Een versterkend, industrieel kantoor voor PUUR interieurarchitecten

Met het concept ‘Arsenale’ in het achterhoofd begon PUUR interieurarchitecten aan de renovatie van zijn nieuwe kantoorruimte. Een industriële ruimte met een ruw en circulair materialenpalet is het resultaat. “Het kantoor helpt ons in wat we doen. Dat is exact wat we willen bereiken voor al onze klanten: een versterkend interieur.” Het kantoor prijkt nu ook op de longlist 'Interiors' van de Dezeen Awards 2021. 

In het voormalige slachthuis dicht bij Park Spoor Noord heeft het team van PUUR interieurarchitecten zijn intrek genomen. Na een zoektocht van twee jaar en een proces van twee jaar tussen de aankoop en de verhuis, biedt het pand het ontwerpbureau nu ruimte om te groeien. Daarnaast zorgt het kantoor er ook voor dat PUUR interieurarchitecten zijn klanten kan ontvangen.

Het nam het casco pand onder handen en renoveerde het tot een industrieel kantoor met het concept ‘Arsenale’ als kapstok. Dat verwijst naar de oude gebouwen die de achtergrond vormen voor de biënnale in Venetië. Daarom besloot het bureau ook om het pand in zijn originele staat te herstellen. Zo liet het de zwarte kolommen zandstralen om de oorspronkelijke betonkleur en imperfecties opnieuw zichtbaar te maken. Bovendien heeft elk object zijn eigen verhaal en ontstaat er een inspirerende werkomgeving voor het team. De bureaus, uit blokplaat met erachter een staalstructuur verwijzen bijvoorbeeld naar tentoonstellingstafels. De opbouw van de tafels wordt bovendien niet verstopt waardoor het bureau de materialen op een pure manier toepast.

 

Betonblokken als transparante scheiding

Wie binnenkomt door de gegalvaniseerde deuren met de matte, industriële beglazing, wordt verwelkomd door een grote houten tafel opgebouwd uit gelamineerde balken van Rotor DC. Een groot neon armatuur verlicht de ruimte en verwijst op een subtiele manier naar een slachtlijn van het vroegere slachthuis. Daarachter zijn drie verschillende vergaderzalen met elks hun eigen functie te vinden. In de ene komt de gebruiker binnen door een pivoterende deur en staat een kleine, ronde tafel. In de andere hangt dan weer een groot scherm boven een kleine tafel voor online meetings. De laatste vergaderzaal is de grootste en wordt gebruikt voor vergaderingen in grotere groepen. De glazen wanden in de demonteerbare staalstructuur van de vergaderzalen zorgen voor een open gevoel.

De scheiding tussen de vergaderzalen, waar de interieurarchitecten hun klanten ontvangen, en de grote werkruimte gebeurt op een zachte manier door grote betonblokken, die uitgelijnd zijn met drie grote kolommen. Die betonblokken vormen volumes met erbovenop verschillende planten. Zo is een waterkraan zichtbaar zodra je het kantoor binnenkomt, maar de koelkast is verborgen in de betonblokken aan de achterkant waardoor ze uit het zicht blijft. De betonblokken zijn ook gesloten in de semi-publieke zone, maar aan de kant van de werkplekken zijn ze open en wordt het volume gebruikt als opbergruimte. “Dat vormt bovendien een soort van routing zodat je niet meteen het landschapskantoor in duikt”, zegt interieurarchitect en oprichter van PUUR interieurarchitecten Geysen.

Achter de betonblokken staat ook een houten volume uit Europese Lariks met daarin onder andere een groot kantoor, een stalenkamer en de sanitaire ruimte. Volgens Geysen twijfelde het team eerst of de betonblokken dan nog nodig waren, maar uiteindelijk is die gelaagdheid volgens hem net boeiend. Hoewel de stalenkamer en sanitaire ruimte volledig afgezonderd is, is het kantoor in het houten volume voorzien van veel glas waardoor er visueel contact is met het landschapskantoor. De bovenkant van het afgesloten kantoor bestaat aan de kant van de betonblokken voor een derde uit glas. Aan de zijde die aan de werkplekken grenst, is dan weer bijna heel de onderkant voor twee derde uit glas.

 

Industrieel en ruw

In het kantoor hangt een industriële sfeer waar de groene planten en het hout zorgen voor extra warmte. Het materialenpalet bestaat uit een variatie van ruwe en onafgewerkte bouwelementen. De betonblokken zijn bijvoorbeeld niet gevoegd. “Ze kunnen in principe uit elkaar gehaald worden en op een andere plaats terug opgebouwd worden”, vertelt Geysen. “De keuze voor de juiste betonblokken was ook echt een proces van trial and error, maar door de pandemie hadden we het iets rustiger. Daardoor konden we meer energie steken in de renovatie van ons kantoor. Zo zijn we ook lang op zoek geweest naar een goede kleur voor de grote vierkanten boven de kolommen.”

Ook de LED lampen zorgen voor een industriële sfeer omdat ze verwijzen naar een soort tl-armatuur. Dat is een standaardarmatuur, maar met kopse zijden uit plexiglas in plaats van aluminium. “Daarmee verwijzen we naar lichtkunstenaar Dan Flavin die tl-kunstwerken maakt”, zegt Geysen. “We wilden de verlichting op een andere manier benaderen en meer als kunstobjecten  in de ruimte laten aanvoelen.”

 

Duurzaam

De materialen zijn ook vanuit een duurzaam en circulair oogpunt gekozen. Zo bestaat de vloer uit geslepen beton waarin het riviergrind zichtbaar is en is het plafond uitgevoerd in een akoestische spuitpleister uit grijs geverfde krantensnippers. Door overal dezelfde vloer- en plafondafwerking toe te passen, blijft de ruimte ook in de toekomst vlot aanpasbaar. De akoestische scheidingswanden op de bureaus zijn dan weer gemaakt uit het circulaire product Really van Kvadrat. Dat materiaal is ook gebruikt om de gipswanden tussen de vergaderzalen te bekleden. Die ruimtes zijn bovendien afgestemd op de breedte van een gipsplaat om afval te beperken.

Naast de grote tafel van Rotor DC, zijn de alle nieuwe stoelen vintage. De houten stoelen zijn van ontwerper Borge Mogensen van het merk Fredericia, de vintage vergaderstoelen die werden aangeschaft en opnieuw gestoffeerd, hebben sterke gelijkenissen met die van het merk Pastoe in samenwerking met Cees Braakman. “We hebben een oude kantoorstof qua look gekozen om het idee te geven dat de stoelen hier als het ware nog stonden”, vertelt de interieurarchitect.

Op hun werkplek genieten de interieurarchitecten bovendien van het natuurlijke daglicht dat binnenkomt door de grote ramen. Het energieconcept liet het bureau toetsen aan de hand van een studie door het ingenieursbureau technieken Ingenium. “Op basis van drie keuzes heeft Ingenium besloten dat we geen airco nodig hebben in het kantoor”, vertelt Geysen. De zonwering voor de grote ramen en de vloerverwarming die in de zomer dienstdoet als vloerverkoeling zijn er al twee van. Daar komt bij dat het water uit de buisjes van de vloerverwarming ook gebruikt wordt voor het ventilatiesysteem, waardoor er geen extra energie nodig is. Geysen noemt het een gratis koude- of warmtebatterij voor de ventilatie. Bovendien wordt de warmte opgewekt door een warmtepomp.

Deel dit artikel:
Met medewerking van
Onze partners