De Praatstoel: Bob Segers (Studio Segers)

In 1989 zag Studio Segers het levenslicht. Oprichtster Rita Westhovens is grafisch designer, vrouw van productdesigner Wim Segers en moeder van productdesigner Bob Segers, die ongeveer tien jaar geleden samen met zijn vrouw Marjan Brants (grafisch designer) het bureau van zijn ouders versterkte. In hun werk – voor onder andere vaste klanten als Tribù, Indera en Vasco – onderscheid Studio Segers zich door helemaal op te gaan in de leef-, denk- en productiewereld van de klant. intsite.be draaide de rollen even om en nam een kijkje in de bovenkamer van Bob Segers (32).

In de rubriek De Bovenkamer wandelt intsite.be, met een vragenlijst onder de arm, rond in de bovenkamer van een interieurarchitect(e), designer of ontwerpbureau. Aan de beurt: Bob Segers (Studio Segers).

Op welke eigen gerealiseerde projecten/objecten bent u het meest trots?
Bob Segers: “Zonder twijfel Le Sac (zie fotogalerij onderaan, red.). Een relaxfauteuil die we in 2014 tekenden voor Indera. Le Sac combineert eenvoud met een erg hoog comfort. De relaxfauteuils zoals we die kennen, log en met zware ingebouwde mechanieken, zien er nogal oubollig uit. Met veel toeters en bellen.”

“De eenvoud van het ontwerp van Le Sac zit in het feit dat deze fauteuil nauwelijks ontworpen is. Een ergonomisch gebogen schelp, met een zwarte voet en een minimalistisch en functioneel hendeltje. Combineerbaar met een voetbank. Le Sac is in twee maten en zowel in stof als leder beschikbaar. Persoonlijk vind ik hem het mooist in anilineleder.”

Van welk project/object/idee in uitvoering of voorbereiding koestert u hoge verwachtingen?
\"
De Senja-sofa die we voor Tribù ontworpen hebben. Vorig jaar werd de Senja al een beetje gelanceerd in Milaan, maar de echte release komt er nog aan. We zijn zopas naar het laatste prototype gaan kijken en we waren best onder de indruk. Hij zag er heel goed uit. Het leuke aan de samenwerking met Tribù is dat zij ons blijven pushen tot het resultaat perfect is. Goed is niet goed genoeg.”

Welk ander Belgisch project is voor u een schot in de roos?
“De uitkijktoren in stampleem in Natuurgebied Negenoord (Dilsen-Stokkem, red.) vind ik een inspirerend project. De toren past perfect in het landschap en de opvatting van het idee spreekt mij erg aan. Omdat wij producten tekenen die ergens in een architecturale omgeving moeten passen, laten we ons graag inspireren door architectuur op zich. Wat wij maken moet oplossen in de architecturale omgeving, of er net uitspringen. Maar het moet steeds een goeie aanvulling zijn.”

Welke buitenlandse interieurarchitecten/designers vormen voor u een bron van inspiratie?
“Dan denk ik meteen aan de klassiekers zoals Ronan & Erwan bouroullec, Edward Barber & Jay Osgerby en Gam Fratesi. Dat zijn toevallig ook duo’s. Of misschien niet toevallig (lacht). Er zijn veel interessante ontwerpers, maar inspiratie halen wij eerder uit de gedachtegang achter een product. En uit het dagelijkse leven. Evenzeer een weekend op de boeren buiten, als de grootstad wekt kracht op om te ontwerpen.”

Welke jonge interieurarchitect(e)/designer in Belgie maakt momenteel veel indruk op u?
“Er is veel talent. En in verschillende stromingen. Ben Storms mikt op het galerijwezen en doet dat erg goed. Julien Renault is zeer boeiende bezig op het vlak van industrieel design. Pierric De Coster en Jonas Blondeel van Dialect ontwerpen krachtige ruimtes en zijn sterk in interieur.”

Met welke materialen en/of technieken werkt u het liefst?
“Favoriete materialen of technieken hebben wij niet. Simpelweg omdat wij altijd contextgerelateerd werken. Iedere klant van ons heeft een eigen smoel en stijl. We proberen ons in de sfeer van het bedrijf te plaatsen en zijn niet bezig met onze eigen vormgeving in de etalage te zetten. Die manier van werken vertaalt zich dan ook in een verscheidenheid aan gebruikte materialen. Wat materialen betreft houden we wel steeds het ecologische en duurzame plaatje voor ogen.”

Wat vindt u zo boeiend aan uw job als interieurarchitect(e)/designer? Zou u uw kinderen aanmoedigen om in uw voetsporen te treden?
“Ik zal mijn kinderen niet pushen om in mijn voetsporen te treden, maar ik zou het hen zeker niet afraden. Ik besef dat ik met mijn gat in de boter ben gevallen. Van scratch beginnen is zeker niet evident, maar het is ook niet onmogelijk. Ik zie bijvoorbeeld dat Mathias De Ferm, met wie ik nog samen studeerde, dat heel goed doet. Wat ik persoonlijk het boeiendst vind, is de variatie. Het creëren en het constant proberen te vernieuwen. Ook van de verschillende samenwerkingen met vakmensen geniet ik heel erg. Wij zijn ook gewoon afhankelijk van goeie vakmannen.”

Welke ontmoeting is bepalend geweest voor uw verdere professionele ontplooiing?
\"Ik kan daar geen specifiek moment op plakken. De passie is gaandeweg gegroeid en op jonge leeftijd zelfs misschien een stukje misvormd (lacht). Wij koppelden vakantie vaak aan werk. Ik ben nooit in de sector gepusht, maar ik ben er wel ingerold.”

Herkent u zichzelf nog in de ambitieuze jonge student die u ooit zelf was?
“Ja, toch wel. Toen ik studeerde had ik geen eindstation voor ogen. En nu nog niet. Ik doe gewoon heel graag wat ik nu doe. En ik zou ook helemaal niets anders willen doen.”

Wat is het allereerste designobject dat u ooit heeft gekocht?
“Ik heb een – om het met een vies woord te zeggen – stoelenfetish. Een stoel heb ik altijd een interessant object gevonden. Er bestaan er zoveel en toch blijft het boeiend om met zo’n vast gegeven creatief uit de hoek te komen. Mijn eerste aankoop was de standard chair van Jean Prouvé. Ik heb thuis onder andere ook een Bertoia-stoel en een kuipstoel van Eames. Bij de aankoop van stoelen ga ik ook altijd didactisch te werk. Ik meet ze volledig op en onderzoek wat de stoel zo sterk maakt.”

Wat is momenteel het belangrijkste designobject in uw interieur?
“Opnieuw: Le Sac. Die wordt thuis dagelijks gebruikt. Zeker sinds anderhalf jaar geleden mijn zoon Otto werd geboren. Voor hij gaat slapen lezen we een boekje en drinkt hij zijn melk in Le Sac. Daarnaast heb ik vroeger met mijn broer Raf (Raf werd als architect bij Studio Segers, red.) in het veld een prehistorische vuistbijltje en pijlpuntjes gevonden. Ik heb eentje uit rode vuursteen, heel fijn uitgekapt met de hand. Die pijlpunt is niet ‘ontworpen’, maar gemaakt om productief te zijn. Zo mooi in zijn functionaliteit. Het heeft lang in een doos gelegen, maar sinds een jaar staat het terug op de kast.”

No financial limits: welk designobject zou u meteen een plaatsje in uw interieur gunnen?
“Dan zou ik eerder voor kunst dan voor design kiezen. En dan denk ik aan een Borremans. Hij heeft een klein schilderwerk van twee dode vogeltjes met de titel ‘(titled 10 and 11)’. Dat werk raakt mij en zie ik zo tegen onze ruwe betonnen muur hangen.”

Snelle vragenronde

Welke job zou u nu uitoefenen als u geen interieurarchitect(e)/designer was? Architect
Welke opleiding heeft u gevolgd en waar? Interieurvormgeving op de campus Lucas Faydherbe in Mechelen, gevolgd door een bachelor na bachelor meubelontwerp “VOMO”
Bij wie heeft u stage gelopen? Johan Walraevens
Wat was de titel van uw eindwerk? 1m² minder blauw
Favoriet interieur/design-boek? Jasper Morrison - A Book of Things
Favoriete film? The Lobster
Favoriet tv-programma? De Columbus
Favoriete muziek? Eels
Hebt u veel vrije tijd en hoe brengt u die het liefst door? Ik maak tijd! Met mijn zoon Otto.
Favoriete Belgische stad? Brussel
Favoriete Europese stad? Copenhagen
In welk land zou u het liefst geboren en opgegroeid zijn? Blijft België
Actief of passief sportbeoefenaar? Welke sport? Veel te weinig, af en toe eens Joggen
Favoriete beroepsgerelateerde website? Dezeen.com
Favoriete andere website? Canvas.be

Deel dit artikel:
Onze partners