Het Flatiron Building, een van de meest herkenbare gebouwen van Manhattan, is vorige week tijdens een openbare veiling voor 190 miljoen dollar verkocht. Het Hooggerechtshof van New York beval de veiling omdat de vijf eigenaars ervan verwikkeld waren in een langdurig geschil over de toekomst en noodzakelijke renovatie van het momenteel grotendeels leegstaande gebouw. Het bieden begon bij 50 miljoen dollar en nam een verrassende wending toen investeerder Jacob Garlick van de firma Abraham Trust de verzamelde vastgoedmagnaten overbood.
Het 22 verdiepingen tellende gebouw, ontworpen door de architect Daniel Burnham uit Chicago, was een van de eerste wolkenkrabbers van New York City. Het werd voltooid in 1902 en heette oorspronkelijk het Fuller Building. Maar die naam is nooit blijven hangen. De omwonenden noemden het de "Flatiron" omdat de driehoekige vorm leek op een oud strijkijzer uit die tijd.
New Yorkers van weleer waren aanvankelijk behoorlijk sceptisch over het ontwerp. Sommigen dachten dat het driehoekige gebouw, ingeklemd tussen Fifth Avenue en Broadway, zou instorten. Anderen noemden het vlakaf een "architectonisch gedrocht". Het smalste deel van het 87 meter hoge gebouw, helemaal bovenaan, is nog geen twee meter breed. Veel van de kantoren van de voormalige huurder, Macmillan Publishers, waren piepkleine ‘splintertjes’, met ruimte voor precies één redacteur op één heel kleine stoel.
Garlick, de nieuwe eigenaar, heeft nog geen specifieke details gegeven over zijn plannen voor het historische gebouw. Maar hij noemt het zijn levensmissie om “om de integriteit ervan voor altijd te behouden."