NAV, Unizo en UWA bundelden hun lobbykrachten in het dossier van de overheidsopdrachten. “Met resultaat”, laat NAV weten op haar website. In de KMO-wet overheidsopdrachten wordt nu een verplichte biedvergoeding voorzien wanneer de aanbestedende overheid intellectuele inspanningen, zoals ontwerpschetsen of maquettes, vraagt.
De overheidsaanbestedingen zijn al langer een doorn in het oog van architecten. “Al te vaak schatten de aanbestedende overheden het werk van architecten niet naar waarde”, aldus NAV. “Zo vinden ze het vanzelfsprekend dat architecten al heel wat intellectuele inspanningen leveren – ontwerpen, maquettes, schetsen… maken – voor ze de opdracht krijgen en dus vergoed worden.”
Niet duurzaam en nefast voor de sector
Op die manier presteren architecten die deelnemen aan zo’n aanbestedingen al veel van hun kerntaken vóór ze er ook maar iets aan verdienen. En dat is niet rendabel voor de deelnemende architecten, en bovendien ook weinig duurzaam en nefast voor de hele sector. Eline Debast, juriste NAV: “Heel wat architecten scheuren hun broek aan zo’n aanbestedingsprocedures, want de kans dat de inspanningen daadwerkelijk een opdracht opleveren is klein. Een gevolg hiervan is dat op den duur altijd dezelfde bureaus deelnemen: vaak de grote kantoren, buitenlandse bureaus, … Het speelveld verkleint en dat komt de kwaliteit van de architectuur niet ten goede.”
Verplichte biedvergoeding bij intellectuele inspanningen
NAV, UWA en Unizo ijverden daarom bij de bevoegde minister voor een verplichte biedvergoeding in de KMO-wet overheidsopdrachten. Het was een werk van lange adem, maar mét resultaat. De wet is nu goedgekeurd op de ministerraad van 28 april 2023.
Concreet houdt dit in dat de opdrachtgevende overheid architecten verplicht een vergoeding moet geven wanneer ze intellectuele inspanningen (schetsen, maquettes…) vragen in de aanbestedingsfase. Die wedstrijdvergoeding zorgt ervoor dat architecten niet langer gratis werk moeten leveren in de aanloop van zo’n procedure.
NAV heeft geijverd om de hoogte van de vergoeding af te stemmen op de gevraagde inspanningen, maar dat voorstel heeft het niet gehaald. Maar de organisatie gelooft wel dat deze verplichting de opdrachtgevers bewuster en bedachtzamer doet omgaan met aanbestedingsprocedures: “De vergoeding vormt een extra motivatie om betere aanbestedingen uit te schrijven en de gevraagde output helder te formuleren én te beperken.”
Van de ministerraad naar publicatie in het Staatsblad
Hoe verloopt het nu verder? De tekst wordt ingediend in het parlement, en zal één of twee keer besproken worden in de kamercommissie, afhankelijk van het aantal lezingen die de parlementsleden vragen. Dan moet de wettekst nog goedgekeurd worden op de plenaire vergadering. Vervolgens is er de publicatie in het Staatsblad.