Eindmeet in zicht voor renovatie stadhuis van Antwerpen (HUB)

Dit najaar wordt het gerestaureerde stadhuis van Antwerpen opgeleverd. Het neo-renaissencemonument op de Grote Markt krijgt een duurzame toekomst, waarin het opnieuw alle kabinetten zal huisvesten en zich zal openstellen voor het publiek. HUB heeft er samen met Origin Architecture & Engineering, Bureau Bouwtechniek, Daidalos Peutz, RCR, BAS, FPC en kunstenares Germaine Kruip ruim zeven jaar aan gewerkt. “Het is dan ook een project waar we zeer fier op zijn”, aldus Bart Biermans.

455 jaar na de eerste opening wordt het stadhuis van Antwerpen in ere hersteld. Het gebouw voldeed niet meer aan de noden van een huis van de burger en het bestuur. “De samenstelling van het stedelijk beleid is vandaag veel complexer dan vroeger, waardoor de kabinetten momenteel verspreid zitten rond de Grote Markt”, vertelt Bart Biemans van HUB. “Dankzij deze verbouwing wordt de benedenverdieping opnieuw een publieke plek waar burger en bestuur contact met elkaar kunnen hebben, en krijgen de schepenen en hun kabinetten terug een plek in het stadhuis.”
 

Tweede transitie

De laatste ingrijpende renovatie van het stadhuis dateert van de 19de eeuw, waarbij de aanzienlijke verbouwingen onder leiding van architecten Bourla, J. Schadde en P. Dens  het gebouw (grotendeels) in de vorm brachten zoals we die vandaag kennen. “Onze verbouwing markeert dan ook de tweede grote ingreep aan het stadhuis sinds de verregaande aanpassingen aan het interieur in de 19de eeuw”, aldus Bart Biermans. “Deze transitie realiseren we met het grootste respect voor het bestaande gebouw. We bouwen letterlijk verder op de geledingen en de maatverhoudingen van het originele gebouw, waarvan de structuur ook bij de verbouwingen in de 19de eeuw zichtbaar werd gelaten. Het gebouw bepaalt als het ware de regels waarbinnen wij deze tweede transitie ontwerpen. De antwoorden op de nieuwe vragen zitten in de historische structuur – de code van het gebouw – vervat.”

 

Snoeien om te bloeien

Bart Biermans omschrijft het als een ‘snoeien om te bloeien’-benadering. Elementen die vanuit de erfgoedbenadering storend zijn, maken plaats voor elementen die meer eer doen aan de historische structuur en het toekomstig gebruik van het gebouw. Sporadisch worden ook elementen weggenomen die vanuit de erfgoedbenadering niet storend zijn, omdat zo ruimte vrij komt om - binnen een groot respect voor de historische continuïteit - een nieuwe status en uitgesproken beleving aan deelruimten te geven of om andere waardevolle elementen meer op de voorgrond te brengen.

 

Centrale foyer

Naast de volledige restauratie van het exterieur en het interieur, springen twee ingrepen in het oog: “We reorganiseren de benedenverdieping zodat het een heldere ruimte wordt. Door het geheel van gangen en kamertjes terug open te werken, ontstaat een centrale foyer met daarrond de publieke functies, kantoren voor de fracties en de backoffice. De poorten worden letterlijk weer open gezet en de hoofdtoegang komt opnieuw naar de Grote Markt, waar deze aansluit op de monumentale trap naar het Schoon Verdiep.”
 

Verlicht verdiep

Op de tweede verdieping worden de kabinetten ondergebracht. “Hier realiseren we de grootste ingreep aan het gebouw”, zegt Bart Biermans. “Dat hoeft niet te verwonderen als je weet dat deze plek nooit voor publieke functies bedoeld was. De uitdaging was om deze verdieping toch een publieke uitstraling te geven.”

De verbouwing is zoals aangehaald geënt op de bestaande architectuur. Bart Biemans: “De onderliggende verdiepingen worden gekenmerkt door een historische koer, die later overkoepeld is en nu de centrale interne ruimte vormt. Deze ruimte is opgebouwd volgens de driedeling vestibule-atrium-vestibule. Deze driedeling, die de hele structuur van het gebouw bepaalt, wilden wij uitbreiden naar de tweede verdieping. Daarom hebben we twee oude dakspanten weggenomen om twee dubbelhoge centrale vestibules te creëren, die in het verlengde liggen van de vestibules op de onderliggende verdiepingen. Een overvloed aan daglicht valt binnen langs deze vestibules, die een uitzicht bieden op de omliggende historische daken en de wolkenhemel. Daarom doopten we deze verdieping om tot ‘het verlicht verdiep’. Het ontwerp vertrekt van een zeer precieze lezing van de opeenvolgende historische fasen, en bouwt hierop verder. De ingrepen vormen samen een belangrijke, maar uiterst respectvolle transitie met als grote voordeel dat de bruikbare ruimte verdubbeld is.”

Deze ingrijpende aanpassing aan het gebouw verliep niet zonder slag of stoot. Zo voldeden de historische vloeren totaal niet meer aan de vereiste lastendaling. “Tijdelijke stalen constructies hielden de vloeren omhoog. Maar we konden de vloeren niet zomaar vervangen omdat de plafonds eronder beschermd zijn. Dankzij een ingenieuze oplossing waardoor de nieuwe portieken in de vloer doorlopen en stijve verbindingen vormen, wordt de vloer aan de bestaande historische muren opgehangen”, legt Bart Biermans uit.

 

BREEAM Excellent

Het gerestaureerde stadhuis zal ook een duurzaam gebouw zijn. Hierin gaat het ontwerpteam heel wat verder dan energiezuinigheid alleen: er wordt gewerkt naar een BREEAM-accreditatie ‘Excellent’. Deze internationaal erkende duurzaamheidsmeter behandelt - naast energie - ook aspecten als beheer, materiaalgebruik, gezondheid, mobiliteit, water, ... en staat dus voor een doorgedreven en holistische aanpak. BREEAM ‘Excellent’ is een bijzonder sterke score voor UNESCO-erfgoed uit de 16de eeuw.

Bron: HUB
Deel dit artikel:
Onze partners