Voor veel mensen wordt ruimte een zeer dure luxe. Sinds enkele jaren ziet men dan ook heel wat creatieve oplossingen verschijnen om een perceel, een tuin of gemeenschappelijke ruimtes te delen. We kennen uiteraard de formule van de kangoeroewoning waarin verschillende generaties van dezelfde familie wonen. Anderen gaan nog een stapje verder in dit concept en creëren samen met een groep mensen een echte gemeenschap met zowel gezamenlijke als privéruimtes. Het punt van overeenkomst in die nieuwe woonvormen blijft een duidelijk, goed doordacht en door iedereen goedgekeurd concept, een identieke visie over collectief wonen.
In de relatief dichtgebouwde Bloemekenswijk in het noorden van Gent, vond een groep enthousiastelingen een bescheiden verkrotte woning op een voor de rest overmaats groen en open terrein van 21 are. Door gezamenlijk de woning te slopen, kon een nieuw samenhuizenproject tegen een voordeliger 6% btw-percentage worden gerealiseerd.
Naast de financiële voordelen, was een belangrijke insteek om het bouwen collectief aan te pakken, de logistieke efficiëntie van de werffase.
Gepersonaliseerde collectiviteit
Drie huizen, voor vijf gezinnen: dat vergt een woordje uitleg. Het eerste woonst huisvest twee gezinnen: broer en zus, elk met hun partner en zeven kinderkamers in totaal. Twee leefruimtes, waarbij één dubbelgrote, laten toe per gezin apart te leven of naar wens samen te koken, eten, … Slaapkamers en badkamers zijn netjes gescheiden op een afzonderlijke verdieping.
De tweede in de rij is een eerder conventioneel huis voor een gezin met twee kinderen. Als derde onderdak vinden we een kangoeroewoning, waarbij de gelijkvloerse verdieping is ingericht ten dienste een inwonende gepensioneerde ouder.
Door het uiteenlopend programma en daaruit voortvloeiende voorkeuren inzake planopbouw en bouwwijze, werden na een eerste onderzoeksfase een aantal spelregels vastgelegd: gevelbreedte (i.f.v. omvang programma), evenwijdige scheidingsmuren (logisch en kostenefficiënt), kroonlijst en dakvorm (projecteenheid, hernieuwbare energie). Per woning werd de bouwdiepte dan verder afgestemd op de ruimtelijke behoefte vanuit het programma.
Twee laag-energiewoningen, één passiefhuis en alle drie halen ze de BEN-norm.