Dominique Goven en z'n werkgever
Rockfon hebben veel ervaring met akoestiek en de technieken en methodes om deze voldoende te waarborgen. Jammer genoeg laat die akoestiek in schoolgebouwen vaak nog heel wat te wensen over. Goven lichtte in
iSCHOOL toe wat de gevolgen hiervan kunnen zijn en waar het precies beter kan.
Akoestiek is een hot item in scholen, maar wat wilt deze term eigenlijk zeggen? Akoestiek staat voor de leer van het geluid. Dit geluid draagt enorm bij aan de beleving van een ruimte, klaslokaal, refter, inkomhal, … maar is vaak ook een bron van ergernis. De lijn tussen geluid en lawaai is erg dun en de schadelijke gevolgen zijn vaak niet veraf. Om de kennisoverdracht tussen leerkrachten en leerlingen vlot te laten verlopen, is een aangename geluidsomgeving enorm belangrijk. Dominique Goven van Rockfon licht het probleem, de gevolgen en de oplossingen rond dit gegeven even toe.
Welke parameters bepalen de schadelijke gevolgen van lawaaiblootstelling?
Vooreerst heb je het aanwezige geluid, uitgedrukt in decibel. Het aantal decibels geeft weer hoe luid iets klinkt in een ruimte. In sportzalen en refters ligt het geluidsniveau vaak onaangenaam hoog. Een slechte akoestiek is hier de oorzaak van. Naast het aantal decibels is de duur van de blootstelling ook van belang. Zo zal een korte blootstelling aan lawaai niet meteen nefast zijn. Wanneer je gedurende langere periodes blootgesteld wordt aan lawaai, heeft dat wel negatieve gevolgen. Daarnaast speelt ook de individuele gevoeligheid een grote rol. De ene persoon is namelijk gevoeliger voor lawaai dan de andere. Vanaf 40 jaar begint ons gehoor af te nemen, maar de iPod, de discotheken en concerten doen deze leeftijd alsmaar afnemen. Tot slot is het ook bepalend of de blootstelling dagelijks, wekelijks of misschien maar maandelijks is. Elke dag weer in een lawaaierige sporthal, refter of klaslokaal werken zal op termijn zijn uitwerking
hebben.
Dominique GovenSchaadt de blootstelling meer dan alleen ons gehoor?Lawaaiblootstelling slaat niet enkel terug op het gehoor, maar ook op de stem. Dit is een probleem waar veel sportleerkrachten mee kampen. Lawaai is dan ook een van de grootste en misschien ook wel een van de meest onderbelichte knelpunten in de scholenbouw.
Hoe ontstaat de vicieuze cirkel van lawaai in klaslokalen?
Door het gebruik van veel harde materialen als glas, harde vloeren en harde wanden – vooral omwille van het reinigingsgemak-
ontstaat echovorming. Het verschuiven van stoelen en het lawaai van de kinderen in de klas maken dat de leraar zich moeilijk verstaanbaar kan maken. Daardoor moet de leerkracht steeds luider gaan spreken wat voor nog meer lawaai zorgt. Geluid voedt geluid en de gevolgen blijven dan ook niet uit. Vermoeide leerkrachten met hoofdpijn en stemklachten en leerlingen met vermoeidheid en concentratieverlies zijn enkele van de negatieve gevolgen die op hun beurt ook de cijfers van de leerlingen zullen beïnvloeden.”
Hoe pak je dit probleem bouwkundig aan?Er bestaan tientallen theoretische modellen om akoestiek in een klaslokaal te bepalen, de twee belangrijkste zijn de nagalmtijd en de spraak- en ruisverhouding. Door een wiskundige formule, de formule van Sabine, kan de nagalmtijd theoretisch berekend worden. Praktisch gezien zou dit opgelost kunnen worden door meer geluidsabsorberende materialen aan te brengen, zoals bijvoorbeeld een akoestisch plafond dat het equivalent van het vloeroppervlak bestrijkt. Ook de verbetering van de spraak en ruisverhouding kan door middel van een formule uit de doeken gedaan worden. Dankzij ramen, deuraansluitingen, tapijt in plaats van harde vloeren en een geluidsabsorberend plafond kan het achtergrondlawaai ook in de praktijk voor een groot stuk gereduceerd worden.
Wat allemaal resulteert in een aangenamer schoolleven.Inderdaad. Laat dit een boodschap zijn naar schooldirecties: neem akoestiek in een vroeg stadium mee in het ontwerp want oplossingen zijn dan maar een fractie van de bouwkosten. Akoestische correcties die achteraf pas worden toegepast, kunnen erg duur zijn.
Bron:
iSCHOOL