Op de Biennale Architettura in Venetië van 2016 zijn maar liefst 61 nationale paviljoenen aanwezig, wat het bijna onmogelijk maakt ze allemaal te bezichtigen. Online architectuurmagazine Dezeen pikte 10 paviljoenen uit het aanbod die bezoekers zeker niet mogen missen.
Incidental Space (Zwitserland)
De wolkachtige grotconstructie die architect Christian Kerez heeft gebouwd in het Zwitserse paviljoen, is een van de meest indrukwekkende spektakels die op de Biennale te zien zijn. Ontworpen om bezoekers een "pure confrontatie met architectuur" aan te bieden, toont het project het potentieel voor de combinatie van traditioneel architecturaal handwerk met digitale technologieën.
Curatoren: Sandra Oehy, Christian Kerez
Plaats: Giardini
The Baltic Atlas (Baltische staten)
Estland, Letland en Litouwen hebben zich op de Biennale voor het eerst verenigd om er samen het Baltische paviljoen te presenteren, dat de impact verkent van het herontwikkelen van de infrastructuur uit het Sovjet tijdperk in de regio. Het werk van meer dan 70 architecten, wetenschappers, geologen, anthropologen en filisofen wordt zowel tentoongesteld in de hoofdarena als in de gelaagde zitzones van een Brutalistische sporthal, onder een witte overkapping die werd gecreëerd als kunstmatige hemel.
Curatoren: Kārlis Bērziņš, Jurga Daubaraitė, Petras Išora, Ona Lozuraitytė, Niklāvs Paegle, Dagnija Smilga, Johan Tali, Laila Zariņa, Jonas Žukauskas
Plaats: Palasport GB Gianquinto, Castello 2132, Calle S Biagio
The Pool - Architecture, Culture and Identity in Australia (Australië)
Het gemeentelijk zwembad is van even vitaal belang voor de Australische cultuur als de piazza dat is voor Europa, als we de curatoren van het Australische paviljoen mogen geloven. Zij bouwden een zwembad op ware grootte als middelpunt van hun tentoonstelling. Bezoekers worden uitgenodigd om te relaxen in stoelen of om op houten tribunes te zitten en hun tenen in het water te dippen, terwijl via het geluidssysteem interviews worden afgespeeld. Het resultaat is een ruimte die kalmerender werkt dan om het even welke andere op de hele Biennale.
Curatoren: Aileen Sage Architects, Michelle Tabet
Plaats: Giardini
Home Economics (Groot-Brittannië)
In het Britse paviljoen worden vijf futuristische modellen van het huis voorgesteld, die architecten oproepen om verder te kijken dan de standaard residentiële typologieën en om in de plaats daarvan nieuwe financiële modellen voor huisvesting te ontwikkelen. De kamers zijn onderverdeeld in vijf tijdperiodes, namelijk uren, dagen, maanden, jaren en decennia. Hoogtepunten zijn onder meer een transparante kleerkast die delen aanmoedigt, opblaasbare bollen die draagbare leefruimtes symboliseren en een modular housing unit.
Curatoren: Jack Self, Shumi Bose, Finn Williams
Plaats: Giardini
Unfinished (Spanje)
Spanje ontving de Gouden Leeuw voor beste paviljoen met zijn exhibitie van onafgewerkte structuren in de nasleep van de financiële crash in 2008, die in Spanje harder toesloeg dan in de meeste Europese landen. Ook worden er 55 recente gebouwen getoond die een variëteit aan oplossingen voor economische beperkingen demonstreren. De gebouwen worden gepresenteerd via foto's en plannen op stalen strucuren, die een onafgewerkt gebouw suggereren.
Curatoren: Carnicero + Quintans
Plaats: Giardini
Art of Nexus (Japan)
Het nationale paviljoen van Japan was een andere favoriet van de jury, die het bekroonde met een eervolle vermelding. De tentoonstelling is gebouwd rond de relatie tussen architectuur en werkloosheid in de nasleep van de zware aardbeving in Oost-Japan en presenteert een reeks projecten die tonen hoe de Japanse architecten en gemeenschappen meer beginnen focussen op delen.
Curator: Yoshiyuki Yamana
Plaats: Giardini
Fair Building (Polen)
Onrustwekkende taferelen van bouwsites worden getoond temidden van een steigerende structuur in het Poolse paviljoen, dat focust op de benarde situatie van de bouwvakker. Door te laten zien hoe bouwvakkers zich in potentieel levensbedreigende situaties begeven op hoge structuren en door het gebruik van zware machines, hopen de curatoren meer aandacht te trekken voor een "grotendeels genegeerde sector van de industrie".
Curatoren: Dominika Janicka, Martyna Janicka, Michał Gdak
Plaats: Giardini
Losing Myself (Ierland)
De curatoren van het Ierse paviljoen hebben getracht de gefragmenteerde ervaring te creëren die verwant is met mensen die aan dementie lijden. Ze doen dit door een rooster van hangende projectieschermen en audioboxen te gebruiken. De meeslepende installatie mikt erop een inzicht te bieden in de hersenziekte waar wereldwijd meer dan 46 miljoen mensen mee te maken hebben, om zo architecten het belang van heldere oriëntatie in hun ontwerpen te helpen begrijpen.
Curatoren: Níall McLaughlin, Yeoryia Manolopoulou
Plaats: Arsenale
Project Solana Ulcinj (Montenegro)
Als een van de meest populaire exhibities buiten de twee hoofdtrefpunten van de Biennale verkent het nationale paviljoen van Montenegro vier toekomstige voorstellen voor Solana, een artificieel landschap waar meer dan 250 vogelsoorten hun thuisbasis hebben, waaronder de flamingo en de Dalmatische pelikaan. Tussen de designs zitten een ornithologisch park van de EcoLogicStudio uit Londen en een zoutproductievoorziening van de Nederlandse studio LOLA Landscape Architects.
Curatoren: Bart Lootsma, Katherina Weinberger
Plaats: Palazzo Malipiero, San Marco 3079
Art of Many - The Right to Space (Denemarken)
Fans van architecturale modellen zullen geen betere bestemming vinden dan het Deense paviljoen, dat vol staat met kleinschalige voorbeelden van de meest indrukwekkende Deense gebouwen van de voorbije 15 jaar. Met projecten gaande van een zelfvoorzienend dorp buiten het raster tot een met aluminium bekleed kindercentrum in Kopenhagen, die allen worden tentoongesteld op een speciaal gemaakte stellingstructuur, promoot de exhibitie architectuur die lokale gemeenschappen ten goede komt.
Curatoren: Boris Brorman Jensen, Kristoffer Lindhardt Weiss
Plaats: Giardini
Bron: dezeen.com