De Brusselse Hoofdstedelijke Regering heeft de tijdelijke vereniging onder leiding van het bureau BC architects i.s.m. Civic Architects en BAS (stabiliteitsstudies), Cenergie (speciale technieken en EPB), Atelier Arne Deruyter (landschapsarchitectuur), Callebaut Architecten (expertise in restauratie en erfgoed), Abesco (coördinatie veiligheid en gezondheid) en Architecture Workroom Brussels (burgerparticipatie) benoemd voor het ontwerp van het project dat de gebouwen in de Manchesterstraat 13-15 en 17-19 in Sint-Jans-Molenbeek zal renoveren en transformeren tot een artistieke en creatieve pool.
De aanstelling gebeurde op voorstel van de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (MSI) en in samenspraak met de GOB Directie Facilities, urban.brussels en de gewestelijke bouwmeester.
Deze gebouwen in de buurt van het kanaal zijn eigendom van de Grondregie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (GOB Directie Facilities) en worden momenteel tijdelijk gebruikt in afwachting van de voltooiing van de reconversie. Op termijn zullen ze onderdak bieden aan culturele, artistieke en creatieve producties, evenals aanverwante infrastructuur en voorzieningen zoals kantoren, een polyvalente zaal en kunstenaarsresidenties.
Het budget voor dit project met gewestelijke uitstraling bedraagt bijna 14 miljoen euro en wordt gefinancierd door het Brussels Gewest in het kader van het Stadsvernieuwingscontract Heyvaert-Poincaré (SVC 5) en door Beliris. De MSI wil de aanvraag voor de bouwvergunning indienen in maart 2022 en starten met de werken in september 2023. Als gedelegeerd opdrachtgever voor dit project zal de MSI de bouwwerken opvolgen tot aan de oplevering van de gebouwen.
Open en evolutief concept
Wesley Degreef, medeoprichter van BC architects: “Het hele complex in de Manchesterstraat zal een belangrijke pool voor culturele, artistieke en creatieve producties in Brussel worden. De sleutel om deze ambitie te bereiken is rekening houden met het feit dat de basis er al ligt op alle niveaus: het sociale en culturele ecosysteem van de wijk, het industriële erfgoed en de rijke geschiedenis die daarmee samenhangt, de aanwezigheid van spelers als Recyclart en Decoratelier, evenals de structuren en materialen die al aanwezig zijn op de site. Sommige van deze kwaliteiten moeten simpelweg bewaard blijven, andere moeten weer naar boven worden gehaald en weer andere moeten de mogelijkheid krijgen om te floreren dankzij gerichte ingrepen. Het enorme bestaande potentieel vormt de basis van onze visie op de toekomst van deze site. Ons voorstel is geen voltooid product, maar een open en evolutief concept. De nadruk ligt op concrete werkprincipes en hypothesen die het ontwerp aansturen, maar het beeld niet definitief bepalen. Op basis van een sterk afgebakend participatieproces met een focus op “doen” willen we er samen met alle partners aan werken om een aantrekkelijke, toegankelijke, robuuste en klimaatvriendelijke leef- en werkomgeving te creëren.”
Het ontwerp vertrekt van een laagdrempelig publieksgebouw: Het ensemble wordt uitnodigend productiecentrum voor de hele wijk. Een plek waar verschillende zelf-organiserende structuren kunnen floreren, door het zichtbaar en toegankelijk maken van het industriële erfgoed, de slimme organisatie van het programma en de ontsluiting, de overgang van publiek naar privaat en de flexibiliteit van het plan.
Het wordt tevens een duurzaam en productief ensemble: Recyclar en Decoratelier en de bestaande architectuur vormen de inspiratie voor het duurzame, circulaire karakter van het plan. In het ensemble wordt circulariteit beleefbaar. Er wordt onder meer ingezet op de maximale recuperatie en behoud van aanwezige materialen. De verdere uitwerking van het ontwerp gaat gepaard met een simultaan onderzoek naar de haalbaarheid en het potentieel van de verschillende circulaire acties.
Ruimtelijke principes
Ensemble van verschillen
Het ontwerpteam ziet het productiecentrum als een ensemble van onderdelen met verschillende eigenschappen. Een stedelijk landschap met open en besloten plekken, warme en koude, groene en stenige, grote en kleine, hoge en lage. De identiteit van de bestaande bebouwing wordt versterkt. De nieuwe delen voegen nieuwe eigenschappen toe. De verschillende gebruikers en initiatieven kunnen zich een plek kunnen toe-eigenen die hen past.
Openbare buitenruimes
De openbare buitenruimtes zijn onderdeel van de structuur en belangrijke dragers van de kwaliteit van het gebied. Ook hier versterken de ontwerpers de bestaande eigenschappen. De omsloten binnenpleinen vormen mooie plekken voor experiment en productie omdat de relatie met de straat gereguleerd kan worden. De cour aan de zuidwestzijde wordt getransformeerd tot groene oase. Aan de Manchesterstraat voegt het ontwerpteam een groen maaiveld toe ; een stadsbalkon aan de straat. De publiek toegankelijk daktuin biedt een prachtig uitzicht over de stad. Door het groen op te tillen en deze ‘hangende tuinen’ publiek toegankelijk te maken, wordt de productieve kwaliteit van de huidige pleinen behouden.
Definiëren van verschillende zones
De hele site is gestructureerd in drie zones: de plint aan de Manchesterstraat, de pleinzone en de productieve zone. De plint is de meest publieke zone en tegelijkertijd het ‘membraam’ waarmee de openbaarheid van de pleinen kan worden aangepast. Hierdoor kan de pleinzone van karakter veranderen: soms als onderdeel van het publieke domein, soms wordt (akoestisch) afgesloten voor feestjes of als verlengstuk van de productiezones die in de bestaande gebouwen liggen.
Een flexibele ontsluiting
De ontsluitingsstructuur vormt een sleutelstuk. Het is de ‘servant space’ die de functionaliteit van de bestaande bebouwing vermenigvuldigt. Vanaf de Manchesterstraat is via het publieke stijgpunt het hele ensemble bereikbaar. Aan het stadsbalkon zijn de ‘artist in residence’ en de beheerderswoning bereikbaar. De nieuwe structuur aan het Machinegebouw geeft elke verdieping een eigen adres. Dit vergroot de flexibiliteit : ruimtes zijn apart te verhuren of als een geheel. Gebruikers van de hogere verdiepingen hoeven niet over het plein – maar het kan wel. Ook de grote transportlift en trap die toegankelijk zijn vanaf de zijkant van het plein dragen hieraan bij. De lift en de trap kunnen in de toekomst gekoppeld worden aan de doorsteek naar de Birminghamstraat en kan zo het hoogteverschil doen overbruggen.
De cybernetica van de plint
De openbare plint medieert tussen straat en binnenplein. Het is een publiek mechaniek dat de functionaliteit en flexibiliteit van de hele site vergroot. De culturele hub is het scharnierpunt tussen alle onderdelen. De hub biedt beide pleinen een extra entree. Ook het publieke stijgpunt, de polyvalente zaal en de foyer zijn via de hub bereikbaar. De foyer ligt tussen beide pleinen waardoor deze te ontkoppelen zijn. De polyvalente zaal is flexibel : als verlengstuk van het plein, de straat of als connectie tussen beide. De poort naar plein 13- 15 is afsluitbaar en hoog genoeg voor vrachtwagens. Ernaast ligt een atelierruimte die ook door de buurt te gebruiken is. Langs de hele gevel maken gordijnen het mogelijk de pleinen te verhullen en onthullen.
Het onthullen van het rijke verleden
Het ontwerpteam houdt de plint laag zodat het industriële erfgoed aan de straat tevoorschijn komt. Het ensemble krijgt geen nieuwe toren, het is juist het bestaande machinegebouw dat het symbool van het gebied vormt, zichtbaar als ze is vanaf de Liverpoolstraat aan de overzijde van het kanaal.
Toonaangevend stadsvernieuwingsproject
Minister-president van het Brussels Gewest Rudi Vervoort onderstreept dat “deze toekomstige culturele, artistieke en creatieve pool werkruimte zal bieden aan bijna 100 personen. Dit is een van de toonaangevende projecten uit de eerste golf van stadsvernieuwingscontracten. Het beantwoordt perfect aan de filosofie van de SVC’s, die worden opgezet door het gewest en uitgevoerd in samenwerking met de gemeenten: het tekort aan openbare infrastructuur remediëren en de stedelijke breuklijnen tussen wijken verminderen. Dit is een project met gewestelijke uitstraling, dat zal bijdragen aan de dynamiek in het kanaalgebied. Het succes van de activiteiten van Recyclart, dat duurzaam gevestigd is in de gebouwen in de Manchesterstraat 13-15 en van het tijdelijke gebruik door onder meer Decoratelier heeft al aangetoond dat dit project beantwoordt aan een behoefte in dit deel van het gewest.”
Gilles Delforge, directeur van de MSI, legt uit dat “de keuze voor zo’n soort project in deze wijk perfect past binnen de algemene lokale context in de Manchesterstraat. Deze nieuwe culturele en artistieke pool komt immers naast andere culturele instellingen zoals Charleroi Danse en Cinemaximiliaan. Het ontwerp van het multidisciplinaire team dat werd verzameld door BC architects beantwoordde het beste aan de gunningscriteria van de opdracht. De benadering van BC Architects respecteert de interessantste gebouwen van de site en verbindt deze op een innovatieve manier met elkaar en met de Manchesterstraat, waarbij tegelijk een openbare ruimte wordt gecreëerd op het dak.”