Laureaten Staalbouwwedstrijd 2012: MAS, Antwerpen

Op de staalbouwdag eind november reikte een ervaren vakjury de Staalbouwprijzen voor 2012 uit. In deze vervolgreeks toont Architectura u de bekroonde en genomineerde projecten. Vandaag is de laureaat in categorie A “niet-residentiële gebouwen” aan de beurt: het Museum Aan de Stroom in Antwerpen. Architectura nam na de uitreiking een interview af van Rudy Hoyackers van studiebureau ABT.
Op de staalbouwdag eind november reikte een ervaren vakjury de Staalbouwprijzen voor 2012 uit. In deze vervolgreeks toont Architectura u de bekroonde en genomineerde projecten. Vandaag is de laureaat in categorie A “niet-residentiële gebouwen” aan de beurt: het Museum Aan de Stroom in Antwerpen.

Het MAS (Museum aan de Stroom), een ontwerp van het Nederlandse bureau Neutelings Riedijk 
Architecten, is open voor publiek sinds 17 mei 2011. Het is een nieuw en opvallend landmark voor de stad Antwerpen, dat er het verleden, heden en toekomst van de stad wil in samenbrengen. Het MAS staat waar vroeger het Hanzehuis stond, het 16e-eeuwse handelshuis van de Duitse Hanzesteden. Het is dan ook geen toeval dat de architectuur van het museum verwijst naar de oude stapelhuizen, zoals de buurt er tientallen kent.


foto: Sara Lee (© Neutelings Riedijk Architects)


Het MAS is opgevat als reusachtig stapelhuis, een verticale opeenstapeling van enorme natuurstenen koffers. De koffers zijn zo gestapeld dat ze elke verdieping een kwartslag draaien om zo een vierkante spiraaltoren te vormen. Op elk niveau kan de museumbezoeker uit de roltraproute stappen en een zaal binnenwandelen. De holtes in de spiraalstructuur zijn afgeschermd met een glazen gevel, zodat bezoekers door de grote ramen telkens nieuwe en indrukwekkende vergezichten krijgen op stad, rivier en dokken.

Staalconstructeur Iemants uit Arendonk vergelijkt de opbouw met een kerstboom, waarbij de centrale staal-betonnen koker de stam is en de uitkragende verdiepingen de takken. Door de schaalgrootte van het project is de constructie in staal en beton vrij uitzonderlijk te noemen. De centrale koker is een in beton ingestorte staalconstructie van 200 ton met een wanddikte van 35 cm. Aan de hoeken van de koker werden voor elke verdieping stalen vakwerkspanten van meer dan 12 m vastgemaakt, die per etage de vloer dragen. De stalen spanten van de bovenste verdieping hebben nog grotere afmetingen dan die er onder. De vakwerken vormen - in plan gezien - een kruisvormige uitkraging. De vloerplaten rusten op de vakwerken en daarbij kragen de buitenste hoeken van de verdiepingsvloeren uit ten opzichte van stalen vakwerkspanten. Een uitkraging op een uitkraging dus.

De bevestiging van de spanten aan de kern gebeurde via vier stalen kruiskolommen bestaande uit staalplaten van 60 x 350 mm. Die kruiskolommen vormen samen met de wapening de ruggegraat van de kern. De kern heeft een dubbele functie: stabiliteit en de afdracht van de belastingen naar de funderingen.
Ondanks het feit dat de ruwbouw zichtbaar blijft zijn de enorme hoeveelheden staal die in het gebouw verwerkt werden nauwelijks zichtbaar. De buitenschil van het gebouw bestaat uit glas en Indische natuursteen.




Rudy Hoyackers van ABT Antwerpen licht toe hoe zij de stabiliteit van het MAS hebben aangepakt

Deel dit artikel:
Onze partners