Begin dit jaar introduceerde Het Facilitair Bedrijf van de Vlaamse overheid het GRO, een ontwerphandleiding voor duurzame en toekomstgerichte bouwprojecten. Op een netwerknamiddag in het CeDuBo in Heusden-Zolder, bijgewoond door de leden van de cluster VLISOG en de commerciële partners van Centrum Duurzaam Gebouwbeheer, kwam Almut Fuhr van Het Facilitair Bedrijf toelichten in welke mate deze nieuwe duurzaamheidsmeter bijdraagt tot een kwalitatief onderhoudsbeheer: “Het kan ontwerpers triggeren om na te denken over alternatieven, onder meer op het vlak van materialiteit.”
Het GRO is een nieuwe duurzaamheidsmeter die het Facilitair Bedrijf voortaan hanteert bij alle bouwprojecten, ongeacht hun schaal en functie (kantoorgebouwen, toeristische infrastructuur, musea, gemengde ontwikkelingen ...). Het gebruik ervan wordt opgelegd via het bestek, waarna het op elke fase van het project wordt toegepast. De tool is genoemd naar voormalig Noors premier Gro Brundtland, die in 1987 als voorzitter van de VN-commissie “World Commission on Environment and Development” het Brundtland-rapport publiceerde, waarin duurzame ontwikkeling gedefinieerd is als ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van de toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen – een omschrijving die vandaag nog steeds actueel en relevant is.
Sensibiliserend en controlerend
Het GRO vervangt de ‘Handleiding Waardering van Kantoorgebouwen’, die niet langer voldeed. “Het GRO is actueler en ruimer qua opzet, niet enkel qua thema's, maar ook qua toepassingsgebied”, aldus Almut Fuhr. “Het bevat tal van criteria, die opgedeeld zijn in drie categorieën: People, Planet en Profit. In de criteriafiches staan de voorwaarden opgelijst om aan de criteria te voldoen, volgens de prestatieniveaus ‘goed’, ‘beter’ en ‘uitstekend’. De criteria kunnen samengesteld worden op maat van het project. De prestatieniveaus worden onderling niet tegen elkaar afgewogen, maar grafisch weergegeven in radardiagrammen. Zo krijg je in één oogopslag te zien waar het nog beter kan. Het GRO heeft niet alleen een sensibiliserende functie – de hele levenscyclus in acht nemen, circulaire principes toepassen … – maar ook een beoordelende en controlerende functie – zijn de vooropgestelde ambitieniveaus gehaald?”
Handige kapstok
Een vaak gehoorde kritiek bij gebouwinspecteurs is dat onderhoudsaspecten te weinig ingecalculeerd worden in de ontwerpfase, waardoor het later een stuk lastiger is om een kwalitatief onderhoudsbeheer op poten te zetten. Het GRO kan echter soelaas bieden, meent Almut Fuhr: “Onder de categorie Profit vinden we twee criteria die expliciet betrekking hebben op de gebruiks- en onderhoudsfase van gebouwen: ‘Onderhoud & herstelling’ en ‘Schoonmaak’. Samen vormen ze voor ontwerpers een kapstok voor de creatie van een schoonmaakbewust en onderhoudsvriendelijk gebouw. Het GRO kan hen aanzetten om na te denken over alternatieven, zij het zonder de economische en ecologische dimensie van het project uit het oog te verliezen.”