Als architect-zaakvoerder bij Blanco Architecten en voorzitter van de Raad Vlaams-Brabant & Brussel-hoofdstad van de Orde van Architecten draagt Vincent Van Den Broecke het metier een zeer warm hart toe. Nooit verlegen om een spitante stelling op Twitter en naast architectuurliefhebber ook gepassioneerd door auto's. Kortom: dringend tijd voor een passage op onze Praatstoel.
Op welk eigen gerealiseerde projecten bent u het meest fier en waarom?
Geen eenvoudige vraag aangezien de lakmoesproef voor een geslaagd project voor ons een tevreden bouwheer en/of bouwvrouw is. Elk project dat we aldus tot een goed einde brengen en waarvan onze opdrachtgevers te kennen geven dat ze tevreden zijn met hun nieuwe gebouw –gaande van een kleine verbouwing van een ééngezinswoning tot de uitbreiding van een school- is een project dat ons fier maakt.
Maar als ik er dan toch één uit onze portfolio mag noemen is het woning H in hartje Leuven en wel omdat we met dit project hebben kunnen bewijzen dat bouwen en wonen in de stad minstens even creatief en kwalitatief kan zijn als een “traditionele” woning op een klassiek perceel. Op een perceel van slechts 40m2 creëerden we een stadswoning met 4 verdiepingen waarin levenslang gewoond kan worden. Bovendien konden we met deze woning aantonen dat ook hedendaagse architectuur probleemloos een plek vindt in bestaand, historisch stadsweefsel. Met dit project moesten/mochten we eveneens de grenzen en de interpretatie van de strenge stedenbouwkundige & architecturale voorschriften aftasten... mijn inziens –en in huidig beleidskader- de essentie van ons beroep.
Van welk project in uitvoering of in voorbereiding koestert u hoge verwachtingen?
Een sociaal huisvestingsproject in Scherpenheuvel-Zichem dat zich nu in de toewijzingsfase bevindt. Waar de oorspronkelijke opdracht uitging van 12 woningen konden we samen met het gemeentebestuur en de huisvestingsmaatschappij het dubbele aantal realiseren waardoor het project een verdichtingsdimensie kreeg die ab initio niet ingecalculeerd was. Een win-win voor alle partijen. En voor onze open ruimte.
Daarnaast nog een aantal stadswoningen die in de loop van 2021 gebouwd gaan worden. De beperkte oppervlakte in combinatie met de context en het wetgevend kader, vragen steeds een nieuwe invalshoek. En dus een verrassend resultaat.
Welk project van een andere Belgische architect is voor u een schot in de roos?
Ik vind dit een hele moeilijke gezien er in ons land zoveel kwaliteit wordt gebouwd. Van kleine stedelijke woonprojecten tot grote openbare gebouwen. Voor elk wat wils. Maar als ik dan toch één project zou moeten noemen, dan vernoem ik wellicht het meest atypische van de laatste jaren. Een project dat de maatschappelijke en de humanitaire kant van ons beroep danig in de verf heeft gezet en dat is de ”The Maggie Program” met DMOA architects als bezielers. Zij hebben hun creativiteit en kunde niet enkel omgezet in een circulair tentconcept voor humanitaire doeleinden maar gaan het zelf ook ter plaatse (Kameroen, Irak, Bangladesh...) uitvoeren. Het verdient mijn inziens ons allergrootste respect.
Welke buitenlandse architecten vormen voor u een grote bron van inspiratie?
Peter Zumthor.
Zijn “Serpentine Gallery Pavillion 2011” vind ik tot op heden onovertroffen. Het bezoek destijds laat tot vandaag een diepe indruk op mij na.
Kengo Kuma.
Liefde voor vakmanschap en hout 2.0.
Sou Fujimoto.
Grensverleggend als in een labo. Etherische transparantie die bestaande concepten met de voeten treedt, minstens grondig in vraag stelt.
Wat zijn volgens u de meest geslaagde recente bouwprojecten in het buitenland?
Moeilijk om één project aan te wijzen. Ik ben bijzonder gefascineerd door de privatieve woningarchitectuur in Japan terwijl er in Iran ook heel interessante dingen gebeuren.
Maar als er nu één wereldberoemd project zou zijn dat ik onmiddellijk zou moeten noemen en dat ik graag eens zou bezoeken, antwoord ik het Louvre van Jean Nouvel in Abu Dhabi. De lichtinval doorheen de koepel moet fenomenaal zijn.
Daarnaast zou ik eens bijzonder graag de hedendaagse Japanse woningarchitectuur ter plaatse gaan ontdekken.
Welke jonge architect in Vlaanderen maakt momenteel veel indruk op u?
Wat héét jong in de architectuur nu een monument als Frank Gehry op z’n 91ste nog steeds actief is?!
Maar architecten althans architectenbureau die op bijzonder veel sympathie kunnen rekenen zijn zonder twijfel Sculp IT en ZOOM.
Ik houd van de grootse gebaren van Sculp IT. Een toegankelijke architectuur die het drama niet schuwt maar dan wel met de nodige gelaagdheid. Het WOW-effect is nooit ver weg... maar is –voor de goede verstaander- niet de essentie.
De projecten van ZOOM ademen een stedelijke tijdloosheid uit. Zonder capsones. What you see is what you get maar dan wel met de nodige inventiviteit en elegantie.
Wat vindt u zo boeiend aan uw job als architect? Zou u uw kinderen aanmoedigen om in uw voetsporen te treden?
De aanhoudende zoektocht om het steeds beter te doen. En dat zowel op project- als op managementvlak. De evolutie die ons beroep op dit eigenste ogenblik doormaakt is uitermate boeiend en dwingt ons het klassieke model om te zetten in een professioneel bedrijfs- en samenwerkingmodel.
Het continu moeten bijsturen aan wijzigende omstandigheden, tendensen, eisen en verwachtingen. Geen twee dagen, laat staan twee projecten zijn daardoor hetzelfde.
En ja, ik zou mijn dochters absoluut aanraden om niet zozeer in mijn voetsporen dan wel in het beroep te treden, want ondanks hedendaagse uitdagingen waar ons beroep voor staat –en die zullen er zeker niet minder op worden- is en blijft het een prachtig beroep. Ik zal hen er –in voorkomend geval- enkel op wijzen dat ze wel degelijk gebeten moeten zijn om het vol te houden.
Welke ontmoeting is bepalend geweest voor uw verdere architecturale ontplooiing?
Ik kan niet één specifieke ontmoeting definiëren. Ik denk dat de ontplooiing van mijn carrière de optelsom is van alle personen die ik heb morgen ontmoeten. Van de docenten tijdens mijn studies, mijn medestudenten destijds, mijn stagemeesters, medewerkers en stagiairs...
Herkent u zichzelf nog in de ambitieuze jonge student die u ooit zelf was? Komen droom en werkelijkheid sterk overeen?
Absoluut. Meer nog. Ik denk dat drive en ambitie steeds groter worden. Als student en pas afgestudeerde architect had ik immers niet de minste notie van het beroep... en al zeker niet hoe snel één en ander zou veranderen. Nu – na exact 20 jaren op de teller- is de nodige bagage verzameld om de ambities sterker dan ooit te omlijnen.
En om op de tweede vraag te antwoorden: neen. De werkelijkheid is compleet anders, sneller en meer confronterend dan ik had kunnen dromen. Maar nét die vaart maakt het zo boeiend.
Faits divers
Welke job zou u nu uitoefenen als u geen architect was?
Ik ben –van kleins af- gepassioneerd door auto’s... dus wellicht zouden we het dan in die sector hebben moeten zoeken.
Waar hebt u uw architectuuropleiding gevolgd?
Aan het PHAI in Diepenbeek.
Bij wie hebt u stage gelopen?
Mijn eerste 12 maanden bij Paul Lenaerts in Linter, de resterende 12 maanden van mijn stage bij Bernard Lefever in Hoeilaart.
Wat was de titel van uw eindwerk?
“Solomon R. Guggenheim, het architecturale erfgoed.”
Favoriet boek:
Ik ben geen boekenlezer maar recent heb ik echt kunnen genieten van “Homo Sapiens” van Yuval Noah Harari.
Favoriete film:
Opnieuw een zeer eclectische smaak maar een film die ik telkens opnieuw kan bekijken is Baz Luhrmann’s Moulin Rouge.
Favoriet tv-programma:
Alle programma’s op Discovery Channel of NatGeo over archeologie, wetenschap en auto’s.
Favoriete muziek:
Zeer eclectisch maar met een voorkeur voor “uitgestorven” groepen à la R.E.M en Oasis en voor het betere singer-songwriter-werk. Grote fan bijvoorbeeld van Joost Zweegers’ Novastar.
Hebt u veel vrije tijd en hoe brengt u die het liefst door:
Ik maak de vrije tijd die ik nodig heb. En die breng ik dan hoofdzakelijk door met m’n gezin, familie en vrienden. Op vakantie of ontdekkingstocht langs nieuwe restaurants of genietend van een glas goede wijn.
Favoriete Belgische stad:
Leuven tijdens de maanden juli en augustus. Of Namen vanwege het kleine, gezellige centrum.
Favoriete Europese stad:
München, Valletta, Ascoli Piceno. Elk om een specifieke reden.
In welk land zou u het liefst geboren en opgegroeid zijn?
Italië. Omwille van de zon, de natuur, de kunst, de cultuur, de wijn... de mooiste taal.
Actief of passief sportbeoefenaar? Welke sport?
Actieve loper. Dromend van een marathon. Gemakkelijker gezegd dan gelopen.
Favoriete architectuursite?
Meest bezochte alleszins: Dezeen en ArchDaily.
Favoriete andere website?
Twitter.com, continue bron van informatie en inspiratie.