De Godecharle Stichting bestaat meer dan 100 jaar. Ze werd gesticht in 1871 door Napoléon Godecharle, die ter nagedachtenis van zijn vader, de beeldhouwer Gilles-Lambert Godecharle, de vorming en de carrière van jonge Belgische beeldhouwers, kunstschilders en architecten wilde begunstigen. De tweejaarlijkse Godecharle Wedstrijd voor beeldhouwkunst, schilderkunst en architectuur vond voor het eerste plaats in 1881. De eerste laureaat van de wedstrijd architectuur was Victor Horta. Dit jaar gaat de eer naar de Gentse architect Bert Stoffels, in 2016 afgestudeerd aan de KU Leuven.
De eindproef van Godecharle wedstrijd bestaat erin om tijdens een verblijf in afzondering van maximum vijf opeenvolgende dagen, een thema of een onderwerp uit te werken dat gekozen werd door de jury. Deze laatsten kunnen door de jury opgeroepen worden om hun projecten en opvattingen te verdedigen. Deze vier deelnemers stelden hun werk voor in Kanal Centre Pompidou: Cyrillus Carpreau, Pierre Greaume, François Ricciardi en Bert Stoffels.
Preserving a public space
“Met dit tegenvoorstel voor de reconversie van de beurs tot Biertempel wou ik een architecturale urgentie ten uitvoer brengen waarbij het programma in vraag gesteld of zelfs bekritiseerd wordt. Daarom maakte ik een alternatief ontwerp door materiaal weg te nemen eerder dan nieuw onnodig programma toe te voegen”, licht Bert Stoffels zijn ontwerp toe. “Dit ontwerp was een zoektocht naar hoe een architectuur van het slopen te ontwerpen en wie het recht heeft om het auteurschap van de sloop op zich te nemen.”
“De trappen van de beurs waren symbolisch de belangrijkste publieke ruimte van de stad. Mensen kwamen er samen om te protesteren of om te rouwen na de aanslagen. Vandaag is deze plek gedepolitiseerd aangezien politieke bijeenkomsten en betogingen er verboden zijn.”
“Deze interventie reageert op de architecturale geste van het winnende ontwerp voor de beurs om de plint voor het publiek te openen. Dit voorstel echter keert het statuut van de plint om en in plaats van een dienende functie te vervullen voor een commercieel programma wordt het een monument op zichzelf, een gedenkteken voor de publieke plek die ooit was.”
“De maquette toont twee verschillende scenario’s in de tijd. In de zomer wordt de plint een publiek toegankelijk bassin waar men aan het water kan zitten of kan zwemmen. In de winter verdwijnt het water zodat de funderingen hun labyrintische kwaliteiten tonen waarin men zich kan onttrekken van andermans zicht. Hierdoor ontstaat een alternatief voor de gecontroleerde publieke ruimtes in het centrum van Brussel.”
Studiebeurs
De laureaten van de wedstrijd krijgen een beurs van € 5.000 voor een termijn van twee jaar. Overeenkomstig de wil van de stichter moeten zij deze som besteden aan buitenlandse studiereizen en opzoekingen.