‘Een hefboom voor de toekomst’, zo werd het GAZO-project bij de officiële inhuldiging omschreven door Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits. Lovende woorden die zeker niet uit de lucht gegrepen zijn. Het multifunctionele complex herbergt immers niet alleen een school, maar ook een muziekacademie en een fuifzaal met een optimale bezettingsgraad. Bovendien omvat de GAZO-site ook een woontoren en een dienstencampus, zodat ze zich resoluut profileert als een thuis voor alle Truienaren.
De Gazometerstraat in Sint-Truiden ontleent haar naam aan de gasfabriek die er van 1882 tot 1946 gevestigd was. De meeste Truienaren kennen de site echter vooral omdat ze vanaf de jaren 50 plaats bood aan de eerste Coca-Cola-bottelarij van het land. In 1976 kwam een deel van het terrein in handen van Belgacom, en in 2006 sprong AGOST in de dans. Het Autonoom Gemeentebedrijf voor de Ontwikkeling van Sint-Truiden wilde deze blinde vlek in het stadsweefsel wegwerken en kwam op het lumineuze idee om er een multifunctioneel complex te realiseren, gekoppeld aan een woontoren met appartementen en een kantooromgeving voor tal van welzijnsorganisaties. Missie geslaagd, want dertien jaar later is de droom werkelijkheid en doet het GAZO-project de stationsomgeving opnieuw opleven.
Zeer divers programma
In 2008 werd Architecten Achtergael aangesteld als ‘masterarchitect’ om de site en het bouwprogramma mee vorm te geven. In samenwerking met enkele gekende partners (BAS, RCR, Daidalos-Peutz en Raco) kwam het bureau tot een hybride mix van openbare functies, aangevuld met kwalitatieve publieke ruimte en een beperkte residentiële invulling. “Het project omvat verschillende onderdelen: een laagdrempelige jongerencampus (noordelijk deel), een dienstencampus (zuidelijk deel) en een lagere school annex muziekacademie (centraal), gecombineerd met een ondergrondse publieke parking, een onthaalruimte, een stockageruimte voor het onroerend erfgoeddepot van de stad en vijftien gestapelde appartementen”, vertelt Jeffrey Berghman van Architecten Achtergael. “De jongerencampus huisvest een verzonken polyvalente fuifzaal voor vijfhonderd personen, een foyer voor vijfhonderd personen en repetitie- en opnamestudio’s. De lagere school telt achttien klassen, een administratieve vleugel, een turnzaal, een refter met warme keuken en een open speelruimte, die na de schooluren gebruikt worden door muziekacademie Haspengauw. De dienstencampus voorziet in ruimte voor een naschoolse kinderopvang, een ‘kindinfopunt’, een vestiging van Kind en Gezin, het CLB, de opvoedingswinkel, het centrum voor kinderzorg en gezinsondersteuning De Hummeltjes, enzovoort.”
“Compactheid, polyvalentie en synergie zijn de kernbegrippen die GAZO typeren”
Compactheid, polyvalentie en synergie
Wat het GAZO-project eens zo bijzonder maakt, is dat dit omvangrijke bouwprogramma (24.400 m²) gerealiseerd is op een site met een relatief beperkte footprint (6.400 m²). “Het was dan ook zaak om de verschillende functies intelligent in te planten binnen de contouren van het perceel – zeker ook met het oog op een dynamische wisselwerking en meervoudig gebruik. Het project is geen optelsom van autonome programmaonderdelen, maar vormt één laagdrempelig geheel. Compactheid, polyvalentie en synergie zijn de kernbegrippen die GAZO typeren”, geeft Jeffrey Berghman aan. “De woontoren met zeven verdiepingen vormt een hoogteaccent, maar voor het overige zijn alle functies ondergebracht op twee ondergrondse en twee bovengrondse bouwlagen, die slim met elkaar verbonden zijn. De gevels zijn bekleed met eenzelfde baksteen om visuele harmonie na te streven, al geven subtiele details de verschillende campussen een eigen identiteit (uitgesproken raam- en gevelvlakken voor de jongerencampus, ramen in het gevelvlak voor de schoolcampus en verdiepte raamvlakken en inpandige terrassen voor de dienstencampus en woontoren). De toegangen tot de verschillende programmaonderdelen zijn verfijnd afgewerkt met natuursteen en hout. Dit alles zorgt ervoor dat de volumes zich op een natuurlijke manier binnen de bestaande context nestelen. Zonder expliciet te bruuskeren zijn ze op een gepaste manier aanwezig. Pas aan de binnenzijde wordt de complexiteit van het ontwerp gaandeweg duidelijk en voelbaar.”
Bouwkundige accentverschuivingen
Eveneens opvallend is dat er in de uitvoeringsfase – op vraag van de stad – nog heel wat functiewijzigingen zijn doorgevoerd in elk onderdeel van het complex. Wat begon als een klassieke aanbesteding met een school mondde uit in een heterogeen totaalproject. “Bovendien moesten al die wijzigingen binnen de vooropgestelde termijn en het beoogde budget passen”, benadrukt Peter Jamin, projectmanager bij aannemer Democo. “Bouwkundig gezien bracht dit enkele belangrijke accentverschuivingen met zich mee. De integratie van de muziekacademie in de school en naast de ‘fuifbunker’ maakten bijvoorbeeld dat akoestiek een zeer belangrijk aandachtspunt werd, zowel tussen de ruimtes onderling als naar de omgeving toe. Zo plaatsten we onder meer akoestisch ontdubbeld buitenschrijnwerk met geluidsabsorberende tussenspouwen in de klassen. Er zijn ook heel wat niet-alledaagse zichtbetonstructuren toegepast, zoals een betonnen cassettenplafond in de turnzaal en de refter van de school. Een ander uniek aspect is de slimme parking – een van de eerste in ons land! – die volledig op basis van nummerplaatherkenning werkt en die dus geen betaalautomaten of slagbomen bevat. Kortom: het was een zeer interessant project, dat onder meer uitblinkt dankzij de maximale bezettingsgraad van de verschillende ruimtes. Het complex wordt gebruikt van zes uur ’s ochtends tot elf uur ’s avonds, en dat bijna zeven dagen op zeven. Iedere ruimte kan fungeren als vergader- of ontmoetingslokaal, de refter kan dienstdoen als buurtcentrum, de kinderopvang maakt na de schooluren gebruik van de speelplaats, in de klassen van de school verzamelen ’s avonds zevenhonderd studenten van de muziekacademie ... We zijn uitermate fier dat we dit vooruitstrevende project hebben mogen realiseren!”