In februari verzamelde architectura.be twaalf experten inzake restauratie en erfgoed. Leent de restauratie van monumentale, oude gebouwen zich tot gebruik van moderne ideeën en technologieën? Eén van de hete hangijzers was de zin en onzin van concepten als BIM en circulariteit in een restauratiecontext.
In het moderne ontwerpproces speelt BIM steeds meer een onmisbare rol. Is dat bij restauraties ook het geval? Niet echt, zo blijkt: “BIM maakt het bouwproces sneller en efficiënter en zou dus kunnen leiden tot een kwalitatievere restauratie. Toch merken we dat BIM lang niet in alle restauratieprojecten wordt toegepast. Bovendien was men vroeger ook al in staat om goede restauratieprojecten te realiseren, zonder BIM”, merkt Yves Vanhellemont (WTCB) op.
Te complex
Isolde Verhulst (PERSPECTIV architecten): “Een historisch gebouw is heel vaak te complex om in een vereenvoudigd BIM-model te integreren. De techniek staat nog niet ver genoeg en BIM versnelt onze processen juist niét: de opmaakkosten van BIM in een historisch gebouw liggen vele malen hoger. Een grote troef van BIM is wel dat je over enkele decennia nog precies kan aanduiden welke ingrepen op welke plek zijn toegepast. Nu is het vaak heel moeilijk om in een restauratie uit de jaren zeventig de gevolgde ingrepen te reconstrueren.”
Ook Ruben Braeken (B+ Architecten) twijfelt aan de meerwaarde van BIM in restauratietoepassingen. “BIM is erg interessant als de techniek ervoor zorgt dat je met zo weinig mogelijk inspanningen een maximaal resultaat kunt boeken. Maar in een restauratie zijn er heel wat aanpassingen nodig aan het BIM-model. Ik denk dat er voor BIM in restauratieprojecten nog een hele weg af te leggen is.”
Efficiënte uitbating
“Op vlak van nieuwbouw tekenen we consequent in BIM, bij renovatieprojecten maken we steeds een afweging”, zegt Eddy De Baets (Ingenium). “Als het om een vrij eenvoudig gebouw gaat, met weinig niveauverschillen, kunnen we wel werken met een vereenvoudigd BIM-model. BIM is immers een nuttig instrument om meteen te achterhalen wat je allemaal in een project gestoken. Dat bevordert een efficiënte uitbating.”
Isolde Verhulst (PERSPECTIV architecten): “Een vereenvoudigde versie van BIM, van bij de opmaak van de plannen tot en met de oplevering van de werken, zoals we die nu al een tiental jaren met succes toepassen, zorgt er wel voor dat de huidige ingrepen in de toekomst makkelijker kunnen getraceerd worden. Dit is vooral belangrijk om de impact van de vele chemische behandelingen die we aan gebouwen toepassen, te kunnen opvolgen en er nadien op een correcte wijze mee kan omgegaan worden.”
“BIM is veel meer van toepassing in nieuwbouw”, vindt Jan De Busser (Renotec). “In restauraties krijgen we vaak te maken met afwijkingen die we ter plekke nog moeten meten. Dan schiet BIM zijn doel voorbij. Ik ben allang blij als er goede ontwerpplannen bestaan.”
Dat wil echter niet zeggen dat restauraties geen baat hebben bij nieuwe technieken. “Uiteraard zetten we ook bij restauratie volop in op digitalisering, lean processen en innovatie. Zo gebruiken we drones of andere innovatieve oplossingen om gebouwen te scannen. Dat helpt om de steigers correct te plaatsen en discussies op de werf zoveel mogelijk te vermijden”, aldus De Busser. Isolde Verhulst (PERSPECTIV architecten) voegt toe: “Wij passen nieuwe technieken toe om het proces van a tot z te kunnen opvolgen. Zo krijgt elke steen een nummer toegekend.”
Circulair bouwen
Alle aanwezigen zijn ervan overtuigd dat een geslaagde restauratie een voorbeeld is van circulariteit. “Alles wat bruikbaar is hergebruiken: dat is de filosofie achter circulair bouwen, én het is de betrachting van iedereen die restaureert”, zegt Yves Vanhellemont (WTCB). “Bij een pure restauratie hebben wij de opdracht om zoveel mogelijk te behouden, en de afvalstromen netjes te scheiden om later nog iets met de materialen te kunnen doen”, voegt Jan De Busser (Renotec) toe.
Dat wil echter niet zeggen dat de meeste aannemers of ontwerpers zich de circulaire principes al voldoende eigen hebben gemaakt. Paul Penners (Kloeckner Metals): “We merken dat in de restauratiesector nog heel wat bedrijven actief zijn die op een traditionele manier tewerk gaan. Circulariteit is voor hen ver-van-hun-bed show. Lineaire concepten en methoden zijn ingeworteld in hun manier van werken.”
"Restauratie is op zich al circulair"
Niet iedereen is het daarmee eens. Philippe Lemineur (Origin Architecture & Engineering): “Niet alle partijen in een project denken automatisch circulair, maar eenmaal ze een duwtje in de rug krijgen komen er wel circulaire oplossingen naar voren.” Ruben Braeken (B+ Architecten): “Een restauratie is op zich al circulair. Circulair bouwen heeft pas recent die benaming gekregen, maar de principes worden al veel langer toegepast. Alleen merken we een probleem in de toevoegingen die gebeuren: daarbij wordt heel vaak niét circulair gedacht.”
De omstandigheden spelen een belangrijke rol, zegt Jan De Busser (Renotec): “Het is niet altijd mogelijk om circulair te werk te gaan: in een klassieke aanbesteding wordt veel vastgelegd door de opdrachtgever. Hierdoor is de speelruimte beperkt. Toch worden we regelmatig wél vanaf de ontwerpfase betrokken bij een project, en dan is er ook op vlak van circulair bouwen meer input mogelijk.”