzaamheidslogica heeft geen enkel element van het paviljoen een levensduur die beperkt is tot een of twee jaar. Alles is ontworpen en gebouwd om lang mee te gaan.

 

Extra uitdagingen door de pandemie

BESIX is al meer dan vijftig jaar aanwezig in de Verenigde Arabische Emiraten. "Wij zijn er een referentie op het vlak van operationeel management. De pandemie en het daaruit voortvloeiende uitstel van de wereldtentoonstelling hebben de markt in zeer sterke mate verstoord. We moesten anticiperen en bijvoorbeeld onze veiligheidsregels aanpassen om een werf te bekomen die correspondeerde met de marktrealiteit op dat moment", legt Jean-Philippe Patesson uit.

"We hebben veel hinder ondervonden, waaronder tijdelijke sluitingen van de werf, maar ook een forse impact op onze supply chain, waarbij onze leveranciers en onderaannemers direct en indirect werden getroffen. Sommige onderaannemers zeiden het contract gewoon op, wat ons dwong om snel op zoek te gaan naar alternatieven. Het was niet evident, maar we hebben het gered!"

 

Belgisch imago uitdragen

Net zoals op de wereldtentoonstelling van 2015 in Milaan maakte de Belgische bouwgigant er een erezaak van om een paviljoen af te leveren dat een fantastisch visitekaartje is voor ons land. Jean-Philippe Patesson: "We zijn altijd erg trots op wat we bouwen en dat geldt des te meer voor dit soort prestigeprojecten, die het internationale imago van België ten goede komen. Al onze teams hebben keihard gewerkt, met een sterke betrokkenheid op alle niveaus van ons bedrijf om de Belgische eisen te verzoenen met de lokale normering. Wij zijn zeer tevreden met het resultaat en vooral met de positieve feedback die wij van alle kanten krijgen!"

Deel dit artikel:
Met medewerking van
Onze partners