Nog tot 28 mei loopt in C-Mine Genk een tentoonstelling gewijd aan het werk en de ideeën van de beroemde Italiaanse ontwerper, kunstenaar en theoreticus Enzo Mari (1932-2020). Enzo Mari stond bekend voor duurzame en betaalbare ontwerpen voor de gewone mens. Zo bracht hij in 1974 met ‘Proposta per un'Autoprogettazione’ (Voorstel voor een Zelfontwerp) een gratis gebruikshandleiding uit om zelf meubels in elkaar te timmeren. Even iconisch zijn Mari’s ‘16 Animali’, 16 dieren die uit één stuk hout zijn gesneden en als een puzzel in elkaar passen. Het zijn ontwerpen en objecten die tot op vandaag bewondering opwekken bij tal van hedendaagse vormgevers en architecten. Zo ook bij Sven Grooten, mede-oprichter van B-architecten.
Sven Grooten: Ik heb Enzo Mari leren kennen via Wim de Vos, een Belgische interieurarchitect die al lang in Amsterdam woont. Toen ik op het Berlage-instituut zat, hebben we verschillende keren afgesproken. En op een dag vertelde hij mij over zijn “droomtafel”: een tafel van Enzo Mari uit zijn reeks “Autoprogettazione”. Ondertussen, zoveel jaren later, staat die tafel ook bij ons thuis in Oostende, net als een aantal andere door Mari ontwerpen meubels.
Wat vind je zo bijzonder aan die meubels van Enzo Mari?
Grooten: Ik vond vooral het idee erachter, de context waarin Enzo Mari die hele meubellijn heeft bedacht, zeer inspirerend en vernieuwend. Hij heeft die meubels ontworpen in de jaren zeventig, tijdens het absolute dieptepunt van de oliecrisis. Zowat de hele designwereld lag op zijn gat. Door die crisis was er geen werk en waren er ook geen middelen. En toen heeft Enzo Mari als ontwerper een systeem bedacht opdat mensen zelf hun meubels in elkaar konden zetten, als een soort IKEA avant-la-lettre. Hij maakte een inspiratieboek met een hele reeks ontwerpen voor allerlei soorten meubels: tafels, stoelen, kasten, bedden... Vaak heel erg low tech: meubels met een soort tijdloze ruwheid of brutaliteit, die vandaag de dag blijkbaar heel veel mensen aanspreekt.
In zijn boek stonden zaagplannen en voorbeelden. Maar heel belangrijk, vind ik zelf, is dat mensen die zijn meubels wilden maken, de ontwerpen niet één op één moesten uitvoeren. Ze kregen de absolute vrijheid om er hun eigen draai aan te geven en Mari’s ontwerpen te veranderen of te verbeteren. Ze mochten ook kiezen uit welk materiaal ze de meubels maakten. Het was dus veeleer een soort inspiratieboek.
Wat mij nog meer fascineerde, was dat er bij de oorspronkelijke uitgave van zijn handleiding ook postkaartjes zaten. Als je zelf een meubel van Mari had gemaakt, kon je zo een kaartje met die tekening naar hem opsturen, en dan kreeg je het door hem persoonlijk ondertekend terug, als een soort echtheidscertificaat. Dat vond ik wel een humoristische, of toch in elk geval zeer bijzondere manier om als ontwerper om te gaan met die oliecrisis.
Maar op die manier schoot Enzo Mari als ontwerper of auteur toch ook in zijn eigen voet? Want hoeveel meubels er naar zijn ontwerpen ook werden gemaakt, hij werd er niet voor betaald.
Grooten: Dat is waar. Maar misschien speelden zijn politieke denkbeelden hier ook een rol in. Hij was een nogal overtuigd communist, dus dat kan er zeker mee te maken hebben. In elk geval vormen zijn overtuiging en methodes een zeer coherent geheel.
Inspireert die overtuiging, die achterliggende filosofie jou ook als architect?
Grooten: Absoluut. Je zou kunnen zeggen hij in plaats van designobjecten een ‘masterplan’ voor meubels heeft ontworpen, omdat je als eigenaar of gebruiker zijn ontwerpen naar eigen wens kunt aanpassen. Hij reikt een soort framework aan, een infrastructuur bijna, waarbinnen je als uitvoerder eigen accenten kunt leggen naargelang je persoonlijke behoeftes. En dat vind ik als architect heel interessant en inspirerend. Je mag zijn meubels ook met heel dure materialen afwerken of net met hele goedkope of zelfs recuperatiemateriaal. Dat Enzo Mari als ontwerper op die manier een deel van zijn autonomie durft afgeven, vind ik heel erg sterk.
Je hebt heel wat van zijn meubels staan thuis. Hebben jullie er zelf een ‘eigen draai’ aan gegeven?
Grooten: Zelf hebben we de plannen van Enzo Mari, als een soort eerbetoon, heel trouw gevolgd. Wat nog eens, voor de duidelijkheid, zeker niet de intentie was van Mari zelf. De enige twist die we aan zijn ontwerpen hebben gegeven, is het maken van een stapelbed. Omdat zo een bed niet in zijn collectie met ontwerpen was opgenomen, hebben we zelf een combinatie gemaakt van twee door hem ontworpen eenpersoonsbedden. Of beter: laten maken. Want eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik onze Enzo Mari-meubels niet zelf heb gefabriceerd. Daarvoor ben ik helaas niet handig genoeg (lacht).
We vertellen het aan niemand door. Zijn er nog ontwerpen van Enzo Mari die je na aan het hart liggen?
Grooten: Ja, zijn fantastische puzzel met houten dieren. Een prachtig object qua spelelement en esthetiek. Ik heb het ooit cadeau gegeven aan mijn petekind en ze was er ontzettend blij mee. Het zijn niet zomaar diertjes zoals ander speeldgoed. Het is echt een soort wereld op zich. Een wereld waar alle dieren in elkaar passen. Ook symbolisch is dat heel erg mooi.