OPINIE. “Subsidies voor nieuwbouw: waren we dan niet bezig met een bouwshift?” (Robin De Ridder)

"De bouwshift komt maar niet van de grond, vooral niet nu er Vlaamse subsidies naar nieuwbouw gaan", schrijft Robin De Ridder, ruimtelijk planner en jurist bij Voorland.

Vorige week keurde het Vlaams Parlement het decreet over wonen in eigen streek (wies) goed. Het decreet wil een antwoord bieden op ‘de verzuchtingen van de minder kapitaalkrachtige plaatselijke bevolking in Vlaanderen’, die het moeilijker krijgt om een woning te kopen in eigen gemeente. Dat antwoord luidt: subsidies voor nieuwbouw. Nieuwbouw? Waren we dan niet bezig met een bouwshift?

Het decreet is tekenend voor het bouw­shift-beleid. De al ambitieuze Europese doelstelling om tegen 2050 geen bijkomende grond meer in te nemen voor menselijke activiteiten, scherpte Vlaanderen zelfs nog aan: wij zouden al in 2040 ruimteneutraal zijn. Voor de regio is dat een enorme uitdaging. Decennia van spilziek ruimtelijk beleid hebben geleid tot een ruime voorraad bouwrechten, verspreid over het gewest. Het was snel duidelijk dat het afbouwen van die voorraad een titanenwerk zou worden.

Om dat aan te pakken werd uitgegaan van een goede strategie, de bouwshift. De ‘moetjes’, het afbouwen van de bouwrechten in de open ruimte, zouden gepaard gaan met ‘magjes’, een verhoging van de bouwrechten in al bebouwd gebied. In tegenstelling tot hoe het je in de kleuterschool wordt aangeleerd, begon Vlaanderen met de ‘magjes’. In elk gehucht schoten appartementen uit de grond, vaak van bedroevende architecturale kwaliteit, en vooral van een enorme kwantiteit. Sinds de aankondiging van de bouwshift in 2016 kwamen er in Vlaanderen dubbel zoveel woningen bij als nodig om de bevolkingstoename op te vangen.

Met het Krokusakkoord werd het afbouwen van de voorraad bouwrechten afhankelijk gemaakt van het uitbetalen van miljarden euro’s staatssteun aan (overwegend groot-)grondbezitters. Bovendien werd de draagwijdte stilletjes beperkt tot de woonreservegebieden, met uitsluiting van de duizenden niet-bebouwde gronden in woongebied, die wel nog bebouwd kunnen worden. Om er een schepje bovenop te doen, ligt een decreet klaar dat een ‘planologische compensatie’ zou invoeren, die toelaat dat elke afname van bouwgrond gepaard kan gaan met het aanduiden van nieuwe bouwgrond. Het is alsof de Vlaamse regering er alles aan doet om het zichzelf onmogelijk te maken de ‘moetjes’ uit te voeren.

Het wies-decreet toont dat dit niet toevallig is. Het Vlaamse beleid lijkt er – ondanks het feit dat een historisch overschot aan woningen en de historisch hoge vastgoedprijzen zich op hetzelfde moment voordoen – van overtuigd dat nieuwbouw de enige manier is om betaalbaar wonen te realiseren. Zodanig overtuigd zelfs, dat ze die nieuwbouw subsidieert met budgetten die voor een rechtvaardig woonbeleid hadden kunnen dienen.

De grote winnaar is, net als bij de vorige maatregelen, de vastgoedsector. De grote verliezer is opnieuw de open ruimte.

 

Robin De Ridder is ruimtelijk planner en jurist bij Voorland, een bureau voor innovatieve, toekomstgerichte ruimtelijke planning.

Deel dit artikel:
Onze partners