De Springveer ontpopt zich tot architecturaal en educatief neusje van de zalm (TEEMA architecten)

Van oubollige infrastructuur en containerklassen tot een ‘voorbeeldschool’ met de modernste didactische technologie: dat is de transformatie die De Springveer de voorbije twee jaar heeft ondergaan. In het kader van Scholen van Morgen is een groot deel van de voormalige kleuter- en basisschool vervangen door een performante nieuwbouw die het pedagogische project optimaal ondersteunt. “De leerlingen en de leerkrachten maken een sprong naar de eenentwintigste eeuw”, aldus Paul Vandenbussche van TEEMA architecten, dat de nieuwe school ontwierp. Bureau Bouwtechniek trad op als uitvoerend architect.

Toen de 250 leerlingen van De Springveer vlak voor de kerstvakantie kennismaakten met hun gloednieuwe school, wisten ze met hun enthousiasme nauwelijks blijf. De imposante nieuwbouw is immers volledig op hun maat ontworpen. De lokalen van de lagere school (gelijkvloers) en de kleuterklassen (eerste verdieping) zijn gegroepeerd rond een polyvalente binnenruimte die overloopt in een afzonderlijke speelplaats. “Beide verdiepingen zijn met elkaar verbonden via een monumentale trappenpiramide in prefabbeton, die tegelijk fungeert als tribune en podium. Het gelijkvloerse ‘amfitheater’ leent zich perfect tot filmvertoningen en toneelopvoeringen, maar fungeert eveneens als refter en gemeenschappelijke lesruimte. Zij die willen ontsnappen aan de drukte kunnen zich terugtrekken in een stille leesruimte. Op de tweede verdieping is een ruime turnzaal met een aparte ingang ingericht, die na de schooluren toegankelijk is voor externen. Daarnaast bevindt zich het rustgevende lerarenlokaal, dat een fraai uitzicht biedt op de groene omgeving”, vertelt Paul Vandenbussche, architect-zaakvoerder bij TEEMA architecten.

 

Bijzondere dynamiek

Het hedendaagse onderwijs stapt steeds meer af van het strikte ‘doceren’ en zet waar mogelijk in op klasoverschrijdend lesgeven en individuele begeleiding. Dat is eveneens voelbaar in deze nieuwbouw, waar de klaslokalen geen afgesloten coconnetjes zijn, maar ruimtes die onderling samen te voegen zijn en naadloos overlopen in het gemeenschappelijke binnengebied. Ook de architecturale vormgeving en het materiaalgebruik getuigen van een bijzondere dynamiek. “Op foto ziet het gebouw er eerder gesloten, statisch en monolithisch uit, maar in werkelijkheid zit er veel meer leven in. Het dynamische effect, de unieke textuur en de warme materialiteit van het verspringende metselwerk kan je alleen met je eigen ogen vatten”, stelt Paul Vandenbussche. “Bovendien is de zalmkleurige buitengevel uitgerust met vierkante raamopeningen die schijnbaar lukraak gepositioneerd en gedimensioneerd zijn en die een zeer speelse uitstraling creëren. Binnenin genereren ze allerlei ‘lichten en zichten’ en omkaderen ze het omliggende landschap, zodat de nieuwsgierigheid van de kinderen geprikkeld blijft.”

 

"Het dynamische effect, de unieke textuur en de warme materialiteit van het verspringende metselwerk kan je alleen met je eigen ogen vatten"

 

Turnzaal op hoogte

De turnzaal is letterlijk en figuurlijk een bouwkundig hoogstandje. “De buitenschil van het gebouw bestaat volledig uit prefabbeton, maar in het centrum zijn kolommen geplaatst waarop slanke liggers in S355-staal rusten (omhuld met beton voor extra draagkracht), die op hun beurt voorgespannen welfsels ondersteunen. Onder de sporthal zijn die welfsels een stuk groter dan elders in functie van de eigen frequentie. Bovendien bestrijken de premuren van de sporthal twee bouwlagen en zijn ze in één keer (lees: over de volledige hoogte van circa 6 meter) geplaatst om geen horizontale voegverdeling te hebben”, verduidelijkt Tom Vanderbeken, projectmanager bij aannemer Denys. “Eveneens belangrijk om weten is dat we een vrij grote, steile bouwput hebben moeten maken omdat het terrein vroeger helemaal anders geprofileerd was. Aangezien een gedeelte van het gelijkvloerse niveau onder de bestaande speelplaats zit, hebben we een verloren secanspalenwand moeten plaatsen om de aansluiting te kunnen maken.”

 

Reliëfmetselwerk

Gezien de strikte esthetische eisen diende de realisatie van de gevel zich aan als een complexe constructieve puzzel. “Enerzijds omdat we aan de binnenzijde met holle wanden en zonder traditionele balkoplegging gewerkt hebben, anderzijds omdat hij aan de buitenzijde uit een mengeling van twee baksteenformaten bestaat (75 en 85 mm diep), die in drie verschillende vlakken liggen (65, 75 en 85 mm) om ‘reliëfmetselwerk’ te creëren. Voor het gevelvlak van 65 mm hebben we de standaardsteen van 75 mm dus telkens een centimeter achteruit getrokken. In combinatie met een plaatsing in wildverband resulteert dit in een ‘levendige’ look die de bedrijvigheid in en rond de school uitstekend symboliseert”, legt Tom Vanderbeken uit.

 

Volledig up-to-date

Niet alleen in infrastructureel en architecturaal, maar ook in technologisch opzicht is De Springveer 2.0 volledig up-to-date. Denk aan smartboards (waaronder een verrijdbaar en kantelbaar exemplaar in de leraarskamer dat eveneens kan fungeren als ‘visuele tafel’), projectoren en allerlei andere snufjes die zich lenen tot een digitale en interactieve manier van lesgeven. “In functie van het leercomfort is er ook heel veel aandacht besteed aan ventilatie, verlichting en akoestiek, waarvoor zelfs een gespecialiseerd studiebureau is aangesteld. In België blijft scholenbouw een moeilijke evenwichtsoefening, maar in dit project hebben we naar ons gevoel toch het onderste uit de kan gehaald. De Springveer is een knap staaltje maatwerk dat alle gebruikers op hun wenken bedient”, besluit Paul Vandenbussche.

Deel dit artikel:
Met medewerking van
Onze partners