Op 3 september 2020 werd de nieuwe Concertzaal van Muziekcentrum de Bijloke in Gent officieel geopend. Het project vormt het hart van het bredere masterplan voor Muziekcentrum de Bijloke, dat werd ontwikkeld door het Londense bureau DRDH Architects in samenwerking met Julian Harrap Architects, Arup Venue and Acoustics, ABT België en RCR na een wedstrijd in 2017. Gevestigd binnen de impressionante 13e-eeuwse gotische zaal, de voormalige ziekenzaal van het abdijziekenhuis, maakt het ontwerp gebruik van de specifieke kwaliteiten van de ruimte 'as found', maar versterkt het deze met karakteristieke elementen van hedendaagse concertzalen van gelijkaardige vorm en schaal. Het resultaat is een evocatieve ruimte waar 830 liefhebbers zowel klassieke als nieuwe muziek kunnen aanhoren.
Het masterplan voor Muziekcentrum De Bijloke bouwt verder op het bestaande ensemble van publieke kamers, elk met hun eigen uitgesproken karakter en sfeer. Het is een project dat stapsgewijs kan worden ontwikkeld, in de loop der tijd en met verschillende partners. Naast de concertzaal zelf, werd in deze eerste fase een nieuwe café/bar aangelegenheid voorzien binnen de voormalige noordelijke foyer. Haar interieur werd vormgegeven door een samenwerking tussen ontwerpstudio Studio Helder en het Gentse makerscollectief Ontbetaalbaar, waarbij bestaande elementen uit de oude concertzaal werden gerecycleerd tot nieuwe meubelstukken.
De vernieuwing van de concertzaal naar een akoestische ruimte van internationale kwaliteit welke in staat is om opvoeringen en artiesten van het hoogste kaliber te programmeren en een nieuwe thuis biedt aan Symfonieorkest Vlaanderen, was de focus van het ontwerpteam onder leiding van DRDH Architects.
Optimale akoestiek
Ondanks haar indrukwekkende schaal en waardevolle historische elementen, heeft de bestaande zaal niet de gebruikelijke eigenschappen van een concertzaal en werd tot op heden een elektroakoestisch systeem gebruikt om een acceptabele akoestiek te bekomen. Het nieuwe ontwerp maakt dit overbodig door de natuurlijke nagalmtijd te verhogen en de ervaring voor zowel artiesten als publiek te verbeteren met een reeks weloverwogen ingrepen.
De voornaamste structurele ingreep was het verlagen van de vloer van de zaal met 1,2 meter. Dit verhoogt niet alleen het volume van de zaal met ongeveer 13% maar maakt ook zowel het podium als het zitgedeelte volledig toegankelijk waarbij de historische toegangsdeuren in ere worden hersteld. De langwerpige proporties van de zaal worden tegengegaan door zowel het podium als de achterzijde van het zitgedeelte naar het midden van de zaal te verschuiven. Dit vergroot de intimiteit tussen publiek en artiesten en maakt het mogelijk koorbanken te voorzien achter het orkest, boven een nieuwe
backstage.
De bestaande muren van het middeleeuwse gebouw zijn in de loop der tijd licht naar buiten gekanteld onder het gewicht van de zware houten dakconstructie, waardoor het geluid naar boven weerkaatste en in het dakgebinte verdwaalde. Dit wordt gecorrigeerd door een nieuwe houten wand die zowel het zitgedeelte als het podium omhult als een doorlopende, omringende lambrisering en de directe geluidsreflectie verzorgt. De plangeometrie weerspiegelt het gewelfde dak en de gearticuleerde akoestische materialisering in gerookt eikenhout brengt de ruimte visueel in balans. Het nieuwe geheel van zittribune en podium wordt binnen de historische zaal gepositioneerd en is opgevat als een zorgvuldig vervaardigd akoestisch houten instrument dat de bestaande ruimte stemt tot een passende intieme sfeer waar het publiek als het ware omarmd door muziek binnen deze waardevolle historische context.