In België wordt er jaarlijks meer dan 80.000 ton staal verwerkt in diverse ondergrondse constructies. Dankzij een intelligent ontwerp en een grondige corrosiemonitoring zou dit staal echter efficiënter ingezet kunnen worden, klinkt het bij het WTCB.
De ontwerpers en uitvoerders van geotechnische constructies hebben nood aan meer kennis omtrent de corrosiemechanismen, de corrosiebeschermende maatregelen en de mogelijkheden van de monitoringtechnieken.
De metallurgie innoveert voortdurend in nieuwe legeringen, coatings en corrosiemonitoringtechnieken. Om deze kennis ook te kunnen toepassen in ondergrondse constructies, hebben Clusta, het WTCB en de ABEF (Belgische Vereniging Aannemers Funderingswerken) in het kader van het VIS-traject voor innovatievolgers INCOR (‘Innovatieve corrosiebescherming bij ondergronds bouwen’) de handen in elkaar geslagen.
Geotechnische constructies
Funderingen, grond- en/of waterkerende constructies, kelders, gestabiliseerde of vernagelde taluds: het zijn allemaal constructies die zich geheel of gedeeltelijk in de grond bevinden. Hoewel er verschillende technieken bestaan om dergelijke constructies uit te voeren, maakt staal er steeds een wezenlijk onderdeel van uit. Zo worden de meeste geprefabriceerde en ter plaatse gestorte betonnen geotechnische constructies gewapend of voorgespannen.
Staal heeft echter de vervelende eigenschap om te corroderen. Bijgevolg worden de levensduur en het gedrag van de ondergrondse constructies waarin staal verwerkt is voor een groot deel bepaald door de wijze waarop dit staal tegen corrosie beschermd wordt.
Corrosiemonitoring
Ondanks het feit dat corrosiemonitoringtechnieken een beter inzicht verschaffen in de efficiëntie van bepaalde beschermingsmaatregelen en leiden tot betere technieken dan bijvoorbeeld de toepassing van een overdikte aan staal, zijn ze vooralsnog weinig gekend in geotechnische toepassingen.
Door de toepassing van monitoringtechnieken is het veelal mogelijk om minder strenge ontwerprichtlijnen toe te passen. Een voorbeeld hiervan zijn de zogenaamde smart structures waarvan het ontwerp met monitoringinstrumenten geoptimaliseerd werd. Hierdoor geniet de investeerder van een lagere kostprijs en de aannemer van een competitief voordeel.
De implementatie van monitoringsystemen dient echter gepaard te gaan met een doordachte onderhoudsstrategie. Hierbij moet men reeds in de ontwerpfase de maatregelen vastleggen die getroffen moeten worden wanneer bepaalde grenswaarden overschreden worden.