Juridische aspecten van BIM

Het BIM-referentieprotocol is volgens Anneleen Quirynen, advocaat bij Stibbe, de eerst stap in de (onder meer juridische) omkadering van BIM in België. In dit BIMtonic-artikel gaat ze dieper in op de meerwaarde en het wettelijk kader van BIM en enkele juridische aandachtspunten. Dit artikel en andere interessante topics zijn binnenkort terug te vinden in het BIMtonic-magazine dat uitgedeeld zal worden op de drie BIMtonic-events die plaatsvinden op 15, 22 en 29 november bij Jaga (Diepenbeek), Reynaers Aluminium (Duffel) en Renson (Waregem).

1. Wat is BIM?

‘BIM’ is niet louter het werken in 3D. BIM is een manier van samenwerken in de bouwsector. Met behulp van digitale technologie (onder meer bouwinformatiemodellen) wordt informatie gestructureerd beschreven, beheerd en uitgewisseld tijdens de volledige levenscyclus van een project (van programmafase tot exploitatiefase). Het letterwoord heeft dus meer dan één betekenis: BIM staat voor zowel Building Information Model als voor Building Information Modelling en Building Information Management.

In de praktijk komt het erop neer dat een bouwwerk eerst virtueel wordt gebouwd (‘digitale maquette’ / ‘digitaal prototype’) in samenspraak met alle projectpartners, waarna deze virtuele versie gebruikt zal worden als dataset bij de effectieve bouw van het project.
 

2. De meerwaarde van BIM

Tijdens de ontwerp-, vergunnings- en uitvoeringsfase impliceert BIM een proces- en kwaliteitscontrole die onder meer leidt tot tijdswinst (efficiëntie dankzij een gecoördineerde samenwerking, uniforme en real time beschikbare informatie) en kostenbeheersing (inperking faalkosten dankzij autocorrectie / clashdetectie). Via gerenderde beelden wordt het mogelijk om een waarheidsgetrouwe weergave te maken van de esthetiek van de constructie. Het as-builtmodel is ideaal om het latere onderhoud en het gebouwbeheer te ondersteunen. Dit geldt zowel voor projecten in de private als in de publieke bouwsector.

Bovendien zal BIM – mits een kwalitatieve opbouw van het BIM-model met een toereikende graad van detail – idealiter een belangrijke meerwaarde bieden bij de gunning van overheidsopdrachten voor werken. Vergissingen en leemten in de meetstaten worden immers grotendeels vermeden. Voorts kan het nazicht van de offertes (conformiteit met technische specificaties van het bestek, nazicht van abnormaal lage prijzen, impact van materiaalgebruik van een inschrijver op het ontwerp …) geautomatiseerd worden door de aanbesteder, met gegarandeerde onafhankelijkheid en onpartijdigheid. Het is echter wel aangewezen dat er vergoedingen worden toegekend aan de inschrijvers als er in de gunningsfase een dergelijk BIM-model gevraagd wordt. Een BIM-model opmaken kost immers tijd en is – meer dan een gewone offerte – een echte ‘investering’.

Er bestaat overigens ook zoiets als ‘4D-BIM’, waarbij planningsinformatie gekoppeld wordt aan elementen uit het bouwinformatiemodel, en ‘5D-BIM’, waarbij elementen, types of materialen uit het bouwinformatiemodel gekoppeld worden aan een kostendatabank door het toewijzen van kostcodes, wat een geïntegreerde kostenraming mogelijk maakt. Op die manier kunnen alle betrokken bouwactoren een totaaloverzicht van de constructie analyseren.
 

3. Het wettelijk kader van BIM

Er bestaat in België geen specifieke BIM-wetgeving. De onderlinge relaties tussen de bouwheer en andere bouwactoren die met BIM werken, worden beheerst door het gemeen recht, waarbij partijen in het kader van hun contractvrijheid zelf de spelregels kunnen bepalen (uiteraard mits eerbiediging van de wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de titel en het beroep van architect).

Deze spelregels worden vastgelegd in enkele projectspecifieke contractuele documenten: de BIM-clausule in het bestek of de algemene aannemingsvoorwaarden, de BIM-visienota, het BIM-protocol en het BIM-uitvoeringsplan.

Vooreerst dient de opdrachtgever een BIM-visienota op te maken. Dit is een projectspecifiek document waarin de verwachtingen en de vereisten van de opdrachtgever omtrent BIM worden neergeschreven. Vervolgens zullen de opdrachtgever, het ontwerpteam en de BIM-procesmanager gezamenlijk het BIM-protocol opstellen, dat vervolgens wordt opgelegd aan het uitvoeringsteam en eventueel ook aan het beheers- en onderhoudsteam (bij een geïntegreerde contractvorm zal het BIM-protocol gezamenlijk worden opgesteld door alle voornoemde bouwactoren). Het BIM-protocol is een contractueel document dat de afspraken en verwachtingen rond BIM bevat. Binnen een bepaald project legt dit document onder meer vast wie verantwoordelijk is voor welke informatie en wanneer deze dient te worden aangeleverd. Tot slot stellen alle bouwactoren samen een contractueel document op ter aanvulling van het BIM-protocol, het zogenaamde BIM-uitvoeringsplan. Dat BIM-uitvoeringsplan omschrijft hoe de afspraken van het BIM-protocol in de praktijk worden gebracht en is evolutief.

Daarnaast is het zaak van een duidelijk referentiekader te kiezen, enerzijds bestaande uit LOD-tabellen (Level of Development) en anderzijds uit BIM-modelleerrichtlijnen. Er bestaan nationale richtlijnen (bijvoorbeeld in het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk), maar ook richtlijnen per softwareproducent (bijvoorbeeld Revit).

Om bouwprofessionals te ondersteunen bij – in eerste instantie – het opstellen van het BIM-protocol, heeft het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf (WTCB) het Belgische BIM-referentieprocotol uitgewerkt, toegespitst op gebouwen.[1] Het is de bedoeling om bij het opstellen van een projectspecifiek BIM-protocol gebruik te maken van deze algemene template met bijhorende handleiding, opdat elk project vanaf dezelfde basis zou kunnen starten en opdat er – ondanks de vereiste projectspecifieke aanpassingen – uniformiteit in het verloop van het BIM-proces kan worden gebracht.


Lees dit artikel verder op BIMtonic.be

 

Bron: Anneleen Quirynen, Stibbe
Deel dit artikel:
Onze partners