Wat is betonkernactivering en hoe werkt het?
Betonkernactivering, de term op zich beantwoordt al een beetje onze vraag. Beton is een materiaal met een erg dichte massa, oftewel een erg dichte kern. Bij betonkernactivering ‘activeert’ men deze massa door ze op strategische momenten warmte of koelte te laten opslaan en afgeven. Ze doet met haar grote dichtheid dienst als buffer tegen te hoge of te lage buitentemperaturen en zorgt ervoor dat de binnentemperatuur er op geen enkele manier door beïnvloed wordt. Je kan zelf makkelijk bepalen of het systeem je gebouw verwarmt of koelt, wat door de thermische inertiekwaliteiten van de betonmassa bovendien op een erg gespreide en dus aangename manier gebeurt. De techniek van betonkernactivering is in feite gebaseerd op oude gebouwen met een grote massa (zoals kerken en kathedralen) die in de zomer altijd aangenaam koel zijn, terwijl het er in de winter nooit ontzettend koud is.
Maar hoe wordt deze betonmassa nu precies verwarmd of gekoeld? Heel simpel: tijdens het storten van het beton legt men tussen twee gietsels enkele leidingen waardoor men – eens het gebouw in gebruik genomen is – water laat stromen. Wanneer het water warmer is dan de ruimtetemperatuur wordt het gebouw verwarmd, wanneer het kouder is start de koeling. De thermische energie wordt op die manier opgeslagen in en afgegeven door de vloeren en de plafonds. Aangezien dit enkel met water van zeer gematigde temperaturen mogelijk is en de straling uitermate ‘gespreid’ plaatsvindt, kan de verwarming en de koeling erg goedkoop gebeuren.
Geen extra investeringskost
In tegenstelling tot vloerverwarming (waar de warmte enkel naar boven afstraalt) zorgt betonkernactivering voor een warmteafstraling naar boven én beneden. Dit levert je heel wat meer rendement op. Bovendien kan de techniek verwarmen en koelen tegelijk, wat volgens ingenieur-architect Saskia Wouters (Rehau) een grote troef is. “Wanneer een bouwheer beslist om een duurzaam pand te laten optrekken, denkt hij in eerste instantie aan een efficiënte isolatie. Maar hij staat er niet bij stil dat de koelbehoefte daardoor stijgt, gewoonweg omdat de warmte in het gebouw blijft. Afhankelijk van de interne warmtelasten en de oriëntatie van het gebouw is dit al nodig vanaf het moment dat de buitentemperatuur 12°C bedraagt. Vaak denkt men hierbij dan aan luchtkoeling, maar deze techniek is veel minder efficiënt dan betonkernactivering in combinatie met geothermie. Enkel deze laatste oplossing zal het verwachte rendement opbrengen zonder het milieu te belasten.
“Betonkernactivering vraagt bovendien geen extra investering, integendeel: het is zelfs goedkoper dan traditionele systemen zoals vloerverwarming, stookketels, conventionele aircosystemen, enz.” licht Veronique Houben van Airdeck toe. “Betonkernactivering vereist in tegenstelling tot de gewone airconditioningsystemen nauwelijks onderhoud. Als je betonkernactivering dan ook nog eens aan geothermie koppelt, kan dit leiden tot een forse reductie van je energiekosten. Ten opzichte van een gebouw met traditionele verwarming en airco kan je maar liefst negentig procent besparen! Natuurlijk vereist geothermie wel een serieuze investering, maar dan nog zijn terugverdientijden tot drie jaar haalbaar!”
Nadelen
“Elk nadeel heb z’n voordeel,” wist de grote Nederlandse filosoof Johan Cruijff ons te vertellen. Helaas heeft ook haast elk voordeel z’n nadeel. “Wil je met water op lage temperatuur een goed comfort bereiken, dan moet je het gebouw immers heel erg goed isoleren en breng je best zonwering aan om de warmtelast gedurende de zomer te beperken. Met andere woorden: het ontwerp van het pand dient aan de techniek te worden aangepast, nog in grotere mate dan wanneer geothermie in combinatie met bijvoorbeeld vloerverwarming wordt toegepast,” vertelt Raf Poppe, Product Manager bij Climadeck.
Een ander aandachtspunt is de langzame werking van een betonkernactiveringssysteem: zomaar de knop aanzetten om warmte of koude te genereren, is helaas niet aan de orde. Zelfs het verhogen of verlagen van de ingestelde temperatuur met één enkele graad kan al snel enkele uren duren. “Dit komt omdat de structuur van het gebouw de warmte of koude eerst moet opnemen vooraleer ze deze kan afstralen,” verduidelijkt Saskia Wouters, “en dat is een proces dat wel enkele uren in beslag neemt. Vandaar dat betonkernactivering minder goed is geschikt voor gebouwen met pieken in de warmte- of koelvraag, zoals woningen. Maar voor panden met een continue koude- of warmtevraag zoals ziekenhuizen, rusthuizen, kantoorgebouwen, shoppingcentra, sportzalen, enz. is het een ideale oplossing. Nu kan het natuurlijk wel gebeuren dat er op bepaalde momenten extra koeling of warmte nodig is, bijvoorbeeld op hete dagen of tijdens bitterkoude winterperiodes. Wegens de trage werking van betonkernactivering is het vaak moeilijk om daarop in te spelen. Vandaar dat de techniek soms wordt gecombineerd met een ander systeem dat dergelijke piekvragen opvangt.”
Enkel geschikt voor nieuwbouw
Een grote handicap waar betonkernactivering mee worstelt, is dat de techniek in principe enkel in nieuwbouwprojecten kan worden toegepast. Saskia Wouters legt uit waarom: “Het aanleggen van nieuwe betonplaten is onontbeerlijk aangezien de leidingen in de betonstructuur moeten worden gestort. En precies dergelijke structurele ingrepen worden zelden uitgevoerd bij renovaties. Ook is betonkernactivering minder geschikt voor verticale vlakken aangezien wanden zelden vrij blijven. Er worden kasten tegen geplaatst, wat de straling natuurlijk belemmert. Nog een minpuntje is dat de techniek niet toelaat om de temperatuur in elke ruimte afzonderlijk te regelen. Omwille van de lange reactietijd wordt er immers één globale temperatuur aangehouden. Vandaar dat er met enkele grote zones wordt gewerkt.”
Tenslotte moet je er ook rekening mee houden dat betonkernactivering niet met valse plafonds en verhoogde vloeren samengaat omdat deze – net als wandkasten – de warmte- en koelingsafstraling enkel maar belemmeren. Toch zijn het net deze elementen die het grootste deel van de akoestische demping in grote gebouwen op zich nemen. “Op zich is dit echter geen onoverkomelijk probleem,” vindt Veronique Houben. Er bestaan tal van andere mogelijkheden om de akoestiek in orde te krijgen: aangepast meubilair, tapijten, baffels, wandschermen,….”
Noot: dit artikel is gebaseerd op een artikel van Energymag.nl.