Jacques Timmerman (voorzitter architectenvereniging G30) juicht wet-Laruelle en oprichting architectenvennootschappen toe

De G30 is een vereniging die, naar analogie met de welbekende industrieel-economische G8 en G20, inmiddels vijfendertig grote Belgische architectenvennootschappen vertegenwoordigt en strijdt voor hun beroepsbelangen. Ze kon dan ook niet ontbreken op het eerste architectencongres van NAV, waar het in de gedaante van voorzitter Jacques Timmerman deelnam aan het debat rond de aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid van de architect. Timmerman had lof voor de wet-Laruelle, die de oprichting van architectenvennootschappen mogelijk maakte en de architect op die manier zowel beter beschermt als meer inhoudelijke mogelijkheden geeft.

De G30 is een vereniging die, naar analogie met de welbekende industrieel-economische G8 en G20, inmiddels vijfendertig grote Belgische architectenvennootschappen vertegenwoordigt en strijdt voor hun beroepsbelangen. Ze kon dan ook niet ontbreken op het eerste architectencongres van NAV, waar het in de gedaante van voorzitter Jacques Timmerman deelnam aan het debat rond de aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid van de architect. Timmerman had lof voor de wet-Laruelle, die de oprichting van architectenvennootschappen mogelijk maakte en de architect op die manier zowel beter beschermt als meer inhoudelijke mogelijkheden geeft.


De wet-Laruelle is sinds 2006 van kracht. Hij bepaalt dat architecten zich net als andere ondernemers mogen verenigen in vennootschappen, zodat ze bij eventuele financiële moeilijkheden als privépersoon buiten schot blijven. Het is met andere woorden de vennootschap die de gevolgen draagt van de aansprakelijkheid van de architect-vennoten. Aan het privévermogen kan men bij eventuele schulden dus niet raken. Aangezien de vennootschappen nu alle verantwoordelijkheid dragen, moeten ze wel verplicht verzekerd zijn.



Jacques Timmerman is de man rechts op de foto.



Goed nieuws voor onze architecten dus, die zo toch beter beschermd worden tegen hun grote aansprakelijkheid. Deze is immers nog steeds vastgelegd door de 'wet van 1939', die hen in feite de enige eindverantwoordelijke voor een bouwproject maakt. Timmerman vindt dat deze verouderde wet zou moeten worden geactualiseerd: “Het monopolie van de architect is ons nog al te vaak een blok aan het been, zeker wat de samenwerking met de andere bouwpartners betreft. Deze zou heel wat vlotter gaan als de verantwoordelijkheid meer gespreid wordt. We moeten durven nadenken over een aanpassing van de wet van 1939.”

Voorts benadrukt Timmerman dat de wet-Laruelle architecten niet alleen beter beschermt, maar dat hij ook een impuls geeft op inhoudelijk vlak: “Ik kan met mijn vijfentwintig jaar ervaring zeggen dat 1+1 meer dan ooit 3 is in een architectenbureau. Het collectief is mijns inziens nog altijd veel belangrijker dan het individu. Architectenvennootschappen zijn dus een zegen: je kan elkaar op inhoudelijk vlak versterken door te acteren als een professioneel, complementair team. Interne en externe bonussen zijn een goed middel om die goede dynamiek te bestendigen en continuïteit te bieden aan medewerkers en opdrachtgevers.” 



Jacques Timmerman juicht de wet-Laruelle en de oprichting van architectenvennootschappen toe.



Hoe dan ook geeft het functioneren als vennootschap een bureau volgens Timmerman meer kracht, ook wanneer er samenwerkingsverbanden met andere bouwpartners moeten worden aangegaan. Hij maakte hierbij ook wel de kanttekening dat een architectenvennootschap pas echt interessant wordt vanaf 5 à 10 medewerkers. De belangrijkste uitdaging voor een architectenvennootschap bestaat er immers in om voldoende opdrachten binnen te halen en je medewerkers voldoende carrièremogelijkheden te bieden. “Een verdere uitbouw en invulling van de wet-Laruelle zou dus wenselijk zijn,” besluit Timmerman.


Foto: NAV

Deel dit artikel:
Onze partners