De Praatstoel: Cecilia Aernaudts (Osar architects)

Cecilia Aernaudts is een van de vier gezichten aan het roer van OSAR architects. Als studente zocht ze onbewust al naar de maatschappelijke meerwaarde van architecturale projecten. “Als ik begin te ontwerpen, weet ik voor wie ik het doe. Het vormt mij echt als mens, veel meer dan eender welke architecturale opleiding.”

Op welk eigen gerealiseerde projecten bent u het meest fier en waarom?

“Ik ben fier op al onze projecten. Als ik dan toch moet kiezen, ga ik voor het project ‘Schoolstraat 41’ in Wijnegem. Dat hebben we verwezenlijkt in samenwerking met Astor, een vzw die we zelf hebben opgericht. ‘Schoolstraat 41’ bestaat uit vijf kleine zorgwoningen op maat van mensen met dementie of een zorgvraag. Alle wooneenheden zijn vervaardigd uit hout, wat rust biedt. In de voorbouw bevinden zich de gemeenschappelijke ruimtes, waar altijd iemand aanwezig is. Hier wordt uitgegaan van de kracht van samenwonen. Het was een enorm boeiende opdracht en een voorbeeldproject op vele vlakken.”
 

Van welk project in uitvoering of in voorbereiding koestert u hoge verwachtingen?

“Ik ben extreem benieuwd naar de werking van Astor in Geel. Dat is een van de Pilootprojecten Zorg waar we een innovatieve woonomgeving realiseren. Daar kunnen ouderen zolang mogelijk zelfstandig wonen in hun eigen woning. Vanaf het moment dat iemand zorgbehoevend wordt, kan die persoon beroep doen op professionele zorgondersteuning. Ouderen hoeven hierdoor niet meer te verhuizen. Wanneer het echt niet meer gaat, kan hij of zij intrek nemen een groepswoning. Op die manier blijft iedereen binnen het gebouw en verliezen ze de feeling met hun woonst niet. Ook werken we mee aan het ontwerp van de gevangenis van Merksplas. De voormalige landloperskolonie is kandidaat voor de Werelderfgoedlijst van UNESCO. De tijd is er bij wijze van spreken blijven stilstaan. Daar zoeken we opnieuw naar een programma, waarbij je door middel van een andere aanpak op een humane manier kan omgaan met mensen.”
 

Welk project van een andere Belgische architect is voor u een schot in de roos?

“Mijn ouders hebben recent een modernistisch appartement van Léon Stynen gekocht in bijna originele staat. Het is een ode aan de ruimtelijkheid en vakmanschap. Hoewel het appartementsgebouw dateert uit 1931, is de indeling extreem hedendaags. Weinig Belgische architecten hebben zo’n markant en verscheiden oeuvre nagelaten als Stynen. Noem hem gerust de Vlaamse Le Corbusier.”
 

Welke buitenlandse architecten vormen voor u een grote bron van inspiratie?

“Dat zijn vooral architecten die vandaag niet meer bouwen, zoals de Deense Arne Jacobsen, de Fin Alvar Aalto en Nederlander Dom Hans van der Laan. Zij hadden heel interessante planconcepten en manieren om met materialisatie en ruimte om te gaan. Hoe van der Laan omgaat met tijdloosheid, sfeer en licht vormt een inspiratiebron. Zeker wanneer ik denk aan een psychiatrie of een woonomgeving voor kinderen en jongeren met een zware mentale beperking bijvoorbeeld, waar mensen extreem kunnen reageren op kleur, materialen en tactiliteit.”
 

Wat zijn volgens u de meest geslaagde recente bouwprojecten in het buitenland?

“Dan kies ik voor de Maggie Centres. Die zijn centra waar iedereen die in contact komt met kanker terechtkan, maar niet in de typische kille ziekenhuisomgeving. Elk centrum is ontworpen door een andere architect. Wij bezochten een gebouw van de hand van OMA. Dat eenlaags gebouw rondom een grote groene binnentuin was een eyeopener voor ons.”
 

Welke jonge architect in Vlaanderen maakt momenteel veel indruk op u?

“Dat zijn er verschillende: RAAMWERK, murmuur architecten, Perneel Osten Architecten, MADE architects, Schenk Hattori Architecture Atelier, Friday Office, Buyse Seghers Architecten, Poot Architectuur en OVERAL Architectuur.”
 

Wat vindt u zo boeiend aan uw job als architect?

“Vooral het maatschappelijke karakter van onze projecten maakt mijn werk zo interessant. Wij kijken verder dan de buitenkant van een gebouw en zetten het welzijn van de gebruikers voorop. Zo proberen we het verschil te maken voor de bewoners. Ik denk daarbij aan het project ‘Mandana’ in Genk. Daar worden ouderen met psychische problemen of dementie opgevangen. Zij komen binnen in een volledig verzonken toestand, waar zij mede door de architectuur weer uitraken.”
 

Welke ontmoeting is bepalend geweest voor uw verdere architecturale ontplooiing?

“De ontmoetingen met de bewoners en experten zijn voor mij enorm belangrijk. Op school heb ik namelijk niets over de zorgsector geleerd. Bij elk project proberen wij ons in de complexiteit van de problematiek te verdiepen. In Wingene hebben wij bijvoorbeeld een gesloten jeugdinstelling gemaakt. Daarvoor hebben wij een dag mee in een instelling gezeten. We kregen een uniform en zaten aan tafel met de jongeren. Daardoor kijk ik op een totaal andere manier naar architectuur. Als ik begin te ontwerpen, weet ik voor wie ik het doe. Het vormt mij echt als mens, veel meer dan eender welke architecturale opleiding.”
 

Herkent u zichzelf nog in de ambitieuze jonge student die u ooit zelf was? Komen droom en werkelijkheid sterk overeen?

“Als student was ik niet enkel geïnteresseerd in het mooie plaatje, maar wel in diepgang en maatschappelijke meerwaarde. Onbewust wilde ik niet het zoveelste huis tekenen. Daarom heb ik nooit bij een ander kantoor gesolliciteerd. Ik ben dan ook heel blij dat ik bij OSAR architects ben terechtgekomen.”

 

Fait divers                                                                                                                                                                                                                              Welke job zou u nu uitoefenen als u geen architect was? Oogarts
Waar hebt u uw architectuuropleiding gevolgd?  Architectuur aan Sint-Lucas in Gent
Bij wie hebt u stage gelopen?  FDA architecten (nu OSAR architects)
Wat was de titel van uw eindwerk? Dat kan ik me eigenlijk niet meer herinneren, want dat is niet zo belangrijk voor mij.                                                Favoriet architectuurboek: ‘Slim Aarons: Women’                                                                                                                                                              Favoriet ander boek: De boeken van Oscar van den Boogaard, ‘Het wordt spectaculair. Beloofd.’ Zita Theunynck
Favoriete film:  ‘A Single Man’ van Tom Ford, ‘A Bigger Splash’ met Tilda Swinton
Favoriet tv-programma: ‘Alleen Elvis blijft bestaan’ 
Favoriete muziek: Van alles
Hebt u veel vrije tijd en hoe brengt u die het liefst door? Uitslapen samen met mijn kinderen                                                                                  Favoriete Belgische stad: Antwerpen en Brussel
Favoriete Europese stad: Berlijn en Parijs
In welk land zou u het liefst geboren en opgegroeid zijn? Een Scandinavisch land, zoals Denemarken of Zweden                                                      Actief of passief sportbeoefenaar? Welke sport? Actief: lopen, skiën en achter mijn kinderen crossen
Favoriete architectuursite? afasia archazine                                                                                                                                                                  Favoriete andere website? Pinterest, The Socialite Family, Petite Passport, Coffeeklatch en VPRO podcasts

Deel dit artikel:
Onze partners