De restauratie van twee historische panden – Hôtel d’Eynatten en het Helleputtegebouw - bracht Cera eind vorig jaar terug naar de roots van de Volksbank van Leuven. Met ook nog een nieuwbouwgedeelte op de hoek van de Munt- en Boekhandelstraat, het Raiffeisengebouw, vestigt Cera het beslissingscentrum van de coöperatie in de Leuvense binnenstad. “We hebben onszelf in de Leuvense binnenstad verankerd door een eigen huis met tal van functionaliteiten te creëren”, aldus Bert Craps, lid van het Managementcomité van Cera.
In 1998 fusioneerde Cera Bank met Kredietbank en ABB Verzekering tot KBC. Sindsdien gaat Cera niet meer door het leven als bank, maar als financiële coöperatie. “Van 1998 tot 2017 huurden we pure functionele ruimte in Leuven”, vertelt Bert Craps. “Door te verhuizen naar de plek waar onze roots liggen, beschikken we nu over een eigen plek met alle nodige functionaliteiten. Bovendien zorgt de verankering in de Leuvense binnenstad voor meer beleving, ook voor onze werknemers en partners.”
Drie gebouwen verenigd
Het totale project, gecoördineerd door bouwonderneming Monument Vandekerckhove, omvatte de restauratie en renovatie van twee beschermde gebouwen en de realisatie van een nieuwe vestiging op de site van de Vlaamse Leergangen, dat werd gesloopt. Het Gentse architectenbureau Robbrecht en Daem architecten won de ontwerpwedstrijd en werd bijgestaan door uitvoerend architectenbureau ar-te, studiebureau STABO en restauratiespecialist Studio Roma. De drie gebouwen liggen op een verschillend straatniveau en hebben elk hun eigen ingang. Toch zijn ze intern met elkaar verbonden. Functies als ontmoeten, werken, vergaderen en beleven worden zo op een natuurlijke manier met elkaar verweven. Bert Craps: “Cera speelt eveneens een belangrijke maatschappelijke rol. Zowel regionaal, nationaal als internationaal. Met deze gebouwen hebben we de mogelijkheid om die rol ook meer kenbaar te maken door onze partners uit te nodigen, exposities te organiseren en veel interactie met de Leuvense binnenstad te creëren.”
Omdat Monument Vandekerckhove zowel restauratie als nieuwbouw kan combineren, bleek de bouwonderneming uit Ingelmunster voor Cera de geknipte kandidaat. “We kennen als geen ander de complexiteit van werken in een drukke binnenstad”, aldus Tine Schotte, uitvoeringsdirecteur bij Monument Vandekerckhove. “Het lot restauratie omvatte het Helleputtegebouw, een neogotisch pareltje in de binnenstad waarin burelen rond de centrale traphal zijn gegroepeerd, en Hôtel d’Eynatten, een laatzeventiende-eeuws bouwwerk waarvan de gevel opgetrokken is in een rijk gedecoreerde blauwe hardsteen in de stijl van Lodewijk XV. Binnen het lot restauratie hebben we alle specialisaties in eigen beheer uitgevoerd, ondersteund door onze zusterbedrijven MSC, MRT, Altritempi en onze eigen ateliers voor archeologie, glas in lood, natuursteen en schrijnwerkerij.”
Oud en nieuw
Het Leuvens restauratie- en architectenbureau Studio Roma boog zich als erfgoeddeskundige over de restauratie en keek gedurende het hele project nauwgezet toe op de werken. “Nog voor Cera toestemming kreeg om het project uit te voeren, werden wij door hen geconsulteerd als historisch adviseur”, vertelt Sofie Beyen van Studio Roma. “Toen Robbrecht en Daem architecten als winnend architectenbureau uit de bus kwam, kregen we van Paul Robbrecht alle vrijheid om de oude gebouwen zo ingrijpend mogelijk te restaureren. Alles viel heel snel in de plooi, en ook het samenspel tussen de nieuwbouw en de oude gebouwen was erg mooi. Daardoor zat ook erfgoed meteen op dezelfde lijn. Door de aanwezigheid van de nieuwbouw en al zijn moderne technieken konden we in de oude gebouwen nog authentieker te werk gaan. We voerden ook meer reconstructies uit dan we gewend zijn. Zo werd de nieuwe trap bijvoorbeeld naar het oude model gebouwd en zijn de lambriseringen herschilderd. Alle oude deuren werden op hun beurt bewaard, maar er is wel voor modern behangpapier gekozen. Dat is een mooi voorbeeld van het geslaagde samenspel tussen oud en nieuw.”
“Door de aanwezigheid van de nieuwbouw en al zijn moderne technieken konden we in de oude gebouwen nog authentieker te werk gaan”
Detaillering en coördinatie
Een bijzondere uitdaging voor Monument Vandekerckhove was de nieuwbouw, ontworpen door Robbrecht en Daem architecten. Tine Schotte: “Complex zichtbeton in de ribbenplafonds en de trappenkoker kregen de hoofdrol in deze nieuwbouw. De buitengevel in Comblanchien is op zijn beurt een knap staaltje van natuursteenuitvoering, dat met de combinatie van gesloten metselwerk en open claustra’s geen klassieke gevelbekleding vormt. De uitdaging was om hoge isolatiewaarden te bereiken en de toch wel zware gevel op te hangen aan een betonstructuur met een aanzienlijke spouw. Het lijkt eenvoudig, maar de uitvoering heeft enorm veel zorg voor detaillering en coördinatie gevraagd. Wat de dakstructuren betreft, koos de architect ervoor om de bestaande daken van beide gebouwen open te breken door lamellenstructuren te bouwen, bekleed met zink en afgewisseld met aluminium schrijnwerk. Zo kregen de gebouwen een open dak, maar blijft de vorm behouden.”
Robbrecht en Daem architecten is erin geslaagd om op subtiele wijze een hedendaags gebouw in te passen in het historisch centrum van Leuven. “Door het slopen van de Vlaamse Leergangen ontstond er een grote openheid jegens de twee geklasseerde gebouwen”, vertelt projectarchitect Florence Daem. “De oude gebouwen zijn door middel van een aantal patio’s met elkaar verbonden. De ene patio wordt omringd door een grote inkom, een vergaderzaal en de voormalige lokettenzaal, die toegang geeft tot de andere patio. Die laatste wordt op zijn beurt omringd door de lunchroom en de secundaire ingang in de Eyckstraat. De drie gebouwen zijn met elkaar verbonden via landschappelijke dakvelden.”
Goede samenwerking
Het gebouwencomplex verinnerlijkt een aantal thema’s die in de architectuur van Robbrecht en Daem architecten aanwezig zijn, zoals de spiraalvormige rondgang die de aanzet geeft tot een architectonische wandeling doorheen het gebouw. Voorts biedt het gebouwencomplex het verdichtende idee van de stad met straten, pleinen en bouwvolumes. Het Leuvense ar-te werd ingeschakeld als uitvoerend architectenbureau. “Samen met studiebureau Stabo, dat instond voor de technieken”, aldus William Neyrinck van ar-te. “Wat dit project zo interessant maakt, is de relatie tussen oud en nieuw en de manier waarop beiden elkaar op verschillende plaatsen overlappen. Denk bijvoorbeeld aan de grote polyvalente ruimte met koepel. De wanden rond de koepel zijn gerestaureerd, maar de koepel zelf is wel helemaal nieuw. Het project was zeker uitdagend, maar dankzij de goede samenwerking tussen alle partijen is alles vlot verlopen.”
Cera-verhaal uitdragen
Ook bouwheer Cera is erg opgetogen met het eindresultaat. “Wat de nieuwbouw betreft, hebben we een kwalitatief en duurzaam gebouw gerealiseerd, en ook met de integratie van de gerestaureerde panden zijn we heel blij”, aldus Bert Craps. “We hebben oud en nieuw verenigd, zonder in de clinch te gaan met de naburige historische panden. Het resultaat mag gezien worden en is een absolute meerwaarde voor de Leuvense binnenstad. En uiteraard ook voor Cera Leuven. Medewerkers, raad van bestuur: iedereen zit nu samen op dezelfde plek, en pas dan ervaar je de kracht van de coöperatie. Je kan partners uitnodigen en er ontstaat een sterke dynamiek. Met deze vestiging kunnen we ons Cera-verhaal ten volle uitdragen.”