Om het tekort aan schoolinfrastructuur op te vangen, startte de Vlaamse overheid enkele jaren geleden met het Scholen van Morgen-programma, een publiek-private samenwerking die 200 nieuwe schoolgebouwen moet opleveren. Met al 53 gebouwen in gebruik en meer dan 100 in bouw, draait het programma momenteel op volle toeren. Hoe zit het ondertussen met de brandveiligheid? Fireforum sprak met enkele experts van Scholen van Morgen over de manier waarop ze daar bij nieuwe scholen mee omgaan.
Onder de vlag van Scholen van Morgen werken AG Real Estate, BNP Paribas Fortis en de Vlaamse overheid al enkele jaren aan de uitbouw van het Vlaamse scholenbestand. Scholen van Morgen heeft een eigen Competence Center, met een aantal technische adviseurs die de dossiers zowel tijdens de design- als de buildfase opvolgen, onder andere op vlak van brandveiligheid. Bart Van der Wee is daar de manager van.
Bart Van der Wee: “Een bouwheer heeft meestal geen technische competenties. Daar hebben we bij Scholen van Morgen expliciet wel voor gekozen. We behandelen 165 scholen die verdeeld zijn over 60 architectenteams, een veertigtal studiebureaus en een tiental aannemersconsortia. Daarom vonden we het belangrijk om ook over de nodige technische knowhow te beschikken. Dat gebeurt in het competence center. Wij overzien als bouwheer het totale plaatje en signaleren aandachtspunten voor de andere projecten. ”
Grijpen jullie veel in bij concrete ontwerpen?
Bart: “Wij voeren geen exhaustieve screenings uit. Daar hebben we de tijd niet voor en dat is ook onze taak niet. De verantwoordelijkheid blijft bij het bouwteam – de architect en de aannemer – liggen. We kijken de plannen wel ettelijke keren na tijdens gerichte controles – bij het voorontwerp, uitvoerings- en aanbestedingsdossier – waarbij de architect ook een echt dossier moet aanleveren op het vlak van brandveiligheid. Op die momenten proberen we enkele veel voorkomende fouten uit de plannen te halen."
Pragmatische oplossingen
Brandveiligheid is een belangrijk thema voor Scholen van Morgen. Het is zelfs een aandachtspunt vanaf de wedstrijdvraag en de opmaak van de projectdefinitie. Yen Mertens is het diensthoofd van de Design-afdeling, die projecten begeleidt vanaf de opstart van een nieuw dossier tot bij de gunning aan een aannemer.
Yen Mertens: “Op vlak van brandveiligheid staat of valt het project meestal in de designfase. Daarom vestigen we er zo vroeg mogelijk de aandacht op. Zeker naar buitenlandse architecten is dat belangrijk, omdat ze zich vertrouwd moeten maken met de Belgische normen en regels.”
Hoe vertalen jullie die normatieve eisen in jullie bestek?
Yen: “We verplichten alle architecten om een dossier brandveiligheid op te maken, en dat op twee niveaus: high-level en in detail. Eerst met het gebouw als geheel, waar we naast brandveiligheid ook een aantal aspecten van het gebouw samenvatten op een visuele manier. Hoe gaan die gebouwen bereikt worden? Hoe zijn de compartimenten opgebouwd? Waar zijn de uitgangen? Op zo’n plan zie je in één oogopslag hoe het gebouw is opgevat op vlak van evacuatie en compartimentering. Het tweede deel van het bestek gaat meer in detail: specifieke onderdelen en materialen worden heel gedetailleerd beschreven. Welke brandweerstand of brandklassereactie moet die wand of dat afwerkingsmateriaal hebben?”
“Uiteraard staat er bovenaan het bestek ook dat inschrijvers aan alle geldende regelgeving moeten voldoen, met specifieke verwijzingen naar wetgeving. Dat is juridisch belangrijk, maar niet erg leesbaar voor de gebruikers van het document.”
Wat houdt die geldende regelgeving juist in?
Yen: “Enerzijds is de Belgische wetgeving van toepassing, of dat nu in het contract staat of niet. Dit is het KB-brand. Daarnaast is er ook een scholennorm (NBN_S21 204, red.). Die dateert uit 1982, en is wel wat achterhaald. Er zijn immers al nieuwe inzichten op het vlak van brandbeveiliging. Ondertussen is er wel een werkgroep gestart, waarbij Scholen van Morgen van bij het begin betrokken is, om die oude schoolnorm te actualiseren.”
“AGION (Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs, de subsidiërende overheid red.) heeft die scholennorm opgelegd. Dat is een contractueel onderdeel van de kaderovereenkomst tussen Scholen van Morgen en de Vlaamse overheid. Daar botsen we toch op wat drempels die het proces soms nodeloos complex maken. Maar AGION heeft zelf ook een aantal technische experts in dienst waarmee we samen naar pragmatische oplossingen kunnen zoeken en die zelf ook afwijkingen op de norm kunnen toestaan. Natuurlijk moet wel steeds het KB-brand gerespecteerd worden.