Deze week bereikte onze redactie het droevige nieuws dat de Limburgse architect Louis Ghysebrechts is overleden. Ghysebrechts heeft onder meer het Administratief Centrum en de Grenslandhallen in Hasselt ontworpen. Kleinzoon Jakob Ghijsebrechts en diens collega bij a2o-architecten Cente Van Hout lanceerden eerder dit jaar een oproep op architectura.be om het met sloop bedreigde Admistratief Centrum - als schaarrs voorbeeld van het Hasselts brutalisme - te bewaren. Het stadsbestuur van Hasselt besliste om de site van het Administratief Centrum een nieuwe functie te geven als cultuurhuis en kunstenwerkplaats, waarbij het gebouw van Ghysebrechts een herbestemming kan krijgen.
Het AC aan het Groenplein in Hasselt kwam twee jaar geleden leeg te staan na de verhuis van de stadsdiensten naar het nieuwe stadskantoor. Toen al riep de architectuurwereld het Hasseltse stadsbestuur op om het modernistische gebouw niet te slopen. Aanleiding voor de hernieuwde oproep van Ghijsebrechts en Van Hout was een artikel in Het Belang van Limburg dat meldde dat de Stad Hasselt een subsidieaanvraag had ingediend bij het Fonds voor Culturele Infrastructuur van de Vlaamse Gemeenschap voor de bouw van een nieuw cultuurhuis en kunstenwerkplaats op de site. De keuze om het gebouw al dan niet te slopen of te herbestemmen, wordt daarbij bij het uiteindelijke bouwteam gelegd.
Het Administratief Centrum van Ghysebrechts behoort tot het belangrijkste Brutalistische erfgoed in Vlaanderen, een culturele stroming die floreerde in de jaren 60. Het AC werd opgenomen in de Atlas of Brutalist Architecture van de prestigieuze uitgeverij Phaidon, als één van negen vermeldenswaardige brutalistische gebouwen in België. Ook de Belgische afdeling van DOCOMOMO (DOcumentation and COnservation of buildings, sites and neighbourhoods of the MOdern MOvement), voorgezeten door Marc Dubois, heeft het AC opgenomen in een lijst met bedreigde modernistische gebouwen, maar beschouwt het nu als gered.
"Het waarderen van dit stukje architectuurgeschiedenis is een vorm van ‘respect’ voor jong erfgoed. Het is een vorm van culturele duurzaamheid. Voor al wie graag het label van duurzaamheid uitdraagt moet dit een evidentie zijn", klonk het bij de jonge architecten. Het integrale opiniestuk van Jakob Ghijsebrechts en Cente Van Hout kan je hier lezen.