In Genk transformeerde B+ architecten de Sint-Albertusschool, daterend uit de Limburgse mijnperiode, tot een multifunctioneel ontmoetingscentrum voor de buurtbewoners van Zwartberg-Noord. Het ontwerp focust op zorgzame architectuur, multifunctioneel gebruik en vormt een laagdrempelig ‘open huis’ waar buurtbewoners elkaar kunnen ontmoeten en kwetsbare jongeren een thuis kunnen vinden.
In 2016 werd bekendgemaakt dat de noordoostelijke vleugel van de Sint-Albertusschool in Genk volledig gerenoveerd zou worden. Deze vernieuwde vleugel kreeg een nieuwe bestemming als laagdrempelig multifunctioneel ontmoetingscentrum voor Zwartberg-Noord en onderkomen voor Buurtwerk De BOL, jeugdwelzijnswerk GIGOS, Chiro Zwartberg en dansverenigingen.
Daarnaast moest het ook de uitvalsbasis worden voor de gebiedsgerichte werking en zouden ook de wijkmanager en gemeenschapswachten een vaste plek krijgen in het gebouw. Ook andere stadsdiensten en partners zouden sporadisch gebruikmaken van het gebouw.
Circulair vertrekpunt
B+ architecten mocht de herbestemming vormgeven. Het vertrok daarbij vanuit vijf belangrijke pijlers van circulair bouwen: maximaal behoud en een ode aan het bestaande, maximale flexibiliteit in de toekomst, het aanbrengen van nieuwe aanpasbare modulaire constructies, minimaal gebruik maken van afwerkingen en aandacht voor aanpasbare technieken en onderhoud.
Door toevoeging van extra vloerniveaus en het openwerken van de kelders binnen de bestaande gebouwschil is het project bovendien een toonbeeld van ruimtelijk rendement. Binnen Londot3 kan je nu multifunctionele ateliers, jeugdlokalen, sport- en bewegingslokalen, ruimte voor jeugdwelzijnswerk en Chirolokalen en een nieuw onderkomen voor de wijkmanager en gemeenschapswachten terugvinden.
Recuperatie van materialen
Bij een renovatie is er altijd sprake van behoud van bouwelementen. B+ architecten ging nog een stapje verder. Het architectenbureau besloot om maximaal in te zetten op recuperatie van elementen en materialen en die zo zichtbaar mogelijk in te zetten. De verschillende sporen van de geschiedenis werden zichtbaar gelaten en benadrukt binnen het gebouw. Voor de nieuwe materialen werd er maximaal gebruik gemaakt van natuurlijke materialen en lokale FCS-gelabelde houtsoorten.
Ontharding
De oorspronkelijke verharde binnenkoer kreeg een ontharding, aangezien de bestaande kelders hierdoor vaak onder water kwamen te staan. Het ontwerpteam besloot om de kelders niet te dempen, maar om ze te gebruiken in functie van ruimtelijk rendement. Daarnaast voorzag de architect de waterhuishouding op een correcte manier binnen de site. De verhardingen werden weggenomen. Enkel functionele verharding voor circulatie naar en rond het gebouw werd opnieuw aangelegd en ter plaatse van de gevels werden afhellende verhardingen geplaatst om infiltratie via de kelders te voorkomen. Een infiltratievoorziening buffert en infiltreert het opgevangen water via de grote dakvlakken om de toiletten te voorzien.