Op zondag 20 september 2009 opende het langverwachte M van Museum Leuven. Ontwerper van het nieuwe gebouw was Stéphane Beel. In zijn ontwerp integreert Stéphane Beel twee oude alsook twee nieuwe panden in een evenwichtig en strak complex. Hij streeft naar complementariteit tussen bestaande en nieuwe architectuur waarin oude en hedendaagse kunst met elkaar in dialoog kunnen treden.
Een uitnodiging aan de stad
M bevindt zich pal in het stadscentrum van Leuven. Het nieuwe museum presenteert zich nadrukkelijk aan zijn stad, maar M doet dat zonder een vreemd lichaam te worden in het stedelijk weefsel. M nodigt bewoners en bezoekers uit, en wekt nieuwsgierigheid door te laten zien wat zijn functie is: een plek waar iets te zien en te beleven valt, en waar mensen welkom zijn. Daarom koos de architect ervoor om te werken met subtiele openingen in de gesloten wanden waardoor passanten kunnen binnenkijken, en kunstwerken en bezoekers kunnen zien.
De stad in het museum
De bezoeker van M krijgt geregeld een spectaculair uitzicht op de stad en kan zich mede hierdoor in het complex en op de site oriënteren. Een letterlijk hoogtepunt in dit verband is het terras op het dak van de nieuwbouw, dat deel uitmaakt van het museumparcours. Wie M bezoekt, wordt er voortdurend aan herinnerd dat hij zich in Leuven bevindt. De uitzichten op de stad maken voor de architect deel uit van het erfgoed en van het hedendaagse karakter van het museum, net zo goed als de kunstwerken in het museum en de bedrijvigheid die er zich afspeelt.
Informele kleine doorgangen en passages zijn specifiek voor de universiteitsstad Leuven met haar vele colleges en universiteitsgebouwen verspreid over de stad. Ook M kun je langs diverse wegen benaderen en betreden: via de Vanderkelenstraat met de formele fronton- en zuilentoegang, via de Savoyestraat en de tuin, en via de Hanengang. De drie ‘benaderingen’ ontmoeten elkaar in de tuin, met de oude museumeik uit 1930 als centraal element en als belangrijk oriëntatiepunt.
Kamers in een stad/huis
De bouwopdracht ging uit van een kamermodel: M werkt in zijn vaste en tijdelijke tentoonstellingen en zijn parcours met ‘kamers’. De bestaande panden en de nieuwgebouwde elementen zijn ‘kamers’ die de M-ruimte in de stad ordenen. Stéphane Beel heeft het kameridee ook op een hogere niveau getild: het héle M is een kamer in een stad die in deze beeldspraak een ‘huis’ wordt: een netwerk van open ruimtes (kamers) die door voet- en fietspaden (gangen) met elkaar verbonden zijn. Het museum voegt zich in dat grote huis en wil een uitnodigende ruimte zijn. Ook daarom heeft het meerdere in- en uitgangen (deuren).
Historisch en hedendaags in confrontatie en dialoog
M is een samenstelling van bestaande historische onderdelen en hedendaagse ingrepen. ‘Oud’ zijn het beschermde fronton met de zuilen aan de VanderKelenstraat, het hôtel en het voormalige academiegebouw. Het tempelachtige fronton, een oud en mondiaal symbool van museumgebouwen, vormt nu de hoofdingang tot het museum en de site.
De architect confronteert het bestaande rechtstreeks met het nieuwe door de twee zonder meer tegen elkaar aan te bouwen en zichzelf te laten zijn. Elders zijn er openingen tussen oud en nieuw en is er dus een overgang. Zo wordt het ‘oude’ museum door een loopbrug verbonden met de nieuwbouw.
Overal oud en nieuw
Eeuwenoud – springlevend, Leuvens lijfspreuk, is ook de kern van het museumprogramma en van de architectuur: het nieuwe ent zich op het oude, dat hierdoor aan een volgend leven begint en waardoor er een nieuw en spannend geheel ontstaat. In M kan in elk onderdeel zowel oude als nieuwe kunst belanden: hedendaagse kunst in oude ruimten, oude kunst in nieuwe gedeelten. Oud en nieuw worden horizontaal verdeeld over alle gebouwen en het parcours van oude en nieuwe kunst slingert zich door de hele site, in een gelaagdheid die als het ware die van de stad weerspiegelt.
Het ‘hôtel’
Het huis Vander Kelen is met veel respect en actief in het nieuwe geheel geïntegreerd. In het hôtel dat de kern uitmaakte van het oude museum, zijn bijvoorbeeld de negentiende-eeuwse kleuren weer toegepast, is opnieuw bladgoud aangebracht en werden replica’s van de oorspronkelijke parketten gelegd. Enkele latere toevoegingen zijn ongedaan gemaakt en de stijlkamers komen opnieuw volop tot hun recht.
De overgang
Een hoofdrolspeler in M is de antichambre, de indrukwekkende overgangsruimte tussen het museum en de buitenwereld. De antichambre ligt een halve verdieping onder het straatniveau – M is laagdrempelig – en is een uitnodigende, prikkelende en vrij toegankelijke plek. Ze heeft diverse functies. Je maakt er kennis met wat het museum in de aanbieding heeft, er is een auditorium voor lezingen of filmvoorstellingen, je krijgt er video-installaties te zien, er vinden vernissages plaats en je kunt er een blik werpen in het fundament van het museum: het depot. Hier bevindt zich de balie, er is een kleine boekenwinkel en de ruimte sluit aan op de binnentuin en het café. Het café heeft ook een aparte toegang en functioneert onafhankelijk van het museum. De antichambre is een prikkelende en levendige plek, waar het goed is om af te spreken en elkaar te ontmoeten. In de antichambre eindigt ook het bezoek aan M.
Op het einde van de antichambre bevindt zich achter een glazen wand een open, doorzichtige ruimte: het kinderatelier. Door de glazen wand is er permanent interactie tussen deze educatieve ruimte en de antichambre en zijn bezoekers.
In het depot wordt de grondstof van het museum bewaard: daar bevinden zich de meeste voorwerpen uit de collectie. Deze reserves dienen als basis en voedingsbodem voor de museumwerking en bevinden zich in M voortaan letterlijk onder het museum. Die mogelijkheid kwam er dankzij het idee van Stéphane Beel om de kelder onder het gebouw van de oude academie uit te breiden en onder een deel van het complex te laten doorlopen.
Licht en toegankelijk
Het nieuwe M is een lichtrijk en transparant museum. De hele site is probleemloos toegankelijk voor anders-mobiele mensen en er wordt geen onderscheid gemaakt tussen ‘soorten bezoekers’. Via dezelfde wegen gaan ze naar de verschillende niveaus.
M in cijfers
- totale oppervlakte van het museum: 13.500 m2
- depotruimte: 2000 m2
- tentoonstellingsruimte: 6.500 m²
TV-e en radioaandacht voor Museum M van Stéphane Beel
Radio en televisie hebben uitvoerig aandacht besteed aan het nieuwe museum. Via onderstaande links kan je deze interviews en reportages lezen, beluisteren of bekijken..
Reportage voor het journaal
Reportage in Ter Zake
Interview voor de website van de Stad Leuven
Interview voor Klara