Vanaf begin volgend jaar moeten architecten hun aanwezigheid op de werf niet meer elektronisch registreren. Vlaamse Architectenorganisatie NAV kaartte deze registratie eind vorig jaar aan bij de federale regering en is verheugd met het resultaat. Alhoewel de Vlaamse architectenorganisatie de strijd tegen illegale arbeid en sociale dumping steunt, vond NAV de effectiviteit van de wetgeving voor architecten twijfelachtig.
Aanwezigheidsregistratie
Aanwezigheidsregistratie op werven groter dan €800.000 is verplicht sinds 1 april 2014. Nog tot eind dit jaar geldt ze voor aannemers, de veiligheidscoördinator en architecten die behoren tot de bouwdirectie. Architecten die optreden als EPB-deskundige of werken in opdracht van een studiebureau voor de stabiliteit of speciale technieken blijven wel gevrijwaard van deze registratie, net zoals ingenieurs en studiebureau.
Gesprekken NAV werpen vruchten af
NAV-directeur Kris Baetens kaartte het dossier eind vorig jaar aan bij de federale regering: “Wij hebben ondubbelzinnig gepleit voor een afschaffing van de verplichting voor architecten. We vonden de effectiviteit van deze wetgeving voor architecten immers zeer twijfelachtig. Bovendien verzwaarde deze wetgeving nog maar eens de administratie van architecten. We hadden hierover eind 2014 enkele gesprekken, en deze hebben gelukkig hun effect niet gemist.” NAV is dan ook verheugd dat deze gesprekken vruchten hebben afgeworpen zodat architecten in een aspect van hun zware administratie al verlichting kunnen zien.
Uitbreiding naar alle werven
Vanaf 1 januari 2016 wordt het systeem uitgebreid naar alle werven vanaf €500.000 en geleidelijk aan naar alle werven. Architecten blijven dan wel gevrijwaard, andere werknemers op de werf moeten zich vanaf begin volgend jaar wel registreren. Ook de betonmixers, actieve vennoten, monteurs van torenkranen, stellingbouwers, buitenlandse leerlingen-stagiair(e)s die werken uitvoeren, projectleiders, ploegbazen en werfleiders worden vanaf 2016 allemaal in het toepassingsgebied opgenomen om eenvoud en transparantie op het terrein te waarborgen.