Zou er tussen de 77.594 Hasselaars één te vinden zijn die niet fier is op zijn nagelnieuwe stadhuis? Het lijkt onwaarschijnlijk. Conservatief of vooruitstrevend, het nieuwe landmark – een mix van erfgoed en moderne architectuur – is spek naar ieders bek. Vooral de schuine wand van het nieuwbouwvolume springt in het oog. “Die reflecteert het Limburgplein, dat een bruisende ontmoetingsplaats moet worden”, zegt een trotse burgemeester.
560 personeelsleden van de stad Hasselt en het OCMW verlieten eind augustus hun verspreide werkplekken om de krachten te bundelen in het nieuwe stadhuis aan het Limburgplein, op de site van de voormalige rijkswachtkazerne aan de Guffenslaan. Het beschermde neoklassieke gebouw (1879) werd geïntegreerd in het project, waardoor het stadskantoor een mix van erfgoed en moderne architectuur werd. Voor de realisatie van het hele project werd op initiatief van Democo en Willemen Construct, het vroegere Kumpen, het consortium Hassalink aangesteld, bestaande uit Jaspers-Eyers Architects, UAU collectiv en architectenbureau Michel Janssen, studiebureaus Eurostation en Raco, aannemers Willemen Construct en Democo en Milieu- en Bouwconsult, dat instond voor de veiligheidscoördinatie.
Streekeigen materialen
“De voormalige rijkswachtkazerne werd via een grondige renovatie in zijn grandeur van weleer hersteld”, vertelt Erwin Goris, projectleider namens Willemen Construct. “Aangezien het om een beschermd monument gaat, moesten bepaalde elementen behouden blijven, zoals het grote hek aan de Guffenslaan en de letters ‘Rijkswacht’ boven de inkom.” Zowel het hek als de letters zijn gerestaureerd en vervolgens teruggeplaatst. “Ook sporen van eerdere renovaties zijn verwijderd”, pikt Dirk Goossenaerts, DBFM-projectmanager voor Democo, in. “Vorige eeuw werd het gebouw namelijk omgevormd tot een kantoorcomplex. De verlaagde plafonds en scheidingswanden die toen geplaatst zijn, verhulden de oorspronkelijke structuur volledig. Wij maakten de troggenplafonds weer zichtbaar, net zoals de oude verflagen van de verschillende ‘bewoners’ in een aantal ruimtes. De ramen kregen dubbel glas, dak en vloer werden (extra) geïsoleerd en op de muren brachten we een speciale isolerende pleister aan. Binnen de bestaande structuren hebben we technische installaties, kokers en leidinggoten geïntegreerd, die de duurzaam opgewekte energie van de nieuwbouw – door middel van geothermie en zonnepanelen – ook in het monument verspreiden. De restauratie-ingrepen gebeurden voornamelijk aan de hand van natuurlijke, streekeigen materialen met een kleine ecologische footprint.”
Radiostudio
“Het gebouw, dat al 139 jaar dienstdoet als flexibel administratief gebouw, werd uiteindelijk helemaal verbouwd, zodat je op het gelijkvloerse niveau en de eerste verdieping voortaan diverse ruimtes vindt, bestemd voor verhuur”, gaat Goris voort. “Op de benedenverdieping werd eveneens een studio voor Radio 2 Limburg ingericht. Het leuke is dat passanten de radiopresentatoren live aan het werk kunnen zien aan het grote, geluidswerende raam. Er komen ook luidsprekers op het Limburgplein om de uitzendingen te kunnen volgen. De tweede verdieping bestaat uit een polyvalente zaal, een raadszaal voor gemeenteraden en een collegezaal. Op dat tweede niveau is er tevens sprake van een glazen doorsteek – letterlijk een brug tussen oud en nieuw – naar de tweede verdieping van de nieuwbouw.”
“Het nieuwe stadhuis profileert zich als een open geheel waar elke inwoner, bezoeker of organisatie terechtkan”
34 meter hoog
In totaal telt de nieuwbouw, die goed is voor 33.000 ton beton, maar liefst zeven verdiepingen. “Het gebouw is met zijn hoogte van 34 meter inderdaad een nieuw landmark in de stad”, aldus Koen Deconinck, algemeen directeur bij stad Hasselt. “Het gelijkvloerse niveau is voor iedereen toegankelijk. Er werd gekozen voor veel open ruimte, waardoor een goede akoestiek noodzakelijk is. Die is gerealiseerd met onder andere speciaal tapijt en strips tegen de muren en plafonds. De OCMW- en stadsdiensten zijn er door elkaar geplaatst. De loketten en spreekkamers worden toegewezen in functie van het type gesprek met de administratie, gaande van snelle contacten zoals het afhalen van documenten tot contacten waarbij er nood is aan privacy of specifieke technische ondersteuning, zoals bijvoorbeeld een groter scherm voor het nakijken van bouwplannen. De politie kreeg er ook een wijkkantoor. Op de eerste verdieping vind je een mix van werkplekken voor personeel, vergaderzalen en ontmoetingsplekken voor overleg met inwoners. Op de derde verdieping bevinden zich een personeelscafetaria met een daktuin en diverse formele en informele vergaderruimtes. De andere verdiepingen omvatten diverse soorten werkplekken voor medewerkers. Als moderne organisatie zetten we volop in op het ‘nieuwe werken’, waarbij er werkruimtes voorzien worden naargelang het type werk dat de medewerker uitvoert. De werkplekken zijn dan ook uitgerust met diverse technologische hulpmiddelen, zoals bijvoorbeeld telefonie aan de hand van Voice over IP en laptops in plaats van vaste pc’s om flexwerken te stimuleren.” Tot slot zijn er ook nog drie ondergrondse parkeerniveaus voor (dienst)voertuigen en fietsen. Je vindt er ook douches en technische ruimtes.
Dunne gevels
“Er zijn heel wat voorzieningen getroffen om een E-peil van 29 en een K-peil van 19 te bekomen, zoals het gebruik van hernieuwbare energiebronnen in de vorm van een PV-installatie, warmte- en koudebronnen en een geothermische warmtepomp, maar ook zonwerende beglazing voor de oost- en westgevel, regenwaterrecuperatie voor de toiletten, dimbare ledverlichting, laadpalen voor elektrische voertuigen en fietsen en verhoogde vloeren voor de technieken in plaats van verlaagde plafonds, zodat de thermische massa van het plafond beschikbaar wordt, maar de meest bijzondere is misschien wel de manier van isoleren. De keuze voor vliesgevelplaten zorgt er niet alleen voor dat het nieuwe gebouw kan rekenen op een hoogst performante thermische isolatie, maar draagt ook bij tot de architecturale klasse van het gebouw. De platen zijn immers uiterst dun – 40% dunner dan minerale wol – en lieten ons toe om kostbare vierkante meters aan de binnenkant van het gebouw te winnen. Zo genoten de architecten merkelijk meer ontwerpvrijheid”, zegt Goris. Dit laatste resulteerde dus in de schuine spiegelwand, een opvallend volume dat van het nieuwe stadhuis een echte eyecatcher maakt en letterlijk toont voor wie het hele project eigenlijk gerealiseerd is.
Herbestemming oude stadsgebouwen
De stad is bijzonder trots op haar nieuwe thuis, waarmee het haar bijnaam ‘Stad van de smaak’ alle eer aandoet. “Het nieuwe stadhuis profileert zich niet alleen als een duurzaam huis voor de personeelsleden van de stad en OCMW, maar vooral ook als een nieuwe thuis voor de Hasselaar, pal in het centrum”, aldus burgemeester Nadja Vananroye. “Een open huis waar elke inwoner, bezoeker of organisatie terechtkan. We werken er op maat van iedere Hasselaar: online, op afspraak of gewoon aan de balie. Door al onze diensten in één gebouw te laten samenwerken en niet langer te verspreiden over de hele stad, tillen we onze dienstverlening naar een nog hoger niveau en vergroten we het comfort voor onze inwoners, bezoekers, organisaties en personeelsleden. De centrale locatie geeft ons centrum zuurstof. Het Limburgplein wordt een bruisende ontmoetingsplaats met doorsteekjes naar de omliggende winkelstraten. De oude stadsgebouwen krijgen op termijn een herbestemming die de binnenstad nog aantrekkelijker zal maken.”
Opvallend onopvallend
Bij Jaspers-Eyers Architects horen we eenzelfde geluid: “Het nieuwe stadhuis is een kunstige en weloverwogen vereniging van oud en nieuw. Een verbinding tussen toekomst en verleden, gebaseerd op een niet-evidente spreidstand tussen traditie en vernieuwing, geïntegreerd in het hart van de stad. De nieuwbouw vult de monumentale rijkswachtkazerne niet alleen aan, maar versterkt ze ook. De sokkel van het nieuwe gedeelte sluit aan bij het aanpalende stedelijke gabarit, terwijl het transparante topvolume ondanks zijn markante vormgeving volledig opgaat in de stad. Het complex is met andere woorden opvallend onopvallend. Bovendien heeft al dat glas geen negatieve impact op het energiepeil, want het gebouw is bijna energieneutraal. Een ander frappant kenmerk is de eerlijkheid qua materiaalgebruik en structuur, want op veel plekken fungeert de ruwbouw ook meteen als afwerking.” Een leuk detail: de Hasselaren konden via een naamgevingstraject mee beslissen over de namen van de nieuwe gebouwen. De uitkomst: ’t Scheep voor het stadhuis, Kezerreme voor de oude rijkswachtkazerne en Obbe Beek voor de hele site.