Liever afbreken en opnieuw bouwen, dan renoveren. Dat is het plan van Vlaams minister van Energie Bart Tommelein (Open VLD). Het doel? Meer en betere energiezuinige woningen. Het middel: 6% btw in plaats van 21. Radio 1 polste naar een reactie bij Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck. Hij suggereert om zowel nieuwbouw als renovatie een lager btw-tarief te geven, maar dan wel op strategische locaties.
Het voorstel van Tommelein kan je zien als een vreemde beleidsmatige bocht, want werd er de voorbije jaren niet stevig ingezet op renovatie? Van Broeck: “Ik weet niet of het om een breed gedragen voorstel gaat, geruggensteund door onderzoek en gedragen door de hele regering… Dat zou me verbazen. Er heerst alleszins een misvatting. Het gaat niet om kiezen tussen renoveren of nieuwbouw. Er zijn twee dieperliggende belangrijkere elementen die het al dan niet zinvol maken om te bouwen of renoveren.”
De keuze voor ofwel nieuwbouw ofwel renovatie moeten we volgens de Vlaams Bouwmeester maken op basis van twee parameters. "Een: de aard van het beestje zelf. Het ene gebouw is het andere niet. Is het echt een krot waardoor de kost van renovatie die van nieuwbouw evenaart? Dan lijkt de laatste optie logisch. Maar het kan ook anders, als het gaat om een woning met dikke solide muren, mooie parket, weinig gevel waardoor je weinig moet gaan isoleren... Als je met weinig ingrepen een performante woning kan bekomen, is nieuwbouw te gek. Twee: de locatie van het project. Meteen de belangrijkste parameter. Als je bezorgd bent om de CO2-uitstoot en de klimaatbijdrage van ons land, dan zie je dat een groot deel van de CO2-uitstoot veroorzaakt wordt door de verwarming van versnipperde vrijstaande kleine bebouwing en door mobiliteit. Het fileleed is een rechtstreeks gevolg van onze gefragmenteerde stedenbouw.”
Vito-instrument
Moeten we dan geval per geval bekijken aan de hand van die twee parameters? Van Broeck: “Geval per geval wat het gebouw betreft, en de locatie moeten we bepalen met behulp van een instrument dat de Vlaamse regering zelf heeft laten ontwikkelen door het Vito. Dat instrument toont Vlaanderen als een pixelkaart van 100 meter op 100 meter. Een kaart gebaseerd op twee elementen: de knooppuntwaarde van een locatie (bereikbaarheid, openbaar vervoer) en de aanwezigheid of nabijheid van voorzieningen (onderwijs, horeca, …)."
Bevindt er zich een krot op een plek waar de knooppuntwaarde gecombineerd met de voorzieningswaarde heel laag is, dan kan je de nieuwbouwwoning evengoed op een andere locatie plaatsen. "Dat kost de bouwheer niet meer, maar hij wint wel aan levenskwaliteit: minder uren file, meer tijd voor de partner, meer tijd om in de tuin te werken, noem maar op."
Is door dit voorstel de indruk nu gewekt dat renoveren niet langer een optie is? “Neen, renoveren is nog steeds een optie. Sommige woningen kan je zelfs heel goed renoveren. Maar de carbon footprint hangt voor 80 % van de locatie af, en voor 20% van het energieverbruik van de woning zelf.”
Van Broeck pleit daarom voor zowel renovatie en nieuwbouw aan een lager btw-tarief, maar enkel op plekken die zowel qua knooppuntwaarde als qua voorzieningen goed scoren. Spreken het Vito-instrument en het voorstel van Tommelein elkaar dan tegen? “Neen”, vindt Van Broeck. “Beide voorstellen kunnen elkaar versterken.”
Betrokkenheid burgers
Verdichten is dus de boodschap, in de stads- of dorpskern. Van de lintbebouwing en open verkaveling moeten we helaas afscheid nemen. Krijg je dat verkocht aan de Vlaming? “De Vlaming is een slimme burger”, stelt Van Broeck. “Toon hem de voordelen en houd hem een wortel voor, de 6 % btw-regeling. Op die manier wordt btw een manier om ruimtelijke ordening langzaam te gaan sturen.”
Kortom, betrek de burger. Inspraak zonder inzicht leidt tot uitspraken zonder uitzicht, vindt Van Broeck. “Ik wil aan de burgers heel wat vragen stellen: Wat zijn jullie ideeën om ruimte te besparen? Hoe kiezen we woonlocaties zodat we bijvoorbeeld de files tot een minimum beperken? Een elektrische file is en blijft immers een file. Er zijn fundamentele vragen, en de antwoorden moeten niet enkel komen van regeltjes die de mensen in de maag gesplitst krijgen. Als je de burger responsabiliseert en kansen geeft, dan zal de politiek deels volgen. In een democratie is het electorale vlak een even belangrijke motor als het gezond verstand.”