Kubus met karakter: woning in glad industrieel beton

Beton heeft altijd wel een constructieve rol in een bouwproject. Maar het materiaal wordt vaak weggestopt. Nochtans kan het industriële aspect ook een esthetische meerwaarde bieden. Dat bewijst architect Davy Nekkebroek met een sober, maar toch opvallend concept voor een woning in Arendonk. Het gebouw is volledig in glad industrieel beton opgetrokken. De wisselwerking van gesloten betonpanelen en glaspartijen en een toets van hout in de achtergevel creëren een boeiende architectuur.

De woning is een rechthoekig volume waarin betonnen geveldelen afwisselen met grote raampartijen. In de voorgevel overheerst een strakke, koele betonlook. Die maakt in de zijgevels geleidelijk de overgang naar de open, warme achtergevel. De achterwand is afgewerkt in verduurzaamd hout en kreeg uitkragende terrassen die als zonwering fungeren. Die wisselwerking in de gevels brengt het totaalconcept in balans en geeft de woning als het ware twee gezichten.

Ook in het interieur is beton alom aanwezig. Architect Davy Nekkebroek koos voor beton omdat het hier perfect beantwoordt aan de noden die hij diende in te vullen. De opdrachtgever zocht naar een open, onderhoudsvriendelijke en energiezuinige woning waarin het aangenaam verblijven is. Met betonwanden was het mogelijk snel een open structuur te creëren. De opdrachtgever viel ook wel voor de industriële look van het materiaal.

 

Flexibele lay-out

De woning telt drie niveaus. De kelderverdieping is mee in het beschermd volume geïntegreerd omdat de opdrachtgever deze ook als leefruimte wil benutten. De ondergrondse verdieping is veelzijdig ingevuld en omvat bergruimte, een technische ruimte voor onder meer de warmtepomp, en tot slot een multifunctionele ruimte die ook als logeerkamer kan dienen.

Deze laatste ruimte bevindt zich achteraan de woning. Dankzij die ligging kan ze via een glazen plafond genieten van daglicht. Aanvankelijk waren ook andere mogelijkheden – zoals een talud met buitenraam – onderzocht om daglicht binnen te halen, maar de huidige oplossing houdt geen risico op lekken in en is bovendien onderhoudsvriendelijk. Bovendien geeft deze aanpak een mooi spel van scheerlicht langs de betonnen wanden. Het buitenschrijnwerk in de achtergevel loopt om de hoek over de breedte van het glazen plafond om de lichtinval te optimaliseren.

Het gelijkvloerse niveau is opgevat als één grote ruimte. Alleen ter hoogte van de inkom zijn twee kleine betonnen wanden voorzien. De vloerplaten van de woning bestaan uit breedplaatvloeren. Achteraan de woning lopen die van zijgevel tot zijgevel. Vooraan liggen ze in de langsrichting.

Tussen beide zones bevindt zich over de volledige breedte een stalen ligger. De hoogte van deze ligger is beperkt tot de dikte van het vloerpakket, maar dit kon niet zonder een extra ondersteuning. Vandaar het betonnen wandje op de scheiding tussen zitruimte en keuken.

Omwille van symmetrie is aan de andere zijde van de keuken ook een betonwandje voorzien. Zo heeft het keuken aanrecht links en rechts een betonnen afscherming. Deze twee betonwandjes zijn ook in de kelder doorgetrokken.

De zithoek en eethoek liggen aan de verdiepingshoge beglaasde achterwand. Genieten van het tuinzicht en privacy ten opzichte van de straat waren leidend voor deze keuze. De centraal gelegen keuken fungeert als buffer om inkijk via de zijgevel vanaf de straat te blokkeren. De lange kastenwand van de keuken is tussen de twee betonwanden geschoven. Aan de rugzijde werd een vestiaire ingericht. Aan de straatzijde tot slot is een open thuiskantoor voorzien. Het grenst aan de enige gesloten ruimtes op deze verdieping: een wasruimte en het toilet. Deze functies zijn bewust beneden georganiseerd met het oog op de flexibiliteit en aanpasbaarheid.

De technieken die nu hier aanwezig zijn, bieden de mogelijkheid in de toekomst heel eenvoudig een slaapkamer en badkamer in te richten. Zo kunnen de bewoners hun leven volledig op de benedenverdieping organiseren. Vanuit die optiek zijn de huidige ruimtes ook in lichte wanden opgetrokken.

De verdieping is in de diepte opgedeeld in een semi-daggedeelte en een nachtzone. De langgerekte dagzone is één open ruimte met daarin aan de achtergevel een zithoek annex bibliotheek. Hier vertoeven de bewoners om te lezen of muziek te luisteren.

De zone aan de straatzijde is ingericht als wasberging. Een werktafel laat hier toe om kleding te sorteren of op te plooien vooraleer ze in de dressing op te bergen. Deze langgerekte kastenwand vormt de grens tussen dag- en nachtgedeelte. Die laatste zone bestaat uit de ouderlijke slaapkamer, de badkamer en een kinderkamer.

De badkamer – met een inloopdouche, toilet, dubbele lavabo en ligbad – ligt tussen de twee slaapkamers om minimaal warmteverlies te hebben. Om de zijgevel sober te houden, werd er geen raam voorzien in de badkamer. Twee grote koepels – één boven de lavabo en één boven het bad – brengen toch een zee aan daglicht binnen. In de slaapkamer zijn bewust geen kasten of andere elementen geplaatst. Zo blijven ze maximaal stofvrij. Alles wat stof kan vasthouden, kreeg een plaats in de dressing.

Het terras op de verdieping is toegankelijk via de slaapkamer en blijft het hele jaar bruikbaar dankzij de ruime dakuitkraging. De vloer is afgewerkt met Ipé. Deze houtsoort komt wat betreft uitzicht heel dicht in de buurt van de houten gevelbekleding, maar kan wel dienen als terrasbeplanking.

 

Beton als decor

De industriële look van het beton in het interieur was een bewuste keuze. Het materiaal vormt zo een canvas, een neutrale achtergrond waaraan de bewoners hun ziel kunnen geven door er elementen aan toe te voegen. De losse invulling maakt de woning tot wat ze is.

De opdrachtgevers schuimden twee jaar lang rommelmarkten, faillissementen en  tweedehandswinkels af op zoek naar vintage-elementen uit de jaren ’50 en ’60. Die aanvullingen zorgen voor een mooi contrast met het beton en brengen zo het interieur in evenwicht.

Los van de huisraad zijn de parketvloer en de kastenwand op de verdieping en de tegelvloer op de benedenverdieping en in de badkamer de enige toevoegingen in het betonnen kader. Daarnaast zijn er nog de plinten in eik en de houten afkleding van de dagkanten aan de ramen, die zorgen voor een warm contrast met het beton.

De afscheiding tussen trap en keuken was aanvankelijk ook in houten vinnen voorzien. Maar de trap bevindt zich naast een grote raampartij in de zijgevel. Om de openheid en lichtinval nog te vergroten, is uiteindelijk geopteerd voor een metalen balustrade op de trap en een glazen balustrade als valbeveiliging aan de keldertrap.

Niet alleen natuurlijke lichtinval kreeg veel aandacht in het ontwerp. Bij de detaillering van de plannen werd her en der indirecte verlichting ingewerkt. Zo is er een LED strip in de semi-dagzone op de verdieping en in de achterwand van het toilet. De indirecte verlichting is afgewisseld met ingebouwde spots.

Meer weten over dit project? Lees meer in het bulletin Architectuur (n12) van FEBELCEM.

Bron: Febelcem
Deel dit artikel:
Met medewerking van
Onze partners