"De natuur bedreigt niet, ze is bedreigd. Er is dan ook geen reden om pauzeknoppen in te duwen voor wetgeving die de natuur beter beschermt", vindt Ignace Schops, de directeur van het Regionaal Landschap Kempen en Maasland.
"Iedereen is ervan overtuigd dat de huidige doelstellingen voor CO₂-reductie haalbaar zijn, maar je moet vermijden dat je de kar gaat overladen", zei premier Alexander De Croo een tijd geleden. De premier riep vervolgens op de pauzeknop even in te drukken voor nieuwe Europese natuurwetgeving. Zijn oproep werd gretig getweet. Dat was toch even schrikken.
Politieke leiders pleiten voor klimaatneutraliteit in 2050 en minstens 30 procent herstelde natuur in 2030. Om de doelen te realiseren is veel minder appetijt. Tussen woord en daad blijft een groot verschil. "It’s the economy, stupid", zei Bill Clinton tijdens zijn presidentschap ooit. Alles voor de economie, en dus moeten de natuur en het milieu nog te vaak het onderspit delven. Blijkbaar is een planeet uit balans minder erg dan een begroting uit balans. Intussen is de Europese natuurherstelwet flink afgezwakt en met 136 amendementen goedgekeurd. Een klein lichtpuntje.
Natuur- en milieubewegingen krijgen het verwijt alleen bezig te zijn met de bescherming van een of andere zeldzame sprinkhaan of kever, die ze vervolgens gebruiken om protest aan te tekenen tegen nieuwe infrastructuurprojecten of om de voedselvoorziening onmogelijk maken. Klimaatbewegingen krijgen het verwijt dat ze met hun rechtszaken de economie verwoesten en onterecht op de stoel van de politiek gaan zitten. Ze worden afgeschilderd als een stelletje freaks, zonder veel inzicht in hoe de wereld en de samenleving echt in elkaar zitten. Voor sommigen zit blijkbaar nog veel rek op wat een gezond leefmilieu betekent.
ONZE ACHTERTUIN
Is het echt zo verwonderlijk dat natuur- en milieuorganisaties protesteren en aan de juridische bel trekken? Waarom de pauzeknop indrukken voor natuur- en milieuherstellende investeringen die goed zijn voor onze samenleving én onze economie?
Zijn we blind geworden voor wat zich aan het voltrekken is? Robuuste natuurlijke ecosystemen die ons zuiver water leveren, CO2 omzetten in schone lucht, onze bodems en voeding gezond houden en een stabiel klimaat mogelijk maken, verschrompelen zienderogen en nemen jaar na jaar in kwaliteit en in oppervlakte af.
Op 2 augustus was het Earth Overshoot Day en hadden we wereldwijd het jaarbudget aan grondstoffen opgesoupeerd die nodig zijn om in onze levensbehoeften te voorzien. We leven op veel te grote voet en hebben al bijna twee planeten nodig. Meer nog, mochten alle wereldbewoners leven met een ecologische voetafdruk zoals wij Belgen, dan hebben we vier planeten nodig.
De natuur bedreigt niet, de natuur is bedreigd. Natuur- en milieubelastende investeringen horen echt niet meer thuis in een welvarende regio als de onze. We hebben een verpletterende verantwoordelijkheid. Want waarom zouden wij Brazilië vragen het Amazonewoud te redden of China vragen de steenkoolmijnen te sluiten als we er zelf niet in slagen onze achtertuin te beschermen en klimaatneutraal te investeren?
Dat kan anders. Misschien komt de oplossing ook uit de economie. 50 procent van de wereldwijde economie is afhankelijk van natuurlijke ecosystemen. Al enkele jaren stelt het Risk Report van het Wereld Economisch Forum (WEF) dat de economie zware klappen zal krijgen als de opwarming van de aarde niet kan worden gestopt en natuurlijke ecosystemen niet kunnen worden hersteld.
De 21ste eeuw is begonnen met een financiële meltdown, een klimatologische breakdown, een ecologische shutdown en een virologische lockdown. Zonder systemische en duurzame verandering zullen we over twintig jaar meer ontgoocheld zijn door de dingen die we niet deden dan door de dingen die we wel deden. Niets doen maakt de kosten voor herstel hoger en de gevolgen zwaarder. Dat betekent dat we opnieuw in harmonie met onze planeet moeten samenleven. Samen. Weg met die pauzeknoppen dus.
Ignace Schops is de directeur van het Regionaal Landschap Kempen en Maasland. Dit opiniestuk verscheen eerder in de krant De Tijd.