Sinds haar publicatie in 2007 wordt de norm NBN EN 13971 vaak gebruikt wanneer er twijfel bestaat over de mechanische sterkte van beton. Wanneer men immers vroegtijdige scheuren of beschadigingen vaststelt in het beton, kan men aan de hand van deze norm de conformiteit van de sterkteklasse van het geleverde en gestorte beton controleren en vergelijken met die van het bestelde beton. Door de vele kritiek op deze norm drong de herziening ervan zich echter op. Het WTCB publiceerde een artikel hieromtrent in zijn magazine WTCB-Contact.
De Europese norm NBN EN 13791 bespreekt enkele meetprocedures en criteria voor de in-situbeoordeling van de druksterkte van beton. In deze norm komen twee toepassingen aan bod, namelijk:
Tot op heden bestond de beoordelingsmethode bij geschillen erin om rechtstreekse druksterktemetingen uit te voeren op boorkernen. In de herziene versie van de norm wordt deze methode echter niet langer als enige referentie beschouwd. Zo laat deze voortaan toe om deze metingen te combineren met onrechtstreekse metingen, zoals de nietdestructieve bepaling van de terugslagwaarde met behulp van een sclerometer.
Hoewel de norm een lengte-diameterverhouding van 2:1 of 1:1 oplegt (zie afbeelding 1), houdt ze geen rekening met de invloed van de diameter van de betonnen boorkernen op de mechanische sterkte. Ze voorziet echter wel in het gebruik van een correctiefactor. De in ontwikkeling zijnde technische aanbeveling FprCEN/TR 17086 – die de basis zal vormen van de norm – stelt dat de druksterkte van een boorkern met een diameter en een hoogte van 100 mm overeenstemt met die van een kubus met een zijde van 150 mm. Het WTCB raadt dan ook aan om met deze afmetingen te werken.
Lees het volledige artikel op pagina's 4-5 in WTCB-Contact.