Carmeuse beton – wie zal dat betalen en blijft de voorschrijver buiten schot?

De problemen met Carmeuse halen niet langer de eerste pagina’s van de krant, maar de gevolgen blijven nazinderen. Velen vragen zich af wie dat allemaal zal betalen en willen weten of ook de ontwerper of voorschrijver mede aansprakelijk gesteld kan worden? Op vraag van Vlaamsearchitectuur.be schreef Karl Vinck, zaakvoerder van Assiver Bouwverzekeringen, een column over deze problematiek.

De problemen met Carmeuse halen niet langer de eerste pagina’s van de krant, maar de gevolgen blijven nazinderen. Velen vragen zich af wie dat allemaal zal betalen en willen weten of ook de ontwerper of voorschrijver mede aansprakelijk gesteld kan worden? Op vraag van Vlaamsearchitectuur.be schreef Karl Vinck, zaakvoerder van Assiver Bouwverzekeringen, een column over deze problematiek. 


“Als het fout gaat, kan het meteen goed tegenvallen. Het kan natuurlijk ook dat het allemaal niet zo erg is en dat de gevolgen van fouten eerder beperkt zijn.
Het is een kunst om objectief vast te stellen of men zich zorgen moet maken of niet.  U kent dat gevoel wel, waarbij in een fractie van een seconde het besef van de mogelijke gevolgen doordringt en de angst om het hart doet slaan. 
Deze gevoelens zijn de voedingsbodem waaruit sensatie opspringt en - bij voorkeur de ganse wereld – informeert over “wat dit allemaal wel nog kan worden”.  Sterker nog, bij sommige media zijn alle mogelijke gevolgen meteen ook realiteit.
U weet wel beter!



Op zaterdag 18 september ll. tekende dit scenario zich ook af i.v.m. de ondertussen gekende betonproblematiek. In de kranten verschenen koppen als “Honderd werven bedreigd met afbraak”, “Grootste projecten in ons land vallen stil”. De televisiejournaals maakten gewag van esthetische problemen en benadrukten dat stabiliteitsproblemen niet uitgesloten zijn.
U weet ondertussen wel beter!

Gevaar voor stabiliteit?

De betonsector communiceerde dat “Problemen met beton Carmeuse onder controle” zijn. Technische argumenten toonden aan dat de gevolgen vooral esthetisch zijn. Het risico op een pokdalig uiterlijk groter is dan een probleem in de kern.  Dat het eigen is aan problemen aan de buitenzijde, dat ze – in dit geval met een coating – eenvoudig behandelbaar zijn.

Natuurlijk blijven er vragen : is het inderdaad zo dat de stabiliteit niet in het gedrang kan komen? Is de communicatie vanuit de betrokken sector wel objectief? Zijn inmiddels echt wel alle werven getraceerd en dus gekend? En hoe zit het met de schaderegeling? Wie gaat dit allemaal betalen?  Want zelfs in het beste geval, blijft het een fout die heel wat werven trof.
Wie dat gaat betalen? Hij die de fout gemaakt heeft. De aansprakelijke dus.  Of liever, diens verzekeraar aansprakelijkheid.
Voor de goede orde, noch ikzelf, noch mijn kantoor ASSIVER bvba zijn betrokken bij de schaderegeling.  Maar u kan het zich wel inbeelden dat ook binnen onze sector de informatiestromen hun weg vinden als antwoord op de vraag welke verzekeraar gaat dit moeten betalen en wat gaat de omvang zijn de schadeclaim zijn?

    



Inderdaad, de vraag of een verzekeraar moet betalen stelt zich niet.  Het is duidelijk dat er een fout is, wie deze gemaakt heeft, dat er schade is en dat dit alles met elkaar in verband staat.  De verzekeraar aansprakelijkheid van Carmeuse zal in staan voor de betaling van de schade.  Het is dé bestaansreden van een verzekeraar en – ondanks vaak terugkerende commentaar – zien wij dat verzekeraars ook vaak hun verantwoordelijkheid op nemen.  (Maar dit komt dan weer niet in de media…)
De verzekeringspolis die in staat voor deze vergoeding kent in het jargon de naam “BA Na Levering”. Deze polis dekt dus de gevolgen van een gebrekkige levering.  Dat mag hier duidelijk zijn.

Administratief kluwen

De schaderegeling zal het traject van het beton en vervolgens dat van de granulaten volgen.  Maar dan in omgekeerde richting. Concreet zullen het dus de aannemers zijn die een eis tot vergoeding gaan ontvangen vanwege de bouwheer om dan op hun beurt hun leveranciers aan te spreken.  Waarbij deze vervolgens zich gaan richten op hun leveranciers, om zo dus te eindigen bij het begin : Carmeuse. Niet te vergeten dat elk afzonderlijke “speler” in dit proces ook zijn verzekeraar mee in het spel zal betrekken.  U ziet dat het administratief een heel kluwen zal worden en u stelt zich mogelijk meteen de bemerking : “waarom niet rechtstreeks naar Carmeuse?”.
Wel, stel dat er door één van de tussenspelers ook een fout werd gemaakt… U weet wel, een ongeluk komt nooit alleen! Voor de aansprakelijkheidsverzekeraar van Carmeuse zou het een verschil maken als blijkt dat een deel van de gevolgen toe te schrijven zijn aan een andere partij…

Mag u als architect daar uit besluiten dat men u vanuit de betonindustrie zou willen betrekken in de schaderegeling? Neen, dat is niet te verwachten.  Ik zie ook niet meteen een fout die men u kan verwijten.  U schrijft voor en mag er vanuit gaan dat een correcte levering heeft plaatsgevonden.  Per slot van rekening kan u moeilijk het beton “proeven”.  Noch figuurlijk, noch letterlijk.
Het valt niet uit te sluiten dat een bouwheer in een poging zich volledig veilig te stellen, ook zijn architect in een claim betrekt. Maar m.i. kan daarin eenvoudig uw verantwoordelijkheid worden afgewezen.  Bij voorkeur doet u dat samen met uw verzekeraar beroepsaansprakelijkheid.  Hij is uw equivalent van de verzekeraar Na Levering van Carmeuse. Hij zal uw belangen verdedigen.”



Als het echt fout gaat, is het belangrijk om over een goede verzekeringspolis te beschikken.  Of het nu gaat over een polis Beroepsaansprakelijkheid voor een architect of ingenieur. Dan wel over een verzekering Na Levering voor de leverancier van betonproducten. Ze zijn belangrijk in tijden waarin blijkt dat “Murphy een optimist is”.
Mogelijk zat deze keer de sterkte van het beton bij haar verzekeraar…

Karl Vinck, Assiver

Deel dit artikel:
Onze partners