(Beter) waterbeheer: mogelijke ontwikkelingen en oplossingen

Aan de ene kant zien we de toenemende artificialisering (en ondoorlaatbaarheid) van de bodems en lekken in netten en gebouwen. Aan de andere kant zijn er de renovatie- of herstelwerkzaamheden en hulpmiddelen om beleidsmakers en gebruikers te helpen. Twee verschillende elementen waarmee de wateractoren van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest rekening moeten houden voor een verantwoord en doeltreffend waterbeheer.

Sinds 2009 werkt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan een Waterbeheerplan dat om de zes jaar wordt herzien. “Een van de grootste uitdagingen heeft te maken met de druk van de verstedelijking die een impact heeft op alle natuurlijke watercycli. Het voornaamste gevolg hiervan is de artificialisering van de bodems. Die veroorzaakt minder doorsijpeling en meer afvloeiend water, een hoger risico op overstromingen, een toename van de watervervuiling, een wijziging in de grondwaterdoorstroming, geen herbevoorrading van het grondwater en zelfs uitdroging en verdwijning van waterlopen”, vertelt François Mayer, Projectmanager bij de Dienst Coördinatie van het Departement Water van Leefmilieu Brussel.

Olivier Broers, Directeur Studies en Investeringen bij Vivaqua deelt diezelfde mening: “Vivaqua renoveert elk jaar ongeveer 1,1% van de distributienetten – goed voor 15 miljoen euro aan werkzaamheden – en investeert nog zo’n 60 miljoen euro extra in de netten, met name om de zwarte punten bij overstromingen in steden aan te pakken, als gevolg van de toenemende ondoordringbaarheid van de bodem. Waar het kan, trachten we bepaalde assen weer doorlaatbaar te maken en verkavelaars te begeleiden om op een doordachte manier met waterbeheer om te gaan op hun percelen. In sommige Brusselse gemeenten is die ondoorlaatbaarheid is de voorbije vijftig jaar verdrievoudigd of zelfs verviervoudigd en dus ook de meest doorslaggevende factor bij overstromingen in steden. Via het coördinatieplatform met alle wateroperatoren van Brussel kunnen we van gedachten wisselen en nadenken over samenwerkingsprojecten om die toenemende ondoorlaatbaarheid stap voor stap in te dijken.”
 

Nog zo’n probleem: waterlekken

Waterbeheermaatschappijen onderhouden en herstellen de netten maar waterverspilling in gebouwen is een thema dat te weinig aan bod komt. Als we ingenieur-architect Alexandre McCormack, Chief Executive Officer van Shayp, mogen geloven zou 20% van het ‘waterverbruik’ in gebouwen verloren gaan via lekken. Eén gebouw op de drie zou bovendien jaarlijks met lekken te maken krijgen. Shayp is blij met gewestelijke initiatieven zoals het PLAGE en hoopt dat de opvolging van het waterverbruik in de doelstellingen van 2022 zal worden opgenomen. Bij een drinkwatertekort zal men immers in de eerste plaats vragen om het verbruik te beperken. Alexandre McCormack is het echter duidelijk: “we moeten niet alleen de vraag naar water in gebouwen terugdringen maar ook verspilling tegengaan, pas dan kunnen we zorgen voor een efficiënt waterbeheer en onze samenleving veerkrachtiger en duurzamer maken bij tekorten, die met name worden veroorzaakt door de ondoorlaatbaarheid van de bodems. Lekken hebben een impact op de waterfactuur. Het is dus zowel economisch als ecologisch interessant om die verspilling weg te werken.”  Precies om die reden doet de Waalse watermaatschappij een beroep op Shayp voor de uitrol van easyCONSO. Hiermee kunnen overheidsinstanties en vastgoedspelers waterverspilling in hun gebouwen detecteren en oplossingen voorstellen om dat waterverlies te beperken. Een mooi voorbeeld voor Brussel en andere steden!
 

Oplossingen tegen de gevolgen van de klimaatverandering

Voor François Mayer is het geïntegreerde beheer van regenwater dan weer een interessante optie: “Dat water gaat niet meer naar de riolering en moet worden beschouwd als een hulpmiddel in plaats van als afval. Het moet worden gerecycleerd en gebruikt als basis voor een hele reeks diensten voor de natuur en in de strijd tegen hitte-eilanden in steden.” Ook onder de grond zien we de ontwikkeling van riothermie: een technologie waarbij de warmte en de koelte uit de riolering wordt gebruikt voor de klimaatregeling in gebouwen. Vivaqua lanceerde hierrond een R&D-project. Bij de renovatie van de riolering werden warmtewisselaars geïntegreerd die calorieën en frigorieën aanleveren voor de naburige bestaande gebouwen of gebouwen in bouwfase. “We hadden echter geen enkele zekerheid dat er klanten in de buurt interesse zouden hebben op het moment van de renovatie”, vertelt Olivier Broers. “De kostprijs van de warmtewisselaars mocht dus niet veel hoger zijn dan bij een ‘klassieke’ renovatie. We hebben een patent gevraagd voor een warmtewisselaar in HDPE. Dat is een vrij goedkoop materiaal dat we in grote hoeveelheden kunnen plaatsen en dat een interessant resultaat biedt.” Het project verliep in verschillende fases: klassieke warmtewisselaar in de spui van de Zenne voor de douches van een gebouw van Vivaqua (2007), warmtewisselaar in HDPE in een riool in Molenbeek voor de verwarming van de technische ruimte van een stormbekken in opbouw (2014), test- en meetfase door de VUB-ULB en tot slot in 2021 de installatie van warmtewisselaars die ongeveer 25% van de calorie- en frigoriebehoeften van 15.000 m² aan administratieve gebouwen van de gemeente Ukkel zullen dekken.
 

Oplossingen online

Er bestaan verschillende tools en opleidingen die professionals kunnen helpen om zo goed mogelijk om te gaan met water in hun projecten. De cartografische en (pre)dimensioneringstools van Leefmilieu Brussel zijn hierbij onder meer zeer waardevol. In de eerste plaats zijn er de informatieve kaarten over een hele reeks elementen van de bestaande Brusselse situatie, waarmee rekening moet worden gehouden bij de ontwikkeling van een project. De nieuwste aanwinst is BruWater. Deze tool bevat gegevens over de waterkwaliteit van waterlopen en grondwater en geeft een overzicht van de evolutie van de waterkwaliteit door de jaren heen. Ogep is dan weer een tool voor de dimensionering van voorzieningen voor regenwaterbeheer op het niveau van het perceel en Quadeau is een tool op wijkniveau. François Mayer: “Deze tools zijn een waardevol hulpmiddel bij de realisatie van een project en echt aan te raden, vooral bij complexe projecten, maar ze zijn niet verplicht. Er bestaan ook nog andere en soms recentere tools die wij ook gebruiken zoals Parapluie-hydro van de Métropole de Lyon of Sirio, een tool die ontwikkeld werd in Vlaanderen.” Andere voorbeelden zijn de online calculator die kan worden gebruikt bij aanvragen voor een milieuvergunning, de Gids Duurzame Gebouwen, de Facilitator Water of de BrugeoTool met 3D-weergaves van standaarddoorsnedes van de ondergrond, met grondwaterspiegel.

Publieke of private projectontwikkelaars komen in Brussel dus zeker niets tekort wanneer ze moeten nadenken over het waterbeheer in hun projecten.

Deel dit artikel:
Onze partners